1. De Cel Flashcards

1
Q
  • Wat is anatomie?
A

Leer van de opbouw van het menselijk lichaam

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q
  • Wat is pathologie?
A

Wetenschap die het ontstaan en verloop van ziektes bestudeerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q
  • Wat is fysiologie?
A

Leer van de functies van het menselijk lichaam

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q
  • Bouw van de cel?
A

Celmembraan:
- wand van de cel
- semipermeabel (laat sommige stoffen wel/niet door)
- zorgt dat cel voedingsstoffen en zuurstof kan opnemen en afvalstoffen kan afgeven
Cellichaam:
- bestaat uit cytoplasma = 80% water + zuurstof + voedingsstoffen (eiwit, suiker…) die zorgen voor celstofwisseling en energievoorziening vh lichaam
- cytoplasma bevat organellen (structuren bv. ribosomen, golgi-apparaat, mitochondriën,… die verschillende taken uitvoeren)
Celkern:
- bestaat uit kernplasma (samenstelling is zelfde als cytoplasma)
- regelt alle levensprocessen van de cel
- rondom zit kernwand/ kernmembraan en erin kern-/nucleoplasma

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q
  • Wat is protoplasma?
A

Cytoplasma uit cellichaam + kernplasma uit celkern = totale plasma van de cel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Uit wat bestaat de celkern?

A

In de celkern: nucleolus, bestaat uit chromatine
—> chromatinekorrels (eiwitkorrels)
Celkern deelt korrels&raquo_space; chromosomen (dunne lange draden)

Chromosomen bevatten dragers van erfelijke info, de genen
Genen bevatten DNA
Menselijke celkern heeft 46 chromosomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q
  • Wat is diffusie?
A

Het verplaatsen van stoffen van een hoge naar een lage concentratie.
Wordt veroorzaakt door de beweging van moleculen met als doel de concentratie van de stoffen overal gelijk te krijgen
De stoffen die vrij kunnen bewegen door een membraan zijn gasvormig
In water oplosbare stoffen kunnen door kanaaltjes in het membraan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q
  • Wat is osmose?
A

De verplaatsing van water door een halfdoorlatend membraan
Alleen water kan naar een andere zijde
Doel is dat concentratie opgeloste stoffen aan beide zijden vh membraan in evenwicht is
Aanzuigkracht osmose wordt colloïd-osmotische druk genoemd, de grootte vd druk wordt bepaald door aantal deeltjes die niet over het membraan kunnen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is homeostase?

A

Het streven van ons lichaam om het evenwicht te bewaren tussen verschillende processen
Het gaat om het constant houden van inwendig milieu, waaronder bloed en weefselvloeistof

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Levensverrichtingen van een cel?

A

Willekeurige:
Prikkelbaarheid (bv warm en koud)
Beweging (samentrekken spier)

Onwillekeurige:
Groei (celdeling > toename aantal cellen)
Stofwisseling (opname voedingsstoffen + zuurstof / afgifte afvalstoffen)
Voortplanting (bevruchting)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Mitose?

A

Celdeling bij alle lichaamscellen

Aantal chromosomen per kern 46 na celdeling + verdubbeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Meiose?

A

Celdeling bij rijpe geslachtscellen

Na celdeling 23 chromosomen per celkern > halvering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly