Arresten

Question 1

Blaauboer/ Berlips

Answer 1

Opvolging onder algemene titel: rechtsopvolger verbonden aan het vorderingsrecht en de schulden

Opvolging onder bijzondere titel: rechtsopvolger verboden aan het vorderingsrecht, maar niet de schulden

Question 2

Dépex/ Curatoren Bergel

Answer 2

Bestanddeelvorming (art. 3:4 BW)
- Afstemmingstoets (lid 1)
- Onvoltooidheidstoets (lid 2)

Question 3

Portacabin

Answer 3

Wanneer is iets duurzaam met de grond verenigd? (art. 3:3 BW)
- Naar aard en inrichting bestemd is om duurzaam ter plaatse te blijven
- Bedoeling van de bouwer voor zover deze naar buiten kenbaar is
- Bestemming om duurzaam ter plaatse te blijven moet naar buiten kenbaar zijn vanwege de positie van derden
- Verkeersopvattingen

Question 4

Mesdag II

Answer 4

Beschikkingsbevoegdheid van een tussenpersoon kan worden geleend van de achterman. Door overschrijding van de consignatieovereenkomst, is een handelaar niet bevoegd het eigendom over te dragen

Question 5

Teixeira de Mattos

Answer 5

Oneigenlijke vermenging kan leiden tot verlies van eigendom

Oneigenlijke vermenging: wanneer iemand een roerende zaak onder zich neemt en deze zaak niet geïndividualiseerd kan worden door unieke kenmerken, kan vermenging optreden met andere zaken met unieke kenmerken

Processuele functie van bezit: degene die een zaak onder zich heeft geniet bewijsrechtelijke voordelen. De onmiddellijk houder wordt als eigenaar gezien, art. 3:109 BW

Question 6

WUH/ Emmerig q.q.

Answer 6

Een vordering is toekomstig als het ontstaan afhankelijk is van een toekomstige, onzekere omstandigheid

Question 7

Kuikenbroederij

Answer 7

Door het uitbroeden van een ei door middel van een gemechaniseerd proces, ontstaat een nieuwe zaak als bedoeld in art. 5:16 BW. Enerzijds krijgen de kuikens door zaaksvorming een nieuwe zaak met eigen identiteit en anderzijds volstaat de biologische band tussen moeder kip en kuiken niet om van een vrucht te spreken (art. 3:9 BW)

Question 8

Zeeland Aluminium Company

Answer 8

Als er geen hoofdzaak kan worden aangewezen, bepaalt art. 5:14 lid 2 BW dat er een nieuwe zaak ontstaat. Er onstaat van rechtswege een nieuw pandrecht op een aandeel in de nieuwe zaak ten behoeve van degene die het pandrecht op de door vermenging teniet gegane zaak had gevestigd

Question 9

Coface Finanz/ Intergamma

Answer 9

Bedingen die de overdraagbaarheid van een vorderingsrecht beperken, uitsluitend verbintenisrechtelijke werking hebben, tenzij uit de naar objectieve maatstaven uit te leggen formulering daarvan blijkt dat daarmee goederenrechtelijke werking is beoogd

Question 10

Landjepik

Answer 10

Bezit moet niet dubbelzinnig en openbaar zijn

Question 11

Hoogovens/ Matex

Answer 11

Als goederen onder eigendomsvoorbehoud worden geleverd en daarna weer worden doorverkocht, heerst er geen informatieplicht naar de beperkte beschikkingsbevoegdheid van de verkoper indien er geen feiten zijn die daartoe aanleiding geven. De verkrijger mag ervanuit gaan dat de verkoper beschikkingsbevoegd is.

Question 12

Mulder q.q./ CLBN

Answer 12

Als de pandgever failliet is, dan kan de (stil) pandhouder zijn rechten uitoefenen alsof er geen faillissement was. De stil pandhouder kan zichelf na faillissement door mededeling van zijn pandrecht te doen, inningsbevoegd maken en zodra zijn vordering opeisbaar is, verhaal nemen op het geïnde.

Question 13

Sogelease

Answer 13

Een sale-and-leaseback overeenkomst is niet strijdig met het fiduciaverbod van art. 3:84 lid 3 BW, mits er sprake is van een ‘werkelijke overdracht’

Question 14

Dix q.q./ ING

Answer 14

Door het opmaken van een verzamelpandakte namens de pandgever verricht de pandhouder als gevolmachtigde rechtsgeldig de vestigingshandeling voor de verpanding van vorderingsrechten. De namen van de pandgevers betekent niet dat de pandakte onvoldoende bepaald is op grond van art. 3:84 BW. Wel moet de datering van de stampandakte en het volmachtbeding vaststaan

Question 15

Rabobank/ Reuser

Answer 15

Je kan een pandrecht vestigen op een zaak onder eigendomsvoorbehoud, je hebt een voorwaardelijk eigendomsrecht die je kan verpanden.

Question 16

HR Megalim Investments BV/ De Veenbloem BV

Answer 16

Een houder van een openbaar pandrecht op een vordering kan vanaf het moment dat het pandrecht wordt medegedeeld, worden aangemerkt als schuldeiser (art. 1 lid 1 Fw. Dit betekent dat de pandhouder bevoegd is het faillissement van de schuldenaar aan te vragen

Question 17

NuAdvies

Answer 17

Een combinatie van een stil en openbaar pandrecht in één pandakte is mogelijk. De akte zal in eerste instantie dienen tot vestiging van een stil pandrecht. Diezelfde akte kan in beginsel dienen tot vestiging van een openbaar pandrecht waarop het stille pandrecht geen betrekking kan hebben i.v.m. de beperking van art. 3:239 lid 1 BW.

Question 18

Postgirodienst

Answer 18

Derdebeslag kan alleen worden gelegd op vorderingen die ten tijde van de beslaglegging reeds behoren tot het vermogen van de beslagdebiteur.

Een bank mag haar pre-faillissementsvordering op de rekeninghouder niet verrekenen met een betaling die door een derde wordt gedaan op die rekening-courant na het faillissement.

Question 19

WUH/ Emmeriq q.q.

Answer 19

Een cessie van een toekomstige vordering kan, als de cedent voor het onstaan van de vordering failliet gaat, niet tegen de boedel worden ingeroepen, en wel op grond van art. 23 Fw (nu art. 35 Fw)

Question 20

Van Berkel/ Tribosa

Answer 20

Een eerdere cessie bij voorbaat van toekomstige huurpenningen gaat boven latere overdracht van de verhuurde zaak –> de nieuwe eigenaar moet dus dulden dat de huurpenningen vanaf moment van eigendomsverkrijging niet aan hem, maar aan de eerdere beslaglegger toekomen

Eerder beslag bij voorbaat op toekomstige huurpenningen gaat boven latere overdracht van de verhuurde zaak

Cessie bij voorbaat van toekomstige huurpenningen heeft geen werking als de cedent failliet gaat voor het ontstaan van het recht op de huurpenningen

Question 21

Ontvanger/ De Jong q.q.

Answer 21

Een beslag leidt niet tot beschikkingsonbevoegdheid van degene ten laste van wie dat beslag is gelegd, en staat dus ook niet aan overdracht van de beslagen zaak aan een derde. Art. 453a lid 1 Rv: beslaglegger blijft bevoegd door de inbeslagneming ingeleide uitoefening van zijn recht zich op de in beslag genomen zaak te verhalen voort te zetten, ook al maakt die zaak geen deel meer uit van het vermogen van de schuldenaar

Question 22

Credit Suisse/ Jongepier q.q.

Answer 22

Vorderingen die tijdens of na een faillissement zijn ontstaan ter verificatie kunnen worden ingediend,mits de vordering ontstaat uit een bestaande rechtsverhouding én het fixatiebeginsel niet wordt geschonden.

Verificatie van nieuwe vorderingen is uitsluitend mogelijk indien en voor zover zij reeds besloten lagen in de rechtspositie van de schuldeiser zoals die bij het intreden van het faillissement bestond.

Question 23

Royal FloraHolland/ WIttekamp q.q.

Answer 23

Het fixatiebeginsel en de artt. 20, 23 en 24 Fw zijn bedoeld om bescherming te bieden tegen het verminderen van het actief van de boedel, wat voor verdeling beschikbaar is. Het biedt dus ook geen bescherming tegen het vermeerderen van de schulden.

De regel is dat de curator een betaling na faillissement alleen kan terugvorderen als daardoor ofwel het actief van de boedel is verminderd, ofwel het passief groter is geworden.

Question 24

Procall

Answer 24

Schuldenaar kan in beginsel met zijn hele vermogen instaan tegenover al zijn schuldeisers. De Hoge Raad meent dat de aanvaarding van een kwaliteitsrekeing tot gevolg heeft dat een uitzondering wordt gemaakt op dit uitgangspunt

Question 25

Economische eigendom

Answer 25

Of sprake is van inbreng van de economische eigendom van het perceel, zodanig dat dit een recht op een aandeel in de waardestijging van het perceel meebrengt, hangt af van het samenstel van concrete verbintenissen dat tussen de juridische eigenaar en de derde tot stand is gekomen