Week3_les1 Flashcards

1
Q

Welke protocollen worden in het boek genoemd om SDN-achtige toepassingen mogelijk te maken op bestaande hardware?

A

Netconf, BGP en MPLS.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waarvoor wordt BGP-LS op een ODL controller gebruikt?

A

Voor het verzamelen van link-state en topologie informatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waarvoor wordt het PCE-P protocol gebruikt?

A

Voor het configureren van een MPLS verbinding.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke drie concepten kunnen met PCE-P worden geconfigurereerd?

A

Een FIB voor forwarding op basis van mac-adressen. 2) een RIB voor routeren en 3) de management plane.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welk protocol wordt gezien als de opvolger van SNMP?

A

NETCONF Noem vijf kenmerken van NETCONF. Scheiden van operationele functionaliteit en configuratie. 2) Heeft RPC mogelijkheden. 3) Ondersteuning voor notificaties, vergelijkbaar met een SNMP trap en 4…

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Kun je met NETCONF alle netwerk hardware configureren?

A

Nee, de specifieke hardware zal daar ondersteuning voor moeten bieden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Bij SNMP wordt gebruikgemaakt van zogenaamde MIBs en SMIs, waarmee kunnen de MIB en de SMI van SNMP onder NETCONF worden vergeleken?

A

SMI = YANG en MIB zijn de YANG data models.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe komen de systemen aan de beschikbare datamodels?

A

Tijdens de eerste communicatie zullen de data models worden uitgewisseld. Hierdoor weet bijvoorbeeld de SDN controller welke models er beschikbaar zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is een nadeel van Netconf en YANG?

A

Beide zijn redelijk fabrikant specifiek. Het is de verwachting dat de data models gestandaardiseerd gaan worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat wordt door NETCONF gebruikt als gestructureerde methode om data uit te wisselen?

A

XML

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke (communicatie)protocollen worden door veel controllers (aan de Northbound) ondersteund?

A

NETCONF en RESTCONF

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waarmee kan RESTCONF worden vergeleken?

A

De REST API. REST is te vergelijken met HTTP.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waarom is het de verwachting dat REST in combinatie met JSON veel zal worden gebruikt?

A

Omdat veel programmeurs ervaring hebben met JSON ipv XML.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welke rol zal een ODL controller aannemen in en BGP netwerk?

A

De ODL controller wordt een BGP node/peer.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke functionaliteiten heeft een ODL controller in een BGP netwerk?

A

Inzicht in de topologie, verkeersstatistieken verzamelen en de mogelijkheid om congestionpoints te vermijden. De ODL controller zal zichzelf niet adverteren als actieve router.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is de functie van PCE en PCE-P?

A

PCE en PCE-P worden gebruikt voor het berekenen van complexe(re) routes in IGP netwerken, maar ook voor AS systemen in BGP. Deze BGP routes gaan dan meestal over een MPLS netwerk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Welke drie categorien datacentra worden er in het boek genoemd?

A

Private Single Tenant, 2) Private Multi-tennant en 3) Public Multitenant.

18
Q

Wat is een nadeel van de virtualisatie en het even snel opstarten van een groot aantal nieuwe VMs?

A

De nadelen zijn o.a.: een explosieve groei van het aantal MAC-adressen, en groei aan VLANs en STP.

19
Q

Welk protocol heeft geen last van een explosieve groei van VLANs?

20
Q

Welke veranderingen in een datacenter zorgen mogelijk voor problemen?

A

Adding, Moving and deleting resources, 2) Failure recovery, 3) multitenancy, 4) traffic engineering and path efficiency

21
Q

Welke drie tunneling technieken worden in het boek genoemd om de problemen, genoemd bij vraag 21, te kunnen tegengaan?

A

VXLAN, 2) NVGRE en 3) SST

22
Q

Hoe wordt het eindpunt bij de drie tunneling technieken genoemd?

A

Een virtual tunnel end point (VTEP)

23
Q

Welke aanpassing moet er bij een datagram van een tunneltechniek worden doorgevoerd?

A

De MTU moet worden verkleind.

24
Q

In welk SDN toepassingen kom je de tunneltechniek en VTEPs regelmatig tegen?

A

Hypervisor-based Overlays

25
Welk van de genoemde tunnelingstechnieken zul je waarschijnlijk tegenkomen bij de netwerkapparatuur van Cisco?
VXLAN.
26
Wat zijn de kenmerken van VXLAN?
VXLAN is een toepassing van MAC-in-IP tunneling, elk virtueel netwerk (of overlay) wordt een VXLAN segment genoemd. Er zijn 16 miljoen VXLAN segmenten (224) mogelijk. VXLAN tunnels zijn stateless, VTE...
27
Wat zijn de kenmerken van NGRE?
Is een MAC-inIP tunnel, elk virtueel netwerk/overlay is een laag 2 netwerk. Ook hier zijn ruim 16 miljoen mogelijkheden (224) NVGRE is net als GRE stateless, NVGRE packets zijn Unicast tussen twee NVG...
28
Wat zijn de kenmerken van SST?
Ook een Mac-in_ip tunnel, heeft een Context-ID. Context-id =64 bits, SST is stateless. SST gebruikt unicast tussen tunnel eindpoints. Het maakt gebruik van TCP.
29
In datacentra moet het routeren van de data tussen virtuele en fysieke netwerken efficient verlopen. Welke technieken kunnen hierbij helpen?
Multi path routing, Multiple spanning Tree protocol, Shorest Path bridiging (802.1aq) wat samenwerkt met het routing protocol IS-IS. Equal-cost Multipath, enSDN and shortest-ath complexity
30
Welke voordelen worden er genoemd als het gaat om SDN en shortest-path complexity?
Stabiele en globale overzicht van het netwerk. 2) kan met meer factoren rekening houden. 3) door meer ram en CPU kunnen er hogere capaciteiten worden behaald bij het berekenen
31
wat wordt er verstaan onder een fat tree?
De root van de tree heeft meer links/bandbreedte dan een schakelaar lager in de topologie. Zie figuur 8.8
32
Welke drie vormen van SDN worden er in een datacenter toegepast?
SDN via overlays, 2) Open SDN met een controller en 3) SDN via APIs
33
Welk van de hierboven genoemde SDN vormen wordt als de meest eenvoudige, beschikbare oplossing gezien?
SDN via overlays.
34
Wat is kenmerkend aan open SDN?
Maakt gebruik van een centrale controller.
35
Welke SDN via APIs Controllers worden er geleverd door Cisco en Juniper?
APIC-DC en -EM en (open)contrail.
36
Wat zijn de kenmerken van SDN via Overlays?
Technologie ontwikkeld voor in het datacenter. 2) voorbeelden zijn VXLAN en NVGRE. 3) de technologie creert een virtueel netwerk bovenop het fysieke netwerk. 4) de technologie lost niet de problemen o...
37
Wat zijn de kenmerken van open SDN?
Deze oplossing is niet specifiek ontwikkeld voor in het datacenter. 2) Legacy hardware kan worden gebruikt maar het gebruik van openflow is een logischer. 3) het is geschikt om de eerder genoemde prob...
38
Wat zijn de kenmerken van SDN via Apis?
Minimale upgrade nodig in het netwerk. 2) sommige toepassingen zijn policy-based terwijl andere voortborduren op de bestaande situatie. 3) bestaande succesvolle concepten worden gebruikt. 4) de belang...
39
Welke technieken kunnen worden gezien als voorloper van SDN binnen WAN-netwerken?
Networking Monitoring and Traffic Management Applications als sFLow en NETFLow 2) MPLS-Traffic engineering (MPLS-TE) en 3) Path Computation Element (PCE) -based Architecture
40
Wat zijn de redenen voor serviceproviders om SDN vormen toe te passen?
Complexiteit van het netwerk en de hardware verminderen en bovendien de beheerkosten te verlagen. Daarnaast de mogelijkheid om flexibel het netwerk op te bouwen.
41
Welke netwerktoepassingen worden er binnen deze context genoemd?
Captive portals, 2) Campus, 3) Hospitality netwerks, 4) Mobile Networks, 6) Optical netwerks
42
Wat zijn de kenmerken van een policy-based SDN netwerk?
Het flexibel aanpassen van de flow regels (of andere configuratie mogelijkheden) op basis van een of meerdere policies. De policys kunnen worden gekoppeld .