1.1 communicatie Flashcards
1
Q
gedrag
A
alles wat een mens of dier doet of nalaat
2
Q
sociaal gedrag
A
gedrag tussen 2 of meer individuelen
3
Q
waarvoor wordt ritueel gedrag gebruikt?
A
vermindert spanning, je weet wat men van je verwacht in bepaalde situatie
bijv. hand eerste ontmoeting
4
Q
hoe wordt rangorde bepaald onder mensen?
A
gezichtsuitdrukkingenhouding, kle
ding, stemgeluid
, forse handgrip (dominant) losse handgrip (onzeker)
5
Q
signalen
A
prikkels die voor soortgenoten informatie bevatten
6
Q
territorium; hoe wordt dit aangegeven en beschermt?
A
gebied waarin mens of dier de heerser is
signalen: geur, gewei, geluid (vogels), combinaties van
(territoriumgedrag)
7
Q
dreigen + vb
A
agressieve houding die aangeeft wie de baas is
(honden en katten, haren overeind om groter te lijken)
