1.6 transport van inwendige energie Flashcards
1
Q
geleiding/conductie
A
contact van de deeltjes veroorzaakt botsingen waardoor er kinetische energie wordt doorgegeven
2
Q
voorbeeld geleiding/conductie
A
iets op chauffage leggen, kookplaat, wafelijzer
3
Q
stroming/convectie
A
- de hoogste temperatuur stijgt (kleinste massadichtheid)
- de laagste temperatuur (grotere massadichtheid) daalt
- > circulatie
4
Q
voorbeeld stroming/convectie
A
waterkoker, haardvuur die lucht verplaatst, luchtballon
5
Q
straling
A
geen materie verplaatst, enkel energie
6
Q
voorbeeld straling
A
warmtelamp, zon, straling van open haard