Week 2 Flashcards

1
Q

Risicofactoren van arteriosclerose

A
  • Roken
  • Hoge bloeddruk
  • Diabetes
  • Hoge cholesterol
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is het verschil tussen een hartinfarct en ischemie?

A

Hartinfarct –> volledige afsluiting van een bloedvat.

Ischemie –> vernauwing van een bloedvat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Opbouw Arteriosclerose (Opbouw van een plaque. a, b, c, d…)

A

A: Een Via het bloed aangevoerde stof beschadigt de endotheel laag van de arteriële wand waarbij de onderliggend bindweefsellaag wordt blootgelegd

B: Bloedplaatjes en circulerende monocyten worden naar die plaats van beschadiging aangetrokken en hechten zich aan het blootliggende bindweefsel. De bloedplaatjes geven een substantie af genoemd ‘groeifactor uit bloedplaatjes’ die de migratie van gladde spiercellen bevordert van media naar intima

C: Op de plek van de beschadiging vormt zich een plaque, die in principe is samengesteld uit gladde spiercellen, bindweefsel en afvalstoffen

D:Terwijl de plaque groeit, vernauwt die de opening van de arterie en hindert de bloedstroom, Lipiden in het bloed, vooral LDL-C, worden in de plaque afgezet. Als er stukken van de plaque afbreken, kunnen ze klonten gaan vormen die in andere delen van het vat kunnen blijven steken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is diabetes type 1 en type 2?

A

Type 1:

  • Lichaam maakt te weinig insuline aan
  • Afhankelijk van insuline

Type 2:

  • Ongevoeligheid voor insuline
  • Vaak door levensstijl,
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is Hypoglykemie en de bloedglucosewaarde?

A
  • Een te lage bloedsuikerspiegel

- Bloedglucosewaarde <3,5 mmol/l (millimol glucose per liter)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is Hyperglykemie en de bloedglucose waarde?

A
  • Te hoge bloedsuikerspiegel

- Bloedglucosewaarde >8 mmol/l (millimol glucose per liter)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Ideale verhouding totale C/HDL-C?

A

<3.0

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Te hoge C/HDL-C (cholesterol)?

A

Hoger dan 5.0 (risico)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Oorzaken van een hypoglykemie?

A
  • Te weinig koolhydraten eten
  • meer lichamelijke inspanning dan normaal
  • te veel insuline spuiten in verhouding tot de
    hoeveelheid gegeten koolhydraten (type 1)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Oorzaken van een Hyperglykemie?

A
  • Te weinig insuline
  • Let op: bij inspanning wordt er glucose afgegeven
    aan het bloed (lever)
  • Explosieve inspanningen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Symptomen Hypoglykemie?

A
  • zweten
  • trillen
  • hartkloppingen
  • duizelig zijn
  • snel geïrriteerd zijn en een plotseling wisselend humeur (bijvoorbeeld opeens boos worden)
  • ongeconcentreerd zijn
  • hoofdpijn
  • moe zijn
  • hongerig zijn. Bij een hypo eten geven. Te weinig gegeten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Symptomen Hyperglykemie?

A
  • Veel plassen
  • veel dorst hebben en houden
  • vermoeid en lusteloos zijn
  • plotselinge humeurigheid
  • snel boos worden,
  • geen eetlust hebben of juist hongerig zijn,
  • wazig zien,
  • misselijk zijn of overgeven, alles voelt vervelend.
  • buikpijn.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Oorzaak Hypoglykemie en Hyperglykemie?

A

Hypo: Te weinig gegeten
Hyper: Teveel gegeten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wanneer echt obesitas (BMI) ?

A

30 of hoger

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Tailleomtrek bij obesitas of adipositas (Vrouwen en mannen)?

A

Mannen: >102 cm
Vrouwen: >88 cm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly