voc p131-132 Flashcards
0
Q
Verwerven
A
To acquire
1
Q
Berustend, toegevend
A
Acquiescent
2
Q
Boetedoening
A
Atonement
3
Q
Geboortegolf, hoog geboortecijfer
A
Baby boom
4
Q
Verbijstering
A
Bafflement
5
Q
Bod, prijsopgaven, offerte
A
Bid
6
Q
Bijleggen
A
To chip in
7
Q
Neerbuigend
A
Condescending
8
Q
Rouwbeklag, deelneming
A
Condolence
9
Q
Afschrikwekkend
A
Daunting
10
Q
Limiet
A
Deadline
11
Q
Wegwerp
A
Disposable
12
Q
Fopspeen
A
Dummy/pacifier
13
Q
Opgewekt
A
Exhilarated
14
Q
Gelukkig
A
Fortuitous
15
Q
Extra legale voordelen
A
Fringe benefits/perks
16
Q
Babbelziek
A
Garrulous
17
Q
Melancholie, wanhoop
A
Gloom
18
Q
Lijkwagen
A
Hearse
19
Q
Nietsdoend
A
Idle
20
Q
In schuld, in het rood
A
In debt/in the red
21
Q
Periodieke verhoging van salaris
A
Increment
22
Q
Ontsteking
A
Inflammination
23
Q
Vroedvrouw
A
Midwife
24
Zeuren
To mourn
25
Iemand overtuigen zaken met je te doen, iets te kopen
To pitch
26
Straatarm
Poverty-stricken
27
Kwistig, overvloedig, gul
Profuse
28
(huid)uitslag
Rash
29
Wrokkig
Resentful
30
Met pensioen gaan
To retire
31
Rechtschapen, deugdzaam
Righteous
32
Zelfingenomen, vol eigendunk
Self-righteous
33
Peuter
Toddler
34
Overgevoelig, snel geraakt
Touchy
35
Navelstreng
Umbilical cord
36
(bloed)vat
Vessel
37
Krans
Wreath