week 1 hc, ZO en VO's Flashcards
Welke soorten presentatie van neurologische klachten zijn er?
Chronisch: degeneratief (parkinson, COPD, chronishe ms)
Exacerbaties met herstel: vasculair (CVA), inflammatoir (MS)
Paroxysmaal: epilepsie, migraine
Welke soorten beloop van neurologische klachten zijn er?
- Peracuut (uren): vasculair
- Acuut (dagen): ontsteking, infectie
- Subacuut (maanden): tumor
Welke soorten MRI sequenties zijn er?
- T1 gewogen: vocht zwart, vetweefsel wit
- T2 gewogen: vocht wit, vetweefsel donker
- T2 flair: vocht zwart, hersenen grijs, ontsteking wit
Wat zijn kenmerken van MS?
- Jonge vrouwen
- Geleidelijk progressief
- Witte laesies in hersenen
- oligoklonale (igg) banden in liquor
Hoe kun je het zenuwstelsel indelen?
- Sensorisch vs motorisch
- Autonoom vs somatisch
- Centraal vs perifeer
Waaruit bestaat het zenuwstelsel?
- Centraal: hersenen, ruggenmerg, n.opticus, n.olfactorius en retina
- Perifeer: hersenzenuwen, zenuwen van/naar dermatoom
Wat ontstaat er uit de verschillende embryologische structuren van de neurale buis?
- Tel-encephalon → cerebrum + subcorticale kernen (o.a. amygdala, basale ganglia)
- Di-enchephalon → (hypo-)thalamus
- Mes-encephalon → middenhersenen
- Met-encephalon → cerebellum (= kleine hersenen) & pons
- Myel-encephalon → medulla oblongata
Waaruit bestaat de hersenstam?
Middenhersenen, pons en medulla oblongata
wat is rostraal bij de hersneen
frontaal
wat is caudaal bij de hersenen
posterior (occipitaal)
wat is de anatomische vlak bij het ruggenmerg en wat bij de hersenen
hersenen : rostraal en caudaal
ruggenmerg: ventraal en dorsaal
Waaruit bestaan de hersenen?
- Grijze stof: neuron cellichamen en dendrieten
- Witte stof: gemyeliniseerde axonen
- Gyri en sulci
- Corpus callosum verbindt linker en rechter hemisfeer
Wat zijn belangrijke hersengebieden?
- Gyrus precentralis: motoriek
- Gyrus postcentralis: gevoel
- Wernicke: spraak (sensorisch)
- Broca: spraak (motorisch)
- Fusiforme gyrus: gezichtsherkenning
Uit welke kwabben bestaan de hersenen?
- Parietaal: sensorisch, aandacht
- Occipitaal: visuele cortex
- Frontaal: motorisch en beslissen/plannen
- Temporaal: auditieve cortex, herkenning, geheugen
- Limbisch: emotie, pijn
waaruit bestaat de cerebrale nuclei
- basale ganglia (beslissingen)
- amygdala (angst en emoties)
- hippocampus (geheugenprocessen)