Woordenstroom 7 + 8

Question 1

ad rem

Answer 1

snel inspelen op iets

Question 2

annexatie

Answer 2

aanhechting

Question 3

atheïst

Answer 3

iemand die niet gelooft dat er een god bestaat

Question 4

canon

Answer 4

geheel v teksten, beelden.. dat het referentiekader v/e cultuur vormt

Question 5

consultant

Answer 5

professioneel adviseur

Question 6

debuteren

Answer 6

voor de eerste keer publiek optreden

Question 7

demograaf

Answer 7

iemand die statistische gegevens over een volk verzamelt en beschrijft

Question 8

denktank

Answer 8

groep v deskundigen die oplossingen voor problemen bedenkt

Question 9

(economische) depressie

Answer 9

langdurige terugloop van de productie

Question 9

desastreus

Answer 9

rampzalig

Question 10

discours

Answer 10

discussie, conversatie

Question 11

dominant

Answer 11

overheersend

Question 12

drastisch

Answer 12

krachtig en ingrijpend

Question 13

engagement

Answer 13

betrokkenheid

Question 14

essentie

Answer 14

belangrijkste, kern van iets

Question 15

etnografisch

Answer 15

volkenkundig

Question 15

ethicus

Answer 15

beoefenaar vd filosofie die zich bezighoudt met wat moreel goed/slecht is

Question 16

garderobe

Answer 16

bewaarplaats voor kleren

Question 17

fluctueren

Answer 17

voortdurend wijzigen

Question 18

immoreel

Answer 18

niet deftig volgens de algemene norm

Question 19

impliceren

Answer 19

inhouden

Question 20

incentive

Answer 20

aanmoedigingspremie of -prijs

Question 21

innovatie

Answer 21

vernieuwing

Question 21

infrastructuur

Answer 21

(verkeers)verbindingen

Question 22

kanttekening

Answer 22

kleine opmerking (bij iets)

Question 22

integraal

Answer 22

in zijn geheel

Question 23

krediet

Answer 23

geldlening die je met uitstel afbetaalt

Question 24

kwalificeren

Answer 24

benoemen, betitelen

Question 25

mainstream

Answer 25

populair bij de grote massa

Question 26

non-profit

Answer 26

niet op winst uit

Question 27

opportuniteit

Answer 27

geschikte gelegenheid, opgelegde kans

Question 28

ordinair

Answer 28

alledaags, gewoon

Question 29

prominent

Answer 29

vooraanstaand, (er)uitspringend

Question 29

parafraseren

Answer 29

omschrijven in eigen woorden

Question 30

particulier

Answer 30

iem die voor eigen gebruik koopt/huurt

Question 31

resem

Answer 31

reeks, grote hoeveelheid

Question 31

ressorteren

Answer 31

behoren tot/onder

Question 32

solvabel

Answer 32

in staat om te betalen

Question 33

stoelen op

Answer 33

gebaseerd zijn op

Question 34

teisteren

Answer 34

ernstige schade toebrengen gedurende een lange tijd

Question 35

tendens

Answer 35

trend

Question 36

vergaren

Answer 36

verzamelen

Question 37

analfabetisme

Answer 37

niet kunnen lezen/schrijven

Question 38

acceptabel

Answer 38

aanvaardbaar

Question 39

anarchisme

Answer 39

streven nr situatie waarin niemand aan de leiding is

Question 40

artisanaal

Answer 40

op traditionele wijze gemaakt

Question 41

bagatelliseren

Answer 41

als onbelangrijk voorstellen

Question 42

bloemlezing

Answer 42

verzameling v mooiste en beste stukken uit poëzie en proza

Question 42

consequent

Answer 42

volgens vast plan

Question 43

continuüm

Answer 43

ononderbroken lijn

Question 44

coulisse

Answer 44

zijkant v toneeldecor

Question 45

entourage

Answer 45

omgeving

Question 46

filoloog

Answer 46

specialist in taal en literatuur v/e gemeenschap

Question 47

fnuiken

Answer 47

zorgen dat ontwikkeling zich niet kan voortzetten

Question 48

getormenteerd

Answer 48

gekweld, gepijnigd

Question 49

grotesk

Answer 49

lachwekkend, grillig, bespottelijk

Question 50

hedonistisch

Answer 50

genotzuchtig

Question 51

imaginair

Answer 51

denkbeeldig

Question 52

impasse

Answer 52

moeilijke situatie waar je niet uit kan komen

Question 53

implicatie

Answer 53

verwikkeling, wat erbij hoort

Question 54

inert

Answer 54

bewegingloos

Question 55

informeel

Answer 55

niet plechtig, niet-officieel