Week 6 Flashcards

1
Q

Wat is blindheid?

A

onvermogen om op 6m te zien wat iemand met normaal gezichtsvermogen op 60m kan zien.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Slechtzienden wettelijke definitie? Hoe ver kan die kijken?

A

3:10 (ver kijken)

o Geen definitie voor dichtbij, kleur, licht, diepte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Symptomen van blindheid/slechtziend?

A
  • Oogirritaties
  • Vaak knipperen
  • Vertrekkingen gezicht tijdens lezen
  • Dichtbij houden van boeken
  • Moeite met schrijven
  • Hoofdpijn
  • Duizeligheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Veel voorkomend bij slechtzienden qua visuele problemen en bewegen?

A

Bewegingsachterstand

  • Negatieve ervaringen (botsen)
  • Imitatiegedrag is minder
  • Conditionele achterstand
  • Onafhankelijkheid stimuleren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoeveel kinderen slechthoren?

A

1 á 2 %

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is DCD en wanneer?

A

Developmental coordination disorder

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke leeftijd meestal DCD?

A

5/6, meestal 6 jarige leeftijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Kenmerken DCD

A
  • Aanleren en uitvoeren van gecoördineerde
    motorische vaardigheden verloopt duidelijk onder
    niveau (leeftijd en verstandelijke mogelijkheden)
  • Problemen hebben duidelijk invloed op leven van het kind; bij allerlei dagelijkse taken thuis, op school en tijdens sport en spel.
  • De symptomen beginnen op jonge leeftijd.
  • De problemen kunnen niet worden toegeschreven aan een andere oorzaak, zoals een verstandelijke beperking, problemen met het zien of een neurologische aandoening.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Belangrijk om te doen met een kind met DCD in jouw les als gymdocent?

A

Differentiëren, succesbeleving laten ervaren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke chronische longaandoeningen zijn er? En hoe worden deze 3 bij elkaar genoemd?

A
  • Astma
  • Longemfyseem
  • Bronchitis
  • Taaislijmziekte (CF)

Verzamelnaam: chronische obstructieve longziekten (COPD)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is longemfyseem?

A

Alveoli gaan stuk –> verminderd oppervlak voor uitwisseling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Symptomen longemfyseem?

A

Kortademigheid
piepende ademhaling
hoesten
benauwdheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly