week 1 Flashcards
1
Q
Humblot
A
- art. 110 VWEU bevat een verbod op (indirect) discriminerende belasting.
2
Q
Outokompu
A
- art. 110 VWEU en art. 30 VWEU sluiten elkaar uit.
- als een heffing deel uitmaakt van een algemeen stelsel van binnenlandse belastingen valt dit onder art. 110 VWEU.
3
Q
Commissie tegen VK
A
- art. 110 VWEU verbiedt beschermende belasting
4
Q
Dassonville
A
- iedere handelsregeling die de intracommunautaire handel al dan niet rechtstreeks, daadwerkelijk of potentieel, kan belemmeren, is als een maatregel van gelijke werking van kwantitatieve beperkingen te beschouwen art. 34 VWEU.
5
Q
Cassis de Dijon
A
- alle producteisen zijn mwg, wederzijdse erkenning
- Beperkingen van art. 34 VWEU kunnen worden gerechtvaardigd door een dwingende reden van algemeen belang.
6
Q
Conegate
A
- lidstaten mogen niet de invoer van een product verbieden op grond van de openbare zeden als de interne verkoop van dergelijke producten op geen enkele manier belemmerd wordt.
7
Q
Krantz
A
- artikel 34 VWEU verzet zich niet tegen een nationale regeling die zonder onderscheid van toepassing is, zolang deze regeling niet tot doel of effect heeft om de handel tussen lidstaten te belemmeren.
8
Q
Keck en Mithouard
A
- verkoopmodaliteiten zijn geen mgw mits:
1. van toepassing op alle marktdeelnemers
2. niet direct of indirect discrimineren
9
Q
Familiapress
A
een maatregel die een wijziging in de inhoud van een product vereist, moet worden beschouwd als een producteis.
10
Q
Gourmet
A
geen verkoopmodaliteit als er sprake is van feitelijke discriminatie (producten uit andere lidstaten worden harder geraakt dan nationale producten), dus mgw art. 34 VWEU maar kan worden gerechtvaardigd door art. 36 VWEU
11
Q
Italiaanse aanhangwagens
A
- gebruikersverbod is mgw
- evenredigheidstoets met soepele bewijslast.
12
Q
Schmidberger
A
- positieve verplichting voor overheid om vrij verkeer te handhaven.
- rechtvaardiging op grond van mensenrechten.