Week 5: browser Flashcards

1
Q

wat is de DOM

A

De DOM staart voor Document Object Model. Dit is een pagina die word getoond op de browser en je kan hiermee interreageren met behulp van de DOM API.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

welke 2 objecten heeft de DOM API + uitleg

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

de volgende methods worden gebruikt voor elementen op te halen, leg uit:
getElementById
getElementsByClassName
getElementsByName
getElementsByTagName
querySelector
querySelectorAll

A

spreekt allemaal voor zich, de gene met element in de naam + queryselector geven 1 element terug en de gene met elementS + queryselectorall geeft een array van elementen terug

de get methodes gebruiken de html selector voor te zoeken en de queryselector methodes gebruiken de css selector

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

de volgende methods worden gebruikt voor elementen aan te passen, leg uit:
textContent
innerHTML
value

A

textContent kan gebruikt worden op alles bv. je kan dan in een p element de tekst veranderen maar bij een style of script element dan ook de code

innerHTML spreekt voor zich

value is ook voor HTML elementen maar kan niet voor ze allemaal, bv input heeft da wel maar div niet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

voor wat wordt defer gebruikt bij het script element

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

voor wat wordt het DOMContentLoaded event gebruikt

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat is een node

A

Een node is een stukje van de boomstructuur, we kunnen met behulp van deze node, zaken aanpassen, verwijderen of toevoegen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly