1.2 prikkels Flashcards

1
Q

feromonen

A

molecuul dat boodschappen overbrengt (onderlinge signaalstof)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

uitwendige prikkel (vb)

A

zintuig waarnemingen (licht, geluid, temperatuur)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

inwendige prikkel (vb)

A

hormonen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

sleutelprikkel

A

heeft altijd een bepaald gedrag tot gevolg.
honger - eten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

supranormale prikkel

A

versterkte sleutelprikkel waarop een sterke reactie volgt.

koekoekskuiken bek
-meeuwen en potlood rode stip
-lippenstift

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

functie van gedrag?

A

bevordert overleving en voortplanting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

ambivalent gedrag

A

gedrag dat elementen van 2 tegengestelde gedragssystemen afwisselt (vluchten en verdedigen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

oversprong gedrag

A

wanneer ambivalent
gedrag overslaat naar iets anders.

(vb mens: moeilijke vraag, aan hoofd krabben)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

omgericht gedrag

A

je agressie richten op iets anders

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly