Vocabulaire: L'entretien d'embauche (solicitatie) Flashcards
handige woordenschat voor formeel gesprek
de ambitie
l’ambition (v)
de advertentie
l’annonce (v)
de kandidaat
le candidat (m), la candidate (v)
de competentie
la compétence
het verlof
le congé
het contract
le contrat
de cv
le cv
het diploma
le diplôme
de baan, de job
l’emploi
de werknemer
l’employé (m), l’employée (v)
de werkgever
l’employeur
het sollicitatiegesprek
l’entretien d’embauche
de proefperiode/ in proeftijd
l’essai/ à l’essai
de ervaring
l’expérience (v)
de studierichting
la filière
de opleiding
la formation
de motivatiebrief
la lettre de motivation
het vak (op school)
la matière
het werkaanbod
l’offre d’emploi (v)
de kans
l’opportunité (v)
de studierichting
l’orientation (v)
het zwakke punt
le point faible
het sterke punt
le point fort (les qualités)
het profiel
le profil
de aanwerving
le recrutement
de referentie
la référence
het salaris
la salaire
de knowhow
le savoir-faire
de stagiair
le satgiaire
de stage
le stage
het deeltijdswerk
le temps partiel
het voltijds werk
le travail à temps plein/ complet
het teamwork
le travail d’équipe
de autonomie (dat je zelf beslissingen kunt maken)
l’autonomie (v)
de nieuwsgierigheid
la curiosité
de creativiteit
la créativité
de empathie
l’empathie (v)
het goede humeur
la bonne humEUr
de loyaliteit
la loyauté
de motivatie
la motivation
