zet de woorden: wetenschap, geloof, feit & mening bij de juiste zin Flashcards
1
Q
Iets als waarheid aannemen zonder bewijs; vertrouwen in het bestaan van een god.
A
geloof
2
Q
Over iets of iemand oordelen naar eigen overtuiging.
A
mening
3
Q
Onderzoeken en met duidelijke argumenten bewijzen hoe dingen zijn of werken.
A
wetenschap
4
Q
Iets waarvan je zeker bent dat het gebeurd is; wat bewezen is.
A
feit