Woordenstroom 6 Flashcards

1
Q

analogie

A

overeenstemming, overeenkomst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

analoog

A

op basis van overeenkomst/ niet werkend op basis van het binaire stelsel/ voorstellingswijze in de informatieverwerking waarbij, in tegenstelling tot digitaal, kenmerken van een toestand worden weergegeven door een fysieke grootheid die een continu variabel verloop heeft dat overeenkomt, of analoog is, met het verloop van de voor te stellen waarde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

autobiografisch

A

het eigen leven beschrijvend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

blikvanger

A

iets wat de aandacht trekt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

bloemlezing

A

verzameling van de mooiste en beste stukken uit poëzie of proza, anthologie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

canon

A

het geheel van teksten, beelden, kunstwerken en gebeurtenissen dat het referentiekader is van een gedeelde cultuur of religie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

choreograaf

A

ontwerper van balletten en dansen, balletregisseur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

conferencier

A

iemand die een humoristische monoloog brengt
stand-up comedian

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

cyclus

A

periode gekenmerkt door dezelfde soort gebeurtenissen/ geheel van dingen die bij elkaar horen (bijvoorbeeld: de seizoenen, maancyclus)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

digitaal

A

werkend op basis van het binair stelsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

dystopie

A

een (denkbeeldige) samenleving met louter negatieve eigenschappen waarin men beslist niet zou willen leven. Het tegenovergestelde van een utopie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

elegie
elegieën

A

klaagzang

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

epitaaf

A

grafschrift

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

exponentieel

A

uitgedrukt in een exponent / buitengewoon krachtig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

fataal

A

noodlottig, de dood tot gevolg hebben

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

foyer

A

ruimte in bioscoop of schouwburg waar je iets kunt drinken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

gigantisch

A

reusachtig groot / enorm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

hiërarchie

A

rangorde, de trapsgewijze afdaling van meerdere tot mindere

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

hunkeren naar

A

sterk verlangen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

iconografie

A

beeldbeschrijving, leer van de betekenis der voorstellingen van personen en voorwerpen op prenten, schilderijen …

21
Q

impact

A

uitwerking, invloed, effectt

22
Q

inaugurale rede

A

toespraak bij de aanvaarding van een ambt, bij een inauguratie

23
Q

introduceren

A

voorstellen / in de mode, op de markt brengen / tijdelijk toegang verschaffen

24
Q

ludiek

25
markeren
merken, stempelen / aanduiden, het belang aangeven / betekenen
26
melancholie
zwaarmoedig, droefgeestigheid
27
memento mori
symbolen, vaak objecten zoals schedels of zandlopers, maar soms ook inscripties, bedoeld om de toeschouwer te wijzen op de betrekkelijkheid van het aardse
28
monumentaal
zeer groot, enorm
29
motto
uitdrukking, zin ... die in het kort de bedoeling van iets aanduidt
30
oeuvre
het gezamenlijke werk van een kunstenaar
31
pantheon
het geheel van de goden van een bepaalde gemeenschap
32
parafraseren
de inhoud met andere woorden weergeven
33
parallel (substantief)
analogie
34
polemiseren polemiek
debatteren / in twistgeschrift treden / pennenstrijd voeren / zijn standpunt verdedigen
35
prognose
voorspelling
36
proloog
inleidende rede, voorwoord / korte tijdrit als openingsrit van grote wielerwedstrijden
37
pseudonim
schuilnaam
38
qua
wat betreft
39
relaas
verhaal, verslag
40
requiem
mis voor een overledene / muziek en gezang daarbij
41
simultaan
gelijktijdig
42
soelaas vb. soelaas bieden
steun, verlichting
43
solist
solozanger, -speler
44
split screen
een techniek die vaak gebruikt wordt bij films, televisie en videospellen, waarbij het beeld in twee of meer stukken opgesplitst wordt en in elk stuk iets anders te zien is
45
stimuleren
prikkelen, aanmoedigen
46
trailer
delen van een later te vertonen film als reclame
47
ultiem
laatst, uiterst
48
vanitas
ijdelheid, vergankelijkheid / voorstelling in de beeldende kunst waarop voorwerpen zijn weergeven zijn die aan de dood, vergankelijkheid herinneren