Ziekteleer Flashcards

Korte omschrijving van reactiepatronen en ziektes

1
Q

Lymfoide hyperplasie

A

Folliculair
Paracorticaal (entingen, chronische dermatitiden)
Sinushistiocytose (neoplasie, hemosiderine)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Lymfadenitis beeld

A

Folliculaire hyperplasie (te veel macrofagen)
Bacterieel: zacht en pijnlijk
Acuut: hyperemisch en neutro’s
Matige ontsteking: alleen vochtig
Pyogene bacteriën: pus + necrose
Chronisch: purulent + abces of granulomateus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Lymfadenopathie DDx

A

Hyperplasie: infecties, aseptische reacties (bv imm. gemedieerd)
Lymfadenitis: aspecifiek als reactie, hemorrhagisch-necrotiserend (anthrax), purulent-acuut-chronisch, granulomateus.
Neoplasie: primair of secundair

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Purulente lymfadenitis

A

Ontsteking stroomgebied
Goedaardige droes Pseudotuberculose schaap

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Granulomateuze lymfadenitis DDx

A

Pseudotuberculose bij schaap, kat, lab- & dierentuindieren
PMWS varken
Tuberculose / para herkauwer
Actinomycose / -bacillose herkauwer
Kwade droes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Tuberculose

A

Mycobacterium spp.
Pyogranylomateus (aspecifiek) of specifieke granulomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Paratuberculose

A

Mycobacterium avium paratuberculosis
Chronische pyogranulomateuze enteritis bij herkauwers
Rund verkalking ipv verkazing. Geen tuberkelvorming maar chronische granulomateuze lymfadenitis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Post weaning multisystemic wasting syndrome

A

Porcine circovirus 2. Orgaanoverschrijdend. Granulomateuze lymfadenitis met vergrote mesenteriale lymfeknopen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Actinomycose

A

Actinomyces bovis (rund) = gram + commensale staaf. Pyogranulomateuze ontsteking skelet (vooral onderkaak)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Actinobacillose

A

Granulomateuze bacteriële infectie weke delen van de bek (rund)
Actinobacillus lignieresii = gram - commensaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Miltvuur - anthrax

A

Bacillus anthracis = + sporevormende staaf.
Zoonose en meldingplicht
Infectie meestal door sporen oraal, soms wondje of inhalatie
Hemorrhagisch-necrotiserende lymfadenitis.
Keel, darm, huid, long of septisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Pseudotuberculose

A

Kleine herkauwers, Corynebacterium pseudotbc ovis
Purulente lymfadenitis (gelaagde groene abcessen). Kan alleen van 1 oppervlakkige (kop of hals) of meerdere lymfeknopen zijn.
Yersinia -> verkazende haarden dunne darm, milt, lever, lnn mesenteriales -> granulomen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Splenomegalie DDx

A

Diffuse vergroting: actieve/passieve hyperemie
extramedullaire hematopoëse
acute hemolytische anemie
reactieve hyperplasie
stapelingen
neoplasie
Gelokaliseerde vergroting:
hematoom, acute hemorrhagische infarcten, nodulaire hyperplasie, lokale splenitis, neoplasie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Splenitis

A

Purulent = meestal metastatisch
Necrotiserend door Fusobacterium necrophorum. Rotting door saprofyten -> moddermilt!
Granulomateus door tbc

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Acute lymfoblastaire leukemie

A

Plotseling agressief en infiltratie beenmerg door onrijpe, slecht gedifferentieerde lymfoïde cellen.
Aspecifieke verschijnselen icm trombocytopenie en leukocytose.
Veroorzaakt door FeLV, nog 1-2 weken leven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Chronische lymfocytaire leukemie

A

Maanden tot jaren, veel goed gedifferentieerde rijpe lymfoïde cellen in bloed en beenmerg.
Aspecifieke verschijnselen icm non-regeneratieve anemie (ook ALL), intermitterend braken en diarree en leukocytose.

17
Q

Lymfatische leukemie

A

Tumoreuze ontaarding lymfocyten in hematopoëtisch weefsel en bloed

18
Q

Maligne lymfoom

A

Tumoreuze ontaarding lymfocyten buiten beenmerg

19
Q

Cutaan histiocytoom

A

Goed aardige tumor van dendritische cellen

20
Q

Cutane histiocytose

A

Plaques van proliferaties van meerdere histiocytaire celtypen (dendritisch, macrofaag of monocytair)

21
Q

Histiocytair sarcoom

A

Tumor van myeloïde dendritische APC’s

22
Q

Multipel myeloom

A

Maligne gemuteerde plasmacellen infiltreren het beenmerg. Vroeg stadium = solitair botplasmacytoom

23
Q

Extramedullaire plasmacytoom

A

Tumor met plasmaceloorsprong buiten het beenmerg. Vooral op mucocutane overgangsgebieden.

24
Q

Enzootische bovine leukose

A

Retrovirus (bovine leukemie virus). 1/3 van runderen boven 3 ontwikkelt persisterende lymfocytose, aangifteplichtig!

25
Q

FeLV

A

Retrovirus, veroorzaakt immuundeficiëntie en maligne lymfoom, myeloïde en erytroïde leukemie.

26
Q

Ziekte van Marek

A

Herpesvirus, tumoren T-lymfocyten met infiltratie organen. Vanaf 16 weken resistent, 4 weken incubatie.
Neurale, acute, en oculaire vorm.

27
Q

Aviaire leukose

A

Retrovirus. Lymfoïde leukose, osteopetrose en myeloblastaire leukose. Vanaf 15 weken. Vaak secundaire infecties

28
Q

HD DDx

A

Primair: VWD, vaatwandafwijkingen, trombocytopenie/trombocytopathie
Sedundair: hemofilie, leverziekte, vitamine K antagonist
Gecombineerd: DIS

29
Q

von Willebrand Disease

A

Alle waardes normaal. Grote bloedingen op bewegende plekken

30
Q

Hemofilie

A

A = factor 8
B = factor 9
APTT verlengd, grote bloedingen

31
Q

Leverziekten

A

APTT en PT verhoogd
Fibrinogeen laag
Klinisch geen bloedingen, pas bij leverbiopt check

32
Q

Vitamine K antagonist

A

PT en APTT verhoogd
Grote bloedingen

33
Q

DIS

A

Trombo’s en fibrinogeen laag
PT en APTT hoog
Suggulaties en kleine hematomen