Vocabulary Unit 1 Flashcards

1
Q

access

A

toegang krijgen tot

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

application

A

computerprogramma, applicatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

anticipate

A

verwachten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

appalled

A

geschokt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

aspiration

A

doel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

attendance

A

aanwezigheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

ensnared

A

verstrikken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

famine

A

hongersnood

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

feasibility

A

haalbaarheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

flaxseed

A

lijnzaad

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

globalisation

A

wereldwijde verspreiding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

inconvenience

A

ongemak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

legitimate

A

redelijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

menace

A

dreiging

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

nevertheless

A

desalnietemin

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

perception of

A

kijk op

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

phenomenon

A

verschijnsel, fenomeen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

resume

A

hervatten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

reveal

A

onthullen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

seasoned

A

ervaren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

shaggy

A

ruig(harig)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

tabloid

A

roddelblad

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

condition

A

aandoening

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

catch on

A

aanslaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
device
apparaat
26
ground-breaking
baanbrekend
27
source
bron
28
quote
citeren
29
continue
doorgaan
30
vast
enorm
31
ingenious
geniaal
32
witness
getuige zijn van
33
amount
hoeveelheid
34
involve
inhouden, betekenen
35
tip
kantelen
36
knowledge
kennis
37
let alone
laat staan (dat)
38
launch
lanceren, uitbrengen
39
charity
liefdadigheid
40
rude
lomp, onbeleefd
41
brand
merk
42
spill
morsen
43
surrounded
omringd
44
in spite of
ondanks
45
entrepeneur
ondernemer
46
surface
oppervlak
47
founder
oprichter
48
under his belt
op zijn naam
49
damaging
schadelijk
50
swallow
(in)slikken
51
current
stroom
52
engineering
techniek
53
eventually
uiteindelijk
54
invention
uitvinding
55
determination
vastberadenheid
56
take by storm
veroveren
57
beyond
voorbij, achter
58
appreciate
waarderen
59
likely
waarschijnlijk
60
due to
wegens
61
as well as
zowel ... als
62
annually
jaarlijks
63
appeal
aantrekkingskracht
64
attendee
aanwezige
65
capacity
opvangcapiciteit
66
cater to
tegemoetkomen aan
67
elevate
tillen
68
embark on
beginnen aan
69
equivalent to
gelijk aan
70
expand on
uitweiden over, ingaan op
71
feature on
deel uitmaken van
72
following
aanhang
73
geeky
nerdachtig
74
in accordance with
in overeenstemming met, volgens
75
mock
belachelijk maken
76
momentum
impuls, energie
77
profitable
lucratief, winstgevend
78
raking in
bij elkaar harken
79
revenue
inkomsten
80
shun
mijden
81
similary
op dezelfde manier
82
solely
slechts
83
spacious
ruim
84
throng
menigte
85
is a testament to
getuigen van
86
vicious
zeer gemeen
87
meet demand
aan de vraag voldoen
88
encourage
aanmoedigen
89
assume
aannemen, veronderstellen
90
urge
aansporen
91
exhausting
afmattend
92
as a result of that
als gevolg daarvan
93
cheat
bedriegen
94
celebrity
beroemdheid
95
profession
beroep
96
similar to
bijna hetzelfde als, soortgelijk
97
cite
citeren
98
convention
congres
99
however
echter
100
huge
enorm
101
attitude
houding
102
empire
imperium
103
line up
in de rij staan
104
enable
in staat stellen
105
indeed
inderdaad
106
impact
invloed
107
life-size
levensgroot
108
venue
locatie
109
majority
meerderheid
110
extent
omvang
111
harmless
ongevaarlijk
112
persuade
overhalen
113
attempt
poging
114
gather
samenkomen
115
harmful
schadelijk
116
go viral
zich snel verspreiden via internet
117
cheer
toejuichen
118
expand
uitbreiden
119
sold-out
uitverkocht
120
made-up
verzonnen
121
establish
vestigen
122
profit from
voordeel hebben van
123
likelihood
waarschijnlijkheid
124
wander
zwerven
125
advocate
pleiten voor
126
aspire
streven
127
bunch of
groep (mensen)
128
confirmation
bevestiging
129
controversial
omstreden, controversieel
130
derive from
ontlenen aan
131
deteriorate
verslechteren
132
devoted
toegewijd
133
displaced
ontheemd
134
empathy
inlevingsvermogen
135
empowerment
zelfredzaamheid
136
envoy
afgezant
137
funds
geldmiddelen
138
heir(ess)
erfgenaam, erfgename
139
humbling
vernederend
140
inextricably
onlosmakelijk
141
intervene
tussenbeide komen
142
legislator
wetgever
143
plight
benarde positie, situatie
144
presume
aannemen
145
stereotype
vooringenomen idee
146
strive
streven
147
suburban
voorstedelijk, in een voorstad
148
approach
(be)naderen
149
15-year-old
15-jarige
150
decline
achteruitgang
151
occasionally
af en toe
152
primary school
basisschool
153
reward
beloning
154
judge
beoordelen
155
achieve
bereiken
156
was involved in
betrokken zijn bij
157
claim
beweren
158
admire
bewonderen
159
turn out to be
blijken (te zijn)
160
previously
daarvoor, voorheen
161
participation
deelname
162
things that matter
dingen die ertoe doen
163
by means of
door middel van
164
an end in itself
een doel op zich
165
property
eigendom
166
behaviour
gedrag
167
have in common
gemeen hebben
168
touched
geroerd
169
gender
geslacht
170
rooted
geworteld
171
signature
handtekening
172
recognise
herkennen
173
effort
inspanning
174
have a say
inspraak hebben
175
reach your goal
je doel bereiken
176
disadvantage
nadeel
177
on behalf of
namens
178
gossip
roddel
179
increase
toename
180
increase
toenemen
181
remote
afgelegen, ver
182
refugee
vluchteling
183
advantage
voordeel
184
bin
vuilnisbak
185
acquire
krijgen
186
additionally
bovendien
187
address
aanspreken
188
adversity
tegenslag
189
affect
invloed hebben op
190
charitable
liefdadigheids-
191
consent
goedkeuring
192
counter
weerleggen, tegengaan, tegenspreken
193
credibility
geloofwaardigheid
194
disability
beperking, handicap
195
dispute
bestrijden
196
distinguish
onderscheid maken, onderscheiden
197
elaborate
uitgebreid
198
elaborate
dieper ingaan op
199
implement
uitvoeren
200
longevity
lang(er) leven
201
perceive
waarnemen, zien
202
pull in
binnenhalen
203
resilience
veerkracht
204
scope
omvang
205
sustainable
duurzaam
206
tailored
op maat / gericht
207
valid
geldig
208
announce
aankondigen
209
thriving
bloeiend, welvarend
210
rewarding
de moeite waard
211
veterinarian
dierenarts
212
throughout
door heel
213
insist
erop aandringen / staan
214
passionate
enthousiast / gepassioneerd
215
similarly
evenzo, tegelijkertijd
216
like-minded
gelijkgestemd
217
injured
gewond
218
large-scale
grootschalig
219
recovery
herstel
220
Duchess
hertogin
221
The Commonwealth
het Britse Gemenebest
222
face
het hoofd bieden aan
223
annual
jaarlijks
224
matter
kwestie
225
long-term
lange termijn
226
tough
lastig
227
emphasis
nadruk
228
rhino
neushoorn
229
accommodation
onderdak, verblijf
230
underestimate
onderschatten
231
cause
oorzaak
232
in terms of
op het gebied van
233
local
plaatselijk
234
numerous
talrijk
235
crew
team, bemanning
236
today
tegenwoordig
237
expansion
uitbreiding
238
raise
verhogen
239
removal
verwijdering
240
in particular
vooral
241
volunteer
vrijwillig iets doen
242
value
waarde
243
lousy
waardeloos
244
norms and values
normen en waarden
245
global
wereld-
246
employed
werkzaam / in dienst
247
lucrative
winstgevend
248
whine
zeuren
249
imagine
zich voorstellen, verbeelden
250
overtake
voorbijstreven, inhalen
251
absorbed in
geboeid zijn door, in beslag genomen zijn door
252
acclaimed
geprezen
253
acknowledge
erkennen
254
beneficial
gunstig
255
dedication
toewijding
256
emerge
tevoorschijn komen
257
endangered
(met uitsterven) bedreigd
258
exctinction
uitsterving
259
late
wijlen
260
moreover
bovendien
261
narrator
verteller
262
notable
opmerkelijk
263
prompt
aanwijzing
264
prompt
ertoe brengen
265
realm
gebied
266
recall
zich herinneren
267
reflect
weergeven
268
relate to
zich verhouden tot
269
resent
kwalijk nemen
270
scholarly
academisch
271
species
soort
272
spouse
echtgenoot, echtgenote
273
startle
(op)schrikken
274
submit
indienen
275
tedious
saai
276
apart from
behalve, afgezien van
277
except
behalve, uitgezonderd
278
need
behoefte
279
consist of
bestaan uit
280
confirm
bevestigen
281
awareness
bewustzijn
282
contribute to
bijdragen aan
283
in addition
bovendien
284
fuel
brandstof
285
participate in
deelnemen aan
286
passionate about
dol op
287
outline
een in hoofdlijnen uitgewerkt overzicht
288
draft
eerste versie, kladversie
289
selfish
egoïstisch
290
breed
fokken
291
event
gebeurtenis
292
community
gemeenschap
293
from scratch
helemaal opnieuw
294
considering
in overweging nemend
295
raise
inzamelen
296
child labour
kinderarbeid
297
in short
kortom
298
vulnerable
kwetsbaar
299
burden
last
300
prime minister
minister-president
301
in the first place
op de eerste plaats
302
achievement
prestatie
303
rescue
redden
304
aim at
richten op
305
wealth
rijkdom
306
dedicated to
speciaal belast met
307
what's more
sterker nog
308
found
stichten
309
countless
talloos
310
finally
ten slotte
311
runner-up
tweede plaats van iemand in een wedstrijd
312
outstanding
uitstekend
313
battle
vechten tegen
314
spread
verspreiden
315
neglect
verwaarlozing
316
what makes you tick?
wat is je drijfveer?
317
care for
zorgen voor
318
oxygen
zuurstof