Week 2 Flashcards
Maagzuur nut
- Steriliserende vloeistof; Doodt bacteriën en inactiveert virussen
- Ontvouwend effect; Eiwit 3D structuur verdwijnt
- Activatie pepsine vanuit pepsinogeen
- Intrinsic factor (IF); Vitamine B12 absorptie
HC.4 - Mechanisme en regulatie van maagzuursecretie
Waar vindt zoutzuursecretie regulatie plaats
Antrum van de maag
HC.4 - Mechanisme en regulatie van maagzuursecretie
Waar vindt zoutzuursecretie plaats
- Fundus
- Corpus
HC.4 - Mechanisme en regulatie van maagzuursecretie
Wie remmen en stimuleren HCL secretie
- Somatostatine; remt
- Histamine; stimuleert
- Gastrine; stimuleert
HC.4 - Mechanisme en regulatie van maagzuursecretie
Stimulatie secretie zoutzuur regulatie
- Histamine stimuleert de pariëtale cel tot zoutzuursecretie
- Histamine oorsprong is een enterochromaffiene cel
- Enterochromaffiene cellen worden gestimuleert door Gastrine en door de N. Vagus
- Gastrine en de N. Vagus hebben een kleine directe invloed
HC.4 - Mechanisme en regulatie van maagzuursecretie
Remming secretie zoutzuur regulatie
- D-cellen; geven somatostatine af
- Somatostatine remt de EC-cellen; dus minder histamine productie
HC.4 - Mechanisme en regulatie van maagzuursecretie
Regulatie gastrine en somatostatine secretie in het antrum
- G-cellen; stimuleert door rek van de maagwand en door de N. Vagus
- D-cellen; stimuleert door zoutzuur en door CCK vanuit de duodenum
- Helicobacter pylori scheidt factoren uit die D-cel remmen
HC.4 - Mechanisme en regulatie van maagzuursecretie
Maagzuursecretie fasen
- Cephale fase; je ziet, ruikt of voelt voedsel (30-40% zoutzuur secretie)
- Gastrale fase; Rek van maagwand en ontstaan afbraakproducten (grootste effect of maagzuurproductie)
- Intestinale fase; Klein effect of maagzuurremming
HC.4 - Mechanisme en regulatie van maagzuursecretie
Neuro-humorale stimulatie van maagzuur secretie
- Buisjes en blaasjes versmelten met elkaar; geactiveerd door fosforylering van eiwitten
- Histamine leidt tot afgifte cAMP, ACH en gastrine kunnen helpen, maar niet zelf de reactie opstarten
- Blaasjes bevatten een protonpomp, Cl- en K+ kanaal; dee komen in contact met de lumen van de maag bij versmelting
- HCL gaat naar het lumen, bicarbonaat naar het bloed
HC.4 - Mechanisme en regulatie van maagzuursecretie
Histamine H2 receptor antagonist werking
- Blokkeren histamine H2 receptor
- Weinig bijeffecten
- Minder effectief dan midellen die direct de protonpomp aanpakken; niet bruikbaar bij Zollinger-Ellison syndroom
- Remt Helicobactor pylori, maar vergroot kans op recidive
HC.4 - Mechanisme en regulatie van maagzuursecretie
Protonpompremmers werking
- Zwakka base; neemt proton op
- Door een zure milieu kan komt er een chemische reactie; binding aan protonpomp (irreversibel inactief)
HC.4 - Mechanisme en regulatie van maagzuursecretie
NSAID
- Gereguleerd door prostaglandine E2
Mucine secretie omhoog
HCO3- secretie omhoog
HCL secretie omlaag
Bloed flow omhoog
Celproliferatie omhoog
HC.4 - Mechanisme en regulatie van maagzuursecretie
Wat is dypspepsie
- Verzamelnaam voor maag-gerelateerde bovenbuiksklachten
- Klachten als pijn in epigastrio, misselijkheid en zuurbranden
- Geen diagnose/ziekte, maar een omschrijvende samenvatting van symptomen
HC.3 - Zuurgerelateerde problemen van de tractus digestivus
Wat is een ulcus
- Defect in het epitheel
Diameter >= 0.5 cm
Doordringend tot in de submucosa - Kleinere/ondiepere laesies: Erosies, aften
HC.3 - Zuurgerelateerde problemen van de tractus digestivus
Ulcus belangrijke oorzaken
- Helicobacter pylori
- Gebruik van NSAID’s
HC.3 - Zuurgerelateerde problemen van de tractus digestivus
Maagbloeding behandelen
- Injectie therapie; adrenaline
- Thermische therapie; Goldprobe, Argon Plasma Coagulatie
- Mechanische therapie; Clip
HC.3 - Zuurgerelateerde problemen van de tractus digestivus
Management peptic ulcer bleeding
- Stabiliseer the circulatie
Fluid replacement - Stoppen van bloedingen
Endoscopic haemostasis
Angiografie of chirurgie - Voorkomen van re-bleeding
HC.3 - Zuurgerelateerde problemen van de tractus digestivus
Medicamenteuze behandeling ulcera
- Zuurremmers
Histamine-receptor blokkers
Protonpomp remmers - Anti-H. pylori therapie
- Staken NSAID
HC.3 - Zuurgerelateerde problemen van de tractus digestivus
Helicobacter therapie
- Triple-therapie
PPI en 2 antibiotica
HC.3 - Zuurgerelateerde problemen van de tractus digestivus
Risicofactoren zure reflux
- Hernia diafragmatica
- Overgewicht
- Roken
HC.3 - Zuurgerelateerde problemen van de tractus digestivus
Zure reflux consequenties
- Reflux oesofagitis
- Barrett slokdarm
- Adenocarcinoom slokdarm
HC.3 - Zuurgerelateerde problemen van de tractus digestivus
Functie exocriene pancreas
- Eiwitafbrekende pro-enzymen
- Vetafbrekende enzymen
- Koolhydraat afbrekende enzymen
- Secretie bicarbonaat in duodenum
HC.5 - Exocriene pancreas-insufficiëntie
Exocriene pancreas celtype: Acinair
- Cellen die enzymen produceren
- Geactiveerd door gastrine en Cholecytokinine
HC.5 - Exocriene pancreas-insufficiëntie
Exocriene pancreas celtype: Ducti
- Cellen die bicarbonaat producere
- Geactiveerd door secretine
HC.5 - Exocriene pancreas-insufficiëntie