voc Comment Decrire Le Caractere D’une Personne Flashcards
1
Q
de agressiviteit
A
l’agressivité (f)
2
Q
het zelfvertrouwen
A
la confiance
3
Q
de nieuwsgierigheid
A
la curiosité
4
Q
een slechte eigenschap, gebrek
A
un défaut
5
Q
de betrouwbaarheid
A
la fiabilité
6
Q
de vrijgevigheid
A
la générosité
7
Q
de naïviteit
A
la naïvité
8
Q
de luiheid
A
la paresse
9
Q
een goede eigenschap, een kwaliteit
A
une qualité
10
Q
een karaktertrek
A
un trait de caractère
11
Q
actief
A
actif, active
12
Q
handig
A
adroit, adroite
13
Q
opgewonden, nerveus, onrustig
A
agité, agitée
14
Q
aangenaam
A
agréable
15
Q
agressief
A
agressif, agressive
16
Q
asociaal
A
asocial, asociale
17
Q
aandachtig
A
attentif, attentive
18
Q
autoritair
A
autoritaire
19
Q
gierig
A
avare
20
Q
loslippig, kletsgraag, babbelziek
A
bavard, bavarde
21
Q
vrijgezel
A
célibataire
22
Q
zelfzeker
A
confiant, confiante
23
Q
moedig, dapper
A
courageux, courageuse