week 4 Flashcards
waarmee en waar wordt ATP voornamelijk verbruikt?
- actomyosine ATPase
- iontransport
- eiwit en RNA synthese
dit gebeurt allemaal in het cytosol
waarmee en waar wordt ATP voornamelijk aangemaakt?
- creatinefosfaat (cytosol)
- anaerobe glycolyse (cytosol)
- aerobe glycolyse (mitochondriën)
- vetzuuroxidatie (mitochondriën)
wat gebeurt er bij een plotse toename in inspanning bij de ATP synthese in de hartspier?
- daling ATP en stijging ADP
- creatiniefosfokinase reactie
- anaerobe glyco(geno)lyse
daarna: versnelling glucose/vetzuuroxidatie
welke 2 manieren zijn er voor NADH om zijn elektronen te transporteren het mitochondrium in?
- malaat-aspartaat shuttle
- glycerol-3-fosfaat shuttle
wat is het werkingsmechanisme van de malaat-aspartaat shuttle?
oxaloacetaat neemt elektronen van NADH op –> verandert in malaat –> malaat gaat mitochondrium in –> geeft elektronen af –> verandert weer in oxaloacetaat –> oxaloacetaat verandert in aspartaat –> aspartaat gaat cytosol in
wat is het werkingsmechanisme van de glycerol-3-fosfaat shuttle?
dihydroxyacetone fosfaat neemt elektronen op –> verandert in glycerol-3-fosfaat –> geeft elektronen af aan FAD –> FAD geeft elektronen af in matrix
wat is de koppeling tussen de oxidatie van NADH en FADH2 en de fosforylering van ADP?
de proton gradiënt: je hebt 3 protonen nodig om genoeg energie te hebben voor de omzetting van ADP in ATP.
wat is de snelheidsbepalende factor van de mitochondriale ademhaling?
de hoeveelheid beschikbare ADP in de mitochondriale matrix
wat zijn de functies van AMP?
activeren van:
- fosfofructokinase
- glycogeen fructokinase
- vetzuuroxidatie
door welke medicatie kan de vetzuuroxidatie geremd worden?
- trimetazidine
- ranolazine
- etoxomir
op welke 3 manieren is celdood mogelijk?
- necrose
- autofagie
- apoptose
wat zijn de mogelijke oorzaken van celbeschadiging?
- langdurig O2 gebrek
- mechanisch
- ioniserende straling, warmte/koude, stroomstoot
- chemicaliën
- infectie, leukocyten gemedieerde schade
- genetische defecten
wat laat TTC kleuring zien?
het verschil tussen levend en dood weefsel
welke soorten necrose zijn er?
- liquefactie necrose
- coagulatie necrose
- gangreneuze necrose
- verkazende necrose
- vet necrose
- fibrinoïde necrose
wat is het grootste verschil tussen coagulatie necrose en liquefactie necrose?
bij coagulatie necrose is er eiwit denaturatie en bij liquefactie necrose is er vooral eiwit afbraak
wat zijn de stoffen die een hartinfarct aan kunnen tonen als het zich in het bloed bevindt?
- HFABP: komt al heel snel vrij, maar daalt na een paar uur ook alweer sterk in concentratie
- myoglobine
- CPK: komt later op gang
- TnI: komt later op gang
- LDH
wat is het fysiologische deel van apoptose?
embryogenetisch:
- morfogenese
- ontwikkeling neuraal netwerk
- self-tolerance in immunologie
volwassenen:
- menstruatie
- afstoting darmcellen
- afsterven huidcellen