Week 2 Flashcards
How maak je een box- en snorharen plot (4)?
- waarnemingen van laag naar hoog zetten
- Mediaan selecteren (kan tussen twee waardes in zitten)
3.Q1 en Q3 vaststellen (kan tussen twee waardes in zitten) - De snorharen worden bepaald door de laatste waarde die nog binnen 1,5IQR valt.
Wat zijn long-run relative frequency kansen?
- Er is een relatieve frequentie dat iets voor komt, zoals 50% is vrouw.
- Als je op de lange termijn steeds mensen ondervraagt is de kans dus steeds 50% dat het een vrouw is.
Wat is het verschil tussen: populatieverdeling, steekproefverdeling en steekproevenverdeling
- populatieverdeling is de spreiding van de waardes van individuen in de populatie rond een centrum.
- Steekproefverdeling is de spreiding van de waardes van individuen in een steekproef rond het centrum
- Steekproevenverdeling (sampling distribution) is de spreiding van de steekproefgrootheid rond een centrum als je de steekproef zou herhalen
Wat kan je doen als je voor een discrete variabele kansberekening doet?
Je kan de kans per categorie optellen. Dus als je p(4 of 5) wilt weten, kan je p(4) + p(5) doen
Wat is een cumulatieve kansverdeling
- een kansverdeling waarbij je de kans op elke categorie bij elkaar op telt in een grafiek to 100%. zo kan je de percentages onder en boven een bepaalde waarde zien.
Wat zegt de centrale limietstelling?
- als je een steekproef uit een populatie neemt, krijg je één resultaat uit talloze mogelijke resultaten
- deze mogelijke resultaten benaderen altijd een normaalverdeling vanaf n=30, ongeacht de populatieverdeling
- Het gaat hierbij om de steekproevenverdeling (sampling distribution)
Waar is het gemiddelde van de steekproevenverdeling bij genoeg herhaling gelijk aan?
dit is gelijk aan het populatiegemiddelde
hoe bereken je de standaard error?
σ/√n of s/√n
waar staat μȳ en σȳ voor?
- μȳ staat voor het gemiddelde van alle steekproefgemiddelden in een steekproevenverdeling
- σȳ staat voor de standaarddeviatie van een steekproevenverdeling
Hoe bereken je ded z-score?
- Y-μ/σ,
- Oftewel: een observatie min het gemiddelde gedeeld door de standaarddeviatie
Je berekent hoeveel standaarddeviaties een meting van het gemiddelde ligt.
Waar staat de standaardfout voor? en welke twee symbolen kan je het noteren?
- het staat voor de standaarddeviatie van de steekprovenverdeling
- σȳ of se
Hoe ga je van percentielscore naar Y met de z-verdeling?
- Je zoekt de percentiel op in de z-verdeling tabel.
- Je leest de z-score af die hier bij hoort
- Nu maak je de vergelijking: Y = z x σ + μ
Onder welke criteria kan je wél de z-score gebruiken (2)? Wat als je te weinig participanten hebt?
- minimaal 30 participanten (anders binomiale toets)
- dichotome uitkomst (proporties)
- binomiale toets (afhankelijk) of Fisher’s exacte methode (onafhankelijk)
Onder welke criteria gebruik je de t-toets (1/2)?
- Bij gemiddeldes waarvoor de populatie standaarddeviatie niet bekend is
- en bij regressieanalyse
Wat is he verschil tussen puntschatter en intervalschatting
- puntschatter is je beste schatting van de parameter
- intervalschatting heeft in het midden de muntschatter en geeft een bepaalde waarschijnlijkheid dat de parameter er binnen valt