Z-A (soc, demo, eco + pol) Flashcards
Bevolkingsdruk
De spanning tussen de omvang van de bevolking en de bestaansmogelijkheden in een gebied.
Bevolkingsparticipatie
Proces waarbij de bevolking betrokken wordt bij de politieke besluitvorming in een gebied.
Cash crops
Agrarische producten die verbouwd worden om te verhandelen.
Cliëntelisme
Het verlenen van voorrechten door dominante bevolkingsgroepen aan hun eigen bevolkingsgroep.
De-agrarisatie
Het afnemende belang van de landbouw in de economie van een gebied.
Demografische druk
De verhouding tussen de werkende leeftijdsgroep en de niet-werkende leeftijdsgroep.
Duale economie
Het naast elkaar bestaan van een traditionele en moderne sector in de economie van een gebied.
Ertsen
Gesteenten en mineralen waar mensen nuttige stoffen uit kunnen halen / die positief aan de economie bijdragen.
Exportvalorisatie
Bewerking van producten vóór de export, zodat de waarde stijgt.
Geografisch beeld
Beeld van een ruimtelijke verschijnsel gebaseerd op geografische feiten.
Gini-coëfficiënt
Getal tussen 0 en 1 om de inkomensongelijkheid in een samenleving uit te drukken.
Handelsbalans
Het verschil tussen de inkomsten uit export en de uitgaven aan import.
Import- en exportpakket
Samenstelling van het totale pakket aan goederen en diensten dat een land in- en uitvoert.
Importsubstitutie
De investering in de binnenlandse industrie om de import te vervangen. Vaak in combinatie met hogere importheffingen.
Informal city
Deel van de stad dat geen onderdeel uitmaakt van de geplande stedelijke ontwikkeling.