10 belangrijke parasieten Flashcards
malaria: weetjes & species
- een van de dodelijkste ziekte ter wereld
- regionaal in subsahara afrika
- wij zijn de tussengastheer = dodelijk!
- sporozoa (!)
species
- plasmodium falciparum(!)
- plasmodium ovale
- leverfase (van levenscyclus) duurt langer tov falciparum
- parasiet kan sluimerend aanwezig zijn in levercellen = hypnozoïeten(!) –> kunnen reactiveren tot jaren na initiële infectie
-plasmodium vivax
- leverfase duurt langer dan falciparum
- plasmodium malaria
- chronische infectie mogelijk : kan bij kinderen leiden tot nefrotisch syndroom door immuuncomplex nefropathie
- relpase tot decennia na infectie mogelijk; mechanisme onduidelijk
- (plasmodium knowlesi)
malaria: levenscyclus
- mug spuit sporozoïeten id huid
- sporozoïeten via bloed –> lever: ontwikkelen tot schizonten –> levercel barst open (na 6-16d) en merozoïten komen in bloed
= asymptomatische fase
LYSIS GEPARASITEERDE RBC OM DE 48-72 UUR: KOORTS
- merozoïeten invaderen RBC en ontwikkelen tot trofozoïeten
- P falciparum: om het even welke RBC
- P ovax, vivale: jonge RBC (reiticulocyten)
die typisch wat groter zijn
- parasiet voedt zich met hemoglobine en glucose in de RBC
- toxische metabolieten w gevormd= hemozoïne, lactaat
- de parasiet verandert de membraan vd geïnfecteerde RBC
- hemolyse
- cellen w “plakkerig” waarbij de RBC en
vormt schizont, die uiteindelijk
openbarsten
tot wat kunnen merozoieten bij malaria ontwikkelen?
tot mannelijke (micro) of vrouwelijke (macro) gametocyten(!)
Een mug prikt een besmette mens met malaria. vertel nu het proces dat gebeurt:
de mug steekt iemand en zuigt bloed op waar gametocyten aanwezig zijn –> bevruchting van de gametocyten id darm van de mug –> vorming van een zygote –> ontwikkelt verder en zal dan penetreren id darmsiljmvliezen –> ontstaan van oöcyste(!) –> die zullen ruptureren en er zullen duizenden sporozoieten vrijkomen –> die migreren dan naar speekselklier van mug –> dan als mug iemand nieuw aanprikt kan die sporozoieten vrijzetten –> beginnen van de cyclus in een mens
Plasmodium falciparum: kliniek
incubatieperiode: 8-25 dagen
geen specifiek koortspatroon; asynchroon ruptuur
s/ koorts, braken, diarree, hoofdpijn, spierpijn, ..
ernstige vormen
- cerebrale malaria
- ernstige anemie
- splenomegalie
- hypoglycemie
- coagulopathie
- metabole acidose
- nierfalen, hemoglobinurie (“blackwater fever” = zwarte urine plassen dr toxische prodcuten)
- leverfalen
-…
Plasmodium ovale, vivax, malariae: kliniek
incubatieperiode: >16d
koorts in patronen; schizonten ruptureren gelijktijdig met vrijzetting van parasieten
minder ernstige ziekte dan P.falciparum
s/ vooral koorts, braken en griepaal syndroom
lagere parasitemie dan P. flaciparum
ernstige infectie: zeldzaam; vivax > ovale > malariae
hematologisch voordeel voor P. Vivax –> Duffy neg bloedgroep (P. Vivax bindt op Duffy bloedgroep)
koortspatronen?
tertiane koorts: om de 3 dagen
quartane koorts: om de 4 dagen
patroon = synchrone maturatie parasieten
Plasmodium falciparum
Kliniek:
- incubatieperiode: 8-25 dagen
geen specifiek koortspatroon; asynchroon ruptuur
s/ koorts, braken, diarree, hoofdpijn, spierpijn, ..
ernstige vormen
- cerebrale malaria
- ernstige anemie
- splenomegalie
- hypoglycemie
- coagulopathie
- metabole acidose
- nierfalen, hemoglobinurie (“blackwater fever” = zwarte urine plassen dr toxische prodcuten)
- leverfalen
-…
Immuniteit? partieel
- ernstige infecties: vooral kinderen & zwangere vrouwen
- continu herinfectie met graduele opbouw immuniteit
-volwassenen: continu low-grade parasitemie zonder klinische symptomen
- immuniteit verdwijnt door te verblijven in een niet endemisch gebied!!
bepaalde hematologische afwijkingen meer frequent want bieden voordeel:
- sikkelcelanemie: heterozygoot afwijking geeft bescherming tegen P. falciparum
- thalassemie
- G6PD deficientie
hoe gaan we malaria diagnosticeren?
Microscopie: dikdruppel (aantal x herhalen)
- parasitemie (% geïnfecteerde RBC) correleert met ernst infectie
- gevoelig: detectielimiet 10-50 trofozïeten/µL
- uitstrijkje: morfologie parasiet en RBC –> speciesbepaling
sneltest
- >95% sensititief bij parasitemie >200 trof/µL
- detecteert parasitaire enzymes: pLDH, histidine-rich protein II (HRP-II), aldolase
serologie: antistoffen
PCR
Microscopie:
P. falciparum
vs
P. ovale / P. vivax
vs
P. malariae
P falciparum:
* hoge parasitemie
* ringvormen: vaak meerdere parasieten per RBC, “koptelefoontje”
* Schizonten zeer zeldzaam
* Gametocyten: banaanvormig
**P. ovale / P. vivax: **
* trofozoieten: ook mature trofozoïeten kunnen gezien w; minder ringvormen
* grotere RBC geïnfecteerd, fimbriae, stippeling, bruin pigment
* schizonten vaak te zien; aantal merozoïeten in schizont voor speciesbepaling
* gametocyten: rond
P. malariae
* vaak lage parasitemie
* veel pigment
* bandvormen
* schizonten: merozoïeten in rosette patroon
* minder ernstige ziekte gewoonlijk
verschil vivax - ovale
morfologische subtiele verschillen
ziektebeeld ~ identiek
verschil is geografisch
- P. vivax –> meest verspreid plasmodium species : zuid-amerika (~ 90% van malaria is vivax) en Azië
- P. ovale: vooral su-Saharisch Afrika
preventie malaria
bednets
medicamenteus profylaxe:
- Atovaquone/proguanil
- doxycycline
- mefloquine
- chloroquine-nivaquine
vaccin
- RTS,S vaccin: effectiviteit 39%
- R21/matrix M vaccin: effectiviteit 75%
zeker dus geen eerste keuze!
behandeling malaria
P. malariae, P. vivax, P.ovale
- chloroquine
- artemisine combinatiepreparaat
- P. vivax en P.ovale: nabehandelen met primaquine (voor hypnozoïeten)
P. flaciparum (ernstige malaria)
- artemisine combinatiepreparaat
- artesunate + zo snel mogelijke doxycycline
- aanvullende behandeling
ondersteunend- vocht
- vasopressie
- intubatie, kunstmatige ventilatie
- dialyse
- anti epileptica
AB overwegen
GEEN corticosteroiden
toxoplasmose: intro
= sporozoa (!)
parasiet = toxoplasma gondii
wereldwijd
kat= eindgastheer –> excreteert oocysten in faeces
tussengastheer:
- veel dieren + mens
- ingestie oöcyste; ontwikkeling tachyzoïet(!) die via bloedbaan/lymfe migreert naar weefsels –> vormt cystes(!) met bradyzoïeten bij normaal immuunsysteem
hoe geraak je geïnfecteerd door Toxoplasmose gondii?
- ingestie van weefselcysten in onvoldoende doorbakken vlees van besmet dier
- ingestie van oöcysten uit omgeving (aarde of water besmet met kattenfaeces), bv besmette groente, fruit
- moeder –> foetus (!)
- orgaantransplantatie
toxoplasmose: kliniek
- meeste infecties verlopen asymptomatisch; evt acuut beeld met gezwollen halsklieren, koorts, spierpijn
- na infectie: latente aanwezigheid bradyzoïeten in cysten
LET OP! mensen met HIV / immuungecomprimmiteerde pten
= ernstige vorm door acute infectie of reactivatie an latente infectie
ogen en hersenen (abcessen) het meeste aangetast
congenitale toxoplasmose
congentiale overdracht
- acute infectie tijdens zws
- ernst aantasting varieert, afh van zws stadium
- ernstige neonatale ziekte (infectie 1e trimester; kans op transmissie wel kleiner) : zie hieronder
- milde ziekte bij de geboorte
- subklinische infectie
- late sequellen
meer over ernstige neonatale ziekte
- klassieke triade: chorioretinitis, hydrocephalus en intracraniële calcificaties (<10% vd gevallen)
- spontane abortus, mentale retardatie, epilepsie, micro- en macrocefalie, microphtalmie, anemie, …
subklinisch infectie: 70-90% van neonaten met congenitale toxoplasmose hebben geen duidelijk afwijkingen bij klinisch onderzoek
- gericht onderzoek naar retinale letsels of hersencalcificaties
late uitingen:
- chorioretinitis
- ontwikkelingsachterstand
- microcephalie
- epilepsie
- gehoorsverlies
-groeiachterstand en endocriene afwijkingen (bv vroegtijdige puberteit)
diagnose van toxoplasmose
serologie: aanwezigheid van IgG/IgM antistoffen
- IgG aviditeit :
- hoge aviditeit = infectie langer geleden / niet de afgelopen 4 maand infectie gehad
- lage aviditeit= recent
PCR: rechtstreeks aantoenen toxoplasma in
- bloed
- biopten
-CSV
- voorkamervocht ppg
behandeling toxoplasmose
2-4 weken
Pyrimethamine + sulfamiden/ + clindamycine
trimethoprim-sulfamethoxazole kan ook gegeven w
cryptosporidium: intro, cyclus, s/, diagnose en R/
= sporozoa
parasieten= Cryp. parvum & Cryp. hominis
b! oorzaak van enteritis
Cyclus:
besmetting door drinken besmet water met oocysten
in darmlumen –> ontwikkelen tot sporozoïeten –> trofozoïeten –> merozoïeten –> micro- en macrogametocyten –> oöcysten –> uitgescheiden in faeces
S/
- immuuncompetent: waterige diarree (+/- 1 week), zelfmimiterend, misselijkheid
- immuungecompromitteerde (bv HIV!) : ernstige, langdurige diarree
diagnose
- zuurvast –> specifieke kleuring nodig
- negatieve carbolfuchsine: sneller en eenvoudiger
- PCR
- Antigen test
R/
- meestal niet angeraden wnnr je niet immuungecompromitteerd bent
- HIV: HAART
- paromomycine of nitazoxanide( niet beschikbaar in belgie)
pt met HIV : wat als infectie met parasiet ?
Toxoplasmose:
- ernstige vorm door acute infectie of reactivatie an latente infectie
ogen en hersenen (abcessen) het meeste aangetast
Cyrptosporidium:
- ernstige, langdurige diarree
entamoeba histolytica: intro, overdracht, S/, diagnostiek en R/
vooral in (sub)tropen
vegetatieve vorm (trofozoïet)
- kleine vorm: geen symptomen
- grote vorm: penetreert darmwand, bloedbaan en andereorganen
- extra-intestinaal: meest freq leverabces
overdacht: faeco-oraal overdracht: besmet water of voedsel
S/
- intestinale amoebiasis
- soms asymptomatisch of milde diarree
- ernstige dysenterie met bloederige/slijmerige diarree, hevige buikpijn, koorts
- leverabces:
- pijn rechter hypochonder, koorts
- abces duidelijk op beeldvorming
- parasietefaeces in 50% aanwezig
- b! DD nodig (kan ook voorkomen bij parasieten)
Diagnostiek:
- serologie: indien niet afkomstig van endemisch gebied OF invasieve infectie
- faeces: aantonen parasieten door microscopisch onderzoek / PCR
- leveraspiraat: PCR
R/ metronidazole 7-10d
giardia lamblia: intro, overdracht, S/, diagnostiek en R/
= giardia duodenalis, giardia intestinalis
= flagellaten
werelwijd
meestal mild en zelflimiterend (1-4weken); kan echter leiden tot ernstige malabsorptie en chronisch infectie
kinderen > volwassenen
overdracht: gecontamineerd water of voedsel
S/
- asymptomatisch dragerschap
- waterige, stinkende, drijvende diarree
- abdominale krampen
diagnose
- microscopie:
- trofozoïeten: beweeglijk, vermendigvuldigen in proximale deel dunne darm
- cysten: weerstandig, infectieus
- Antigentest faces
-PCR
R/
- 1e lijn: metronidazole 5-7d, tinidazole single dose, ornidazol 2d
- 2e lijn (recidief): albendazole 5 d
Trichomonas vaginalis: intro, overdracht, incubatieduur, S/, diagnostiek en R/
= flagellaten
werledwijd
beschadiging vaginaal epitheel
overdracht: seksuele transmissie
incubatieduur: 5-28d
S/
- vooral bij vrouwen: overvloedig witverlies met slechte geur, jeuk, pijnlijke mictie, (50% wel asymptomatisch)
- man: meestal asymptomatisch (soms urethriti, prostatitis)
Diagnose
- geen cystevormen (want kan niet overleven in omgeveing)
- trofozoïet: 1 kern en 5 flagellen
- microscopie urine of vaginale secreties
- antigeentest of PCR op vaginale wisser / urine
R/
- metronidazole
- ook behandelen van seksuele partners!!!