Farmacologie

Question 1

Heparine

Answer 1

Activeert antitrombine dus remt 9, 10, 11, 12 en trombine (intrinsiek)
40-90 minuten halfwaardetijd

Question 2

Low molecular weight heparins

Answer 2

Remmen factor 10
1e orde kinetiek dus voorspelbaarder, APTT minder beïnvloed

Question 3

Coumarine derivaten (warfarine)

Answer 3

Remt vitamine K reductase dus 2, 8, 9 en 10 niet geactiveerd.
Warfarine na 48 uur werkzaam met variabele t1/2

Question 4

Asprine

Answer 4

Bindt COX-1 irreversibel -> minder productie thromboxane A2

Question 5

Clopidogrel

Answer 5

Remt activatie ADP en andere plaatjesagonisten
ADP stimuleert aggregatie en release granules

Question 6

Streptokinase

Answer 6

Activeert plasminogeen -> bevordert fibrinolyse

Question 7

Etamsylaat

Answer 7

Remt prostacycline-synthase (ontstekingsmediator)
Etamsylaat stimuleert zo trombocytenaggregatie, vermindert vasodilatatie en vasopermeabiliteit.
Ook activatie P-selectine.
Geen invloed PT, fibrinolyse of trombocytenaantal

Question 8

Glucocorticosteroïden

Answer 8

Remmen vorming arachidonzuur door fosfolipase enzymen op transcriptie niveau.
Werkingen/indicaties: anti-inflammatoir, stofwisselingsziektes, partusinductie (herkauwers), neoplasie, insufficiëntie bijnierschors. Minder pijnstilling dan NSAIDs, wel immuunsuppressie en membraanstabilisatie.

Question 9

NSAIDs

Answer 9

Remmen alleen COX enzymen dus prostaglandine en thromboxane synthese.
Anti-inflammatoir, pijnstillend en koortsverlagend