Week 1 Hoofdstuk 12 Flashcards
Vermogensrecht
het recht dat de rechten en plichten beschrijven van iemands vermogen
bezittingen
zijn juridisch ook wel goederen, oftewel alle actieve vermogensbestanddelen
zaken
zijn tastbare voorwerpen die waarde hebben en aan de heerschappij van de mens onderworpen kunnen worden.
vermogensrecht bestaat uit
goederenrecht en verbintenissenrecht
goederenrecht
betrekt de rechtsrelaties tussen mensen en goederen, en de verandering die hierbij kunnen plaatsvinden. Dit is dwingend en statisch.
verbintenissenrecht
betrekt rechtsrelaties tussen mensen zelf en is vooral regelend (aanvullend) en dynamisch van aard
onroerende zaken
zijn registerzaken die betrekking hebben op de grond, nog niet gewonnen delfstoffen, gebouwen, beplantingen
roerende zaken
Roerende zaken zijn alle spullen die niet vastzitten aan de grond of een gebouw. Denk aan meubels, auto’s, sieraden, machines en kleding. Ze zijn verplaatsbaar, in tegenstelling tot onroerende zaken zoals huizen en grond.
bestanddelen
zijn onderdelen van het goed of de zaak die niet van elkaar gescheiden kunnen worden zonder dat er beschadiging aan de betekenis wordt gedaan van een van de zaken. Een motor in een auto, sleutel van een huis
rechtshandelingen
zijn handelingen die rechtsgevolgen in het leven roepen. schriftelijke bestelling van een mobiele telefoon, wanneer de wederpartij deze aankoop accepteert zullen de rechtsgevolgen, overdracht en betaling in werking treden.
eigendomsrecht
meest volledige recht.
bezit en eigenaar verschil
wanneer een goed gestolen wordt is de dief vanaf dan de bezitter maar de eigenaar is nogsteeds de originele bezitter
houderschap
de toestand waarbij een houder erkent een goed te bezitten die niet gan hem of haar is. huurders en leners
overdracht die geldig is vereisten
- geldige titel tot overdracht, beschikkingsbevoegdheid van de vervreemder, levering van het desbetreffende goed.
geldige titels
zijn gelidge redenen om een goed over te dragen zoals een koopovereenkomst