Week 1 Flashcards

1
Q

Hoe werkt overdracht?

A

Art. 3:84 BW:
- Levering
- Beschikkingsbevoegdheid: de eigenaar of de rechthebbende (bij faillissement vervalt de beschikkingsbevoegdheid)
- Titel: geldige titel, bijvoorbeeld een koopovereenkomst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe lever je een roerende zaak? 4 dingen

A
  • Feitelijke machtsverschaffing (art. 3:144 BW): feitelijke handeling door het goed over te dragen
  • Traditio constitutio possessorio (art. 3:115 sub a BW): bezitter wordt houder voor de nieuwe bezitter
  • Traditio brevi manu (art. 3:115 sub b BW): houder wordt bezitter
  • Traditio longa manu (art. 3:115 sub c BW): houder voor de een wordt houder voor de ander
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn registergoederen?

A

art. 3:10 BW: goederen voor welker overdracht of vestiging inschrijving in de daartoe bestemde openbare registers noodzakelijk is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe lever je als het bezit niet in handen is van de eigenaar?

A

Via een akte volgens art. 3:95 BW –> bijv. bij diefstal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Mesdag II

A

Is een handelaar door overschrijding van een consignatieovereenkomst beschikkingsbevoegd en in staat om eigendom over te dragen?

Volgens art. 3:84 BW was er geen geldige beschikkingsbevoegdheid. Door overschrijding van een consignatieovereenkomst, is een handelaar niet bevoegd het eigendom over te dragen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat moet een titel (causa)?

A

De titel moet tot overdracht strekken, dit wordt getoetst aan de feiten. Ook moet de titel de levering dekken, dat wil zeggen de titel moet overeenstemmen met de leveringshandeling.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wanneer is er geen geldige titel?

A

In geval van nietigheid of na vernietiging (art. 3:53 BW)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn de vereisten va derdenbescherming?

A

art. 3:86 BW: er moet sprake zijn van een verkrijger die te goeder trouw is en een overeenkomst anders dan om niet. De beschikkingsonbevoegdheid van de vervreemder wordt zo rechtgetrokken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is een middellijke vertegenwoordiger?

A

Een tussenpersoon die handelt in eigen naam, maar voor rekening van de opdrachtgever. De tussenpersoon verkrijgt het goed, maar houdt hem voor de opdrachtgever

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is een onmiddellijke vertegenwoordiger?

A

Een tussenpersoon die handelt in naam en voor rekening van de opdrachtgever. Het goed zit direct in het vermogen van de opdrachtgever

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is opvolging onder algemene titel?

A

Er is sprake van opvolging in een geheel vermogen of een evenredig deel hiervan (erfenis). De opvolger onder algemene titel ontvangt de rechten en de schulden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is opvolging onder bijzondere titel?

A

Er is sprake van opvolging van een specifiek goed. De opvolger ontvangt enkel de actieve zijde (de rechten) en niet de plichten –> Blaauboer/ Berlips

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is het moederrecht?

A

Een recht dat met een beperkt recht is bezwaard

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is een beperkt recht?

A

Een recht dat is afgeleid uit een meer alomvattend recht, dat met het beperkte recht is bezwaard (art. 3:8 BW). Je kan ze onderverdelen in een genotsrecht en een zekerheidsrecht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wie kan een beperkt recht vestigen?

A

Hij aan wie een zelfstandig en overdraagbaar recht toekomt. Voor vervreemding, bezwaring en afstand van een beperkt recht wordt vereist een leverings- of vestigingshandel krachtens geldige titel, verricht door hem die bevoegd is over het goed te beschikken (art. 3:84 BW)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is numerus clausus?

A

Een gesloten stelsel van beperkte rechten. Beperkte rechten zijn alleen beperkte rechten als ze zo door de wet zijn genoemd.

17
Q

Wat is een genotsrecht?

A

Rechten die je het genot geven van een evenredig deel van een goed –> erfdienstbaarheid, opstalrecht, recht van erfpacht, vruchtgebruik

18
Q

Wat is een zekerheidsrecht?

A

Rechten die strekken tot zekerheid van betaling van een geldsom –> hypotheekrecht of pandrecht

19
Q

Wat is droit de suite?

A

Als er een beperkt recht is gevestigd op een goed, blijft het beperkt recht op het goed rusten, ook als het moederrecht wordt overgedragen

20
Q

Wat is nemo plus en noem twee gevolgen?

A

Niemand kan meer overdragen dan hij zelf heeft. Gevolgen:
- Als de rechtsvoorganger geen rechthebbende was, dan ben jij dat ook niet
Als de rechtsvoorganger een goed had dat bezwaard was met een beperkt recht, heb jij dat goed ook met een beperkt recht

21
Q

Wat zijn uitzonderingen op nemo plus?

A

Art. 3:86 BW: een overeenkomst die anders dan om niet is verkregen waarbij de verkrijger te goeder trouw was
Art. 3:88 BW: een gestolen goed dat verkregen is in een winkel

22
Q

Wat is het prioriteitsbeginsel?

A

De verkrijger van het oude recht kan aan de verkrijger van het jongere recht tegenwerpen dat de vervreemder ten aanzien van de tweede overdracht of vestiging beschikkingsonbevoegd was
–> prior tempore, potior iure: het oudere recht gaat voor het jongere

23
Q

Wat is het verschil tussen goederenrecht en verbintenissenrecht?

A

Goederenrecht ziet op de persoon en een goed en verbintenissenrecht op de verhouding tussen personen

24
Q

Zijn er ook roerende zaken als registergoed?

A

Ja, bijvoorbeeld een vliegtuig of een groot schip. Voor overdracht moet er inschrijving in het register worden gedaan

25
Q

Wat is de belangrijkste regel uit Blaauboer/ Berlips?

A

Een rechtsopvolger onder bijzondere titel is niet gebonden aan de schulden van de verbintenissen. De actieve zijde gaat wel over, maar de passieve zijde niet. De rechtsopvolger onder bijzondere titel is niet gebonden aan bijzondere verbintenissen die zijn voorganger met betrekking tot het overgegane goed op zich heeft genomen.

26
Q

Wat is de belangrijkste regel uit Dépex/ Curatoren Bergel cs?

A

Bij het bepalen of iets als een bestanddeel kan worden aangemerkt kijken we naar:
- Afstemmingstoets: is hetgeen volgens verkeersopvattingen onderdeel van de zaak? Ja, bestanddeel
- Onvoltooidheidstoets: een zaak die met een hoofdzaak verbonden is en niet zonder beschadiging kan worden afgescheiden? Ja, bestanddeel

27
Q

Wat is de belangrijkste regel uit Portacabin?

A

Of een gebouw duurzaam verenigd is met de grond, hangt af of het naar aard en inrichting bestemd is om duurzaam ter plaatste te blijven –> je kijkt naar de kenbare bedoeling van de bouwer of opdrachtgever, ook moet het naar buiten kenbaar zijn