Water Flashcards

1
Q

Intracellulair

A

62%, ook waterige oplossingen van rode bloedlichaampjes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Extracellulair

A

30%, tussen weefsels als onderdeel van bloed

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Semi-permeabel membraan

A

Scheidt 2 belangrijke compartimenten (tussen en in cellen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Transportmiddel

A
  • In bloed —> stoffen naar diverse organen en ureum en CO2 van organen weg naar nieren en zweetklieren
  • tussen en naar cellen, afvalstoffen weg
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Oplosmiddel

A
  • Reacties in levende cel
  • aanvoer van voedingstoffen naar cel + wegvoeren metabolische producten
  • ingenomen voedsel verlengen en verteren
  • water is oplosmiddel van bloed (hormonen en antilichamen)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Warmteregulator

A
  • lichaamstemperatuur op peil
  • transpireren —> dalen
  • bloedbanen verwijden bij warmte —> versnelling bloedstroom
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Beschermende stof

A
  • schokken in lichaamsweefsels

- hersenen, ogen, ruggenmerg, foetus vocht minimaliseert wrijving en maakt bewegingen makkelijker

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly