Vocabulary Unit 1 (ready for school) Flashcards
aanstellen
to appoint
evalueren, beoordelen
to assess
een sollicitaitegesprek houden
to interview
aanwerven, aanwerving
to recruit, recruitment
ermee aan de slag gaan
to run with something
een strikte aanwervingsprocedure
a rigorous hiring process
een (assistent) schoolhoofd
a(n) (assistant) principal
een schooldirecteur
a headmaster (mainly UK)
het ondersteunend personeel
the support staff
het lerarenkorps
the teaching staff
werkzaam zijn
to be employed
tewerkstelling
employment
een werknemer
an employe
een werkgever
an employer
solliciteren
to apply
een sollicitant
an applicant
een sollicitatie(gesprek)
an application (interview)
een kandidaat-leraar
a prospective teacher
bijdragen
to contribute
inspaak hebben in
to have a voice in
betrokken zjin bij
to be involved
in de jury zitten
to be on a (selection) panel
variëren in leeftijd
to range in ages
wederzijds respect mogelijk maken
to allow for mutual respect
een (goede) verstandhouding krijgen
to develop a (good) rapport
(eigenschappen) aftasten
to explore (attributes)
(ideeën) weerspiegelen
to mirror (ideas)
bekommernissen oproepen
to raise concerns
toegankelijk
approachable
tactvol
tactful
(weinig) begripvol
(un)sympathetic
streng, strikt
severe
deskundig, goed op de hoogte, inhoudelijk sterk
knowledgeable
goed zijn in (heel enthousiast lesgeven)
to be great at (teaching enthusiastically)
iets grondig beheersen
to have a torough command of something
bekwaam (om), competent
capable (of)
storend gedrag weten aan te pakken
to manage disruptive behaviour