Westelijk rivierenlandschap Flashcards

1
Q

Het Westelijke rivierengebied is perimarien, wat betekent dat?

A

Er is getijdenwerking in de rivieren aanwezig;

peri betekent rondom. Dus rondom de zee; onder invloed van de zee.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat voor soort oeverwallen en kommen heeft het Westelijke rivierenlandschap?

A

De kleiïge oeverwallen uit het Westelijke rivierengebied zijn smal en laag. De (klei-op-)veenkommen zijn breed.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe ontstaan wielen(kolken)?

A

Bij dijkdoorbraak slaat het water een inham in de binnendijkse bodem. Deze inham(gevuld met water) heet een wiel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is een overslaggrond?

A

Het sediment wat het water bij een dijkdoorbraak binnendijks heeft verspreidt is de overslaggrond.
Het natuurlijke equivalent van een overslaggrond is een crevasse-afzetting.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Liggen wielen en overslaggronden binnen- of buitendijks?

A

Dat hangt af van de herbedijking.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Uit wat voor soort afzetting bestaat een overslaggrond?

A

Uit kleiig grof zand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de normgrond in de oeverwallen in het Westelijk Rivierengebied?

A

Hydromorfe kleivaaggrond of poldervaaggrond

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly