Week 2 hoofdstuk 5 Flashcards

Biosociale en psychologische criminaliteit

1
Q

biologische stromingen richten zich vooral op verband tussen … en criminaliteit

A

somatype (lichaamsbouw) en criminaliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Volgens Sheldon (uit biologische stroming) zijn er drie typen mensen:

A
  1. endomorfen: klein, rond, vet, Korte ledematen
  2. mesomorfen: atletisch, breed, gespierd
  3. ectemorfen: mager, smal gezicht, teer beendergestel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

tweelingonderzoeken

  1. doel
  2. uitkomsten onderzoeken
  3. conclusie
A
  1. doel is inzicht krijgen in het aandeel van erfelijke factoren op criminaliteit door eeneiige en twee eigen tweelingen met elkaar te vergelijken.
  2. twee eiige tweelingen die apart van elkaar opgroeien, lijken minder op elkaar dan twee eiige tweelingen die samen opgroeien.
    bij een eiige tweelingen lijken de gedragingen op elkaar, ongeacht of ze samen of apart zijn opgegroeid
  3. sterke aanwijzingen dat erfelijke factoren een rol spelen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

studies naar adoptie kinderen

  1. wat hield de studie in
  2. conclusie
A
  1. onderzoek onder geadopteerde kinderen waarvan hun biologische vader een strafblad had en welke invloed dat had op het crimineel gedrag van de kinderen
  2. conclusie is dat de omgeving, maar toch ook erfelijke actoren invloed uitoefenen op de ontwikkeling van crimineel gedrag
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Buikhuisen affaire

A

Buikhuisen wil aandacht besteden aan zowel sociale factoren als biologische. dit laatste was omstreden. hij ging ervan uit dat de angstgevoeligheid (= de angst van de reactie van anderen) bepalend was voor de vraag of men crimineel gedrag zou gaan vertonen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

waar lijken onderzoekers het over eens te zijn omtrent psychopaten (2)

A
  1. psychopaten afwijkingen vertonen in de verwerking van sociale en emotionele informatie.
  2. daarnaast zou ook mishandeling en verwaarlozing in de jeugd voor antisociaal gedrag kunnen zorgen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Manoamine-oxidase-A-gen (theorie)
het MAOA-gentype komt voor in twee frequenties: een hoogactieve en een laagactieve frequentie.

wat houden deze in?

A

laag actieve frequentie: verhoogde gevoeligheid voor antisociaal gedrag, maar alleen onder diegene die als kind zijn mishandeld
hoogactieve frequentie: buffer tegen de mishandeling in de jeugd

kort door de bocht: MAOA heeft agressief gedrag tot gevolg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

als de OvJ of rechter denkt dat een verdachte ontoerekeningsvatbaar is, kan hij hem laten onderzoeken bij …

A

het Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie (NIFP)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

als de OvJ of rechter denkt dat een verdachte ontoerekeningsvatbaar is, kan hij hem laten onderzoeken bij het Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie (NIFP).

er zijn hierbij twee mogelijkheden:

en daarna …

A
  1. uitgebreid onderzoek zonder opname
  2. klinische observatie in het Pieter Baan Centrum (PBC)

daarna wordt door de medewerker van het NIFP of PBC een rapport opgesteld, waarin staat of de verdachte TBS moet krijgen of niet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat is terbeschikkingstelling (TBS)

A

TBS is een behandelmaatregel die de rechter oplegt aan mensen die zware delicten hebben gepleegd of lijden aan een psychiatrische ziekte of stoornis, die in meerdere of mindere mate hun gedrag beïnvloedt

rechter stelt hen niet verantwoordelijk voor hun daden: TBS’ers zijn ALTIJD ontoerekeningsvatbaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

TBS

wat is een combinatiestraf?

A

voor het gedeelte waartoe de rechter diegene wel toerekeningsvatbaar vindt, kan hij een gevangenisstraf opleggen (= combinatiestraf)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wanneer wordt TBS pas opgelegd?

A

als iemand zonder behandeling een gevaar voor de maatschappij blijft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

er zijn twee soorten TBS

A
  1. TBS met voorwaarden
  2. TBS met dwangverpleging
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

TBS met voorwaarden

A

rechter stelt voorwaarden aan het gedrag bv. geen alcohol/drugs mogen gebruiken gedurende een bepaalde periode of houden aan reclassering.
wordt niet verpleegd, maar verblijft vaak wel in een afkickkliniek of forensisch psychiatrische kliniek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

TBS met dwangverpleging

A

plaatsing in een TBS kliniek en behandeling daar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat kan de rechter doen als iemand die TBS met voorwaarden heeft, zich niet aan de voorwaarden houdt?

A

dit omzetten naar TBS met dwangverpleging

17
Q

TBS en recidive

A

TBS kent een verhoudingsgewijs laag % recidivisten

18
Q

experiment pavlov

A

natuurlijke reactie van honden bij het eten is kwijlen. er werd steeds een belsignaal afgespeeld bij het geven van voedsel. op een gegeven moment ging de hond al kwijlen als het belletje ging, waarbij geen voedsel werd aangeboden

19
Q

instrumenteel / operant conditioneren (Skinner):

A

gedrag dat gericht is op bepaalde gevolgen zoals straf en beloning.

20
Q

wat voor een soort criminaliteit verklaard het operant conditioneren?

A

vermogenscriminaliteit

21
Q

sociaal leren theorie (Sutherland & Akers)

A

gedrag wordt niet alleen gestuurd door straffen en belonen, maar ook door verwachtingen die ontstaan door het observeren en interpreteren van wat er met anderen gebeurt

22
Q

sociaal leren theorie (alleen Sutherland)

A

deze theorie gaat ervan uit dat crimineel gedrag wordt aangeleerd in interactie met anderen.

23
Q

sociaal leren theorie (alleen Sutherland)
kritiekpunten (3)

A
  1. theorie verklaart niet waarom men bepaalde associaties heeft
  2. theorie gaat ook niet in op verschillen tussen mensen onderling (bv persoonlijkheid)
  3. theorie is niet goed empirisch toetsbaar
24
Q

sociaal leren theorie (alleen Akers)

A

crimineel gedrag ontstaan door operant conditioneren of door imitatiegedrag.
de reactie op het delinquente gedrag zal het betreffende gedrag positief of negatief versterken.

25
Q

Bandura

A

imitatie
een experiment met kleine kinderen, dat betrekking heeft op het vertonen van agressief gedrag.

rolmodel behandelde pop agressief, kinderen deden dit ook
wanneer het rolmodel gestraft werd na het agressief behandelen van de pop, deden minder kinderen dit ook

26
Q

de algemene consensus luidt dat er een verband is tussen lagere intelligentie en …

A

neiging tot crimineel gedrag

27
Q

vooral het … bleek significant te verschillen tussen delinquenten en niet-delinquenten

A

het verbale IQ (VIQ)

28
Q
A
29
Q
A