week 9 Flashcards
5 hoofdfuncties spijsverteringskanaal
- Motoriek
- Secretie
- Digestie
- Resorptie
- Productie faeces
3 lagen mucosa duodenum
- Epitheellaag: slijmproducerende cellen
- Lamina propria: kleiren en bindweefsel
- Lamina muscularis mucosae: dunne kringspierlaag om eerste twee lagen
Wat bevat de submucosa van duodenum?
Klieren, bloedvaten en galgangen, maar voornamelijk bindweefsel
Opbouw lagen colonwand (5)
- Crypten van Lieberkuhn
- Lamina propria
- Muscularis mucosae
- Submucosa
- Circulaire & longitudinale spierlagen
Contractie gladde spiercellen
- Ca2+ stijgt en bindt aan calmoduline
- Conformatieverandering; activatie MLCK
- MLCK fosforyleert (+ fosfaatgroep) myosine
- Myosine hydroliseert ATPase
- Crossbridge cycle activatie
Werking second-messenger systeem met G-eiwitten
- Ca2+ concentratie stijgt doordat het uit intracellulaire stores komt
- IP3 komen uit intracell. stores bij G-eiwit activatie
- PIP2 splitst in IP3 en diacylglycerol
- Calciumkanalen gaan openstaan en calcium verplaatst zich vanuit SR naar SP
2 soorten gladde spiercellen
- Multi-unit
- Unitary
Multi-unit
Te vinden in o.a iris. Per spiercel is er één zenuwvezel. Meer signalen nodig om beweging uit te voeren. Zorgt voor een verfijnde motoriek.
Unitary
Één zenuw heeft een uiteinde op meerdere spiercellen. Tussen de spiercellen zitten gap-junctions die de elektrische stroom geleiden. 1 signaaltje zorgt voor contractie van heel veel spiervezels. Verfijne motoriek niet van belang, komt vooral voor bij MD-kanaal.
Ook in afwezigheid van de __________ gaat de peristaltiek gewoon door.
parasympathicus
Voor slow-wave contracties zijn twee soorten kanalen nodig: _____________________ en ____________________________.
Ca-kanalen, Ca-afhankelijke chloride kanalen
Slow wave werking
- Ca-kanalen openen doordat cel depolariseert
- Actiepotentiaal
- Ca stroomt cel in, Ca2+ in cel stijgt
- Binding aan chloridekanalen (Ca-afhankelijk)
- Bij negatief chloride-Evw. potentiaal; cel krijgt een meer negatief potentiaal–> hyperpolariseren
- Spanningsafhankelijke Ca-kanalen sluiten; Ca concetratie daalt
- Depolarisatie door Ca-afhankelijke chloridekanalen sluiten door hyperpolariserende stroom
EPSP’s
Exciterende postsynaptische potentialen
Ritme van maagdarm actiever maken
IPSP’s
Inhiberende postsynaptische potentialen
Darm in rust
Innervatie van de gladde spiercellen vindt plaats via de ______________________.
parasympathicus