wiskunde Flashcards
1
Q
wat is een lettervorm
A
is een getal,een letter of een product van beide
2
Q
uit welke 2 delen bestaan eentermen
A
een cijfergedeelte(coëfficiënt) en lettergedeelte
3
Q
hoe noemen we de letters die in een eenterm voorkomen
A
variabelen of veranderlijken
4
Q
wat is een veelterm
A
is een som van eentermen
5
Q
hoe noemen we een veelterm met 1 term
A
eenterm
6
Q
een veelterm met 2 termen
A
2 termen …
7
Q
wat zijn gelijksoortige eentermen
A
dat zijn termen met hetzelfde lettergedeelte