Voc. 491-510 Flashcards
1
Q
Preces
A
Precum v mv
De smeekbeden
2
Q
Mare
A
Maris o
De zee
3
Q
Difficilis
A
~,e,is
Moeilijk
4
Q
Militaris
A
~,e,is
militair
5
Q
Consensus
A
Consensus
Eensgezindheid
6
Q
Senatus
A
Senatus
De senaat
7
Q
Uterque utraque utrumque
A
Onbepaald vnw
Elk van beide
8
Q
Vetare
A
~o
Vetui, vetitum
Verbieden
9
Q
Augere
A
~eo
Auxi, auctum
Doen groeien, vermeerderen
10
Q
Obsidere
A
~eo
Obsedi obsessum
Belegeren, bezet houden
11
Q
Respondere
A
~eo
Respondi, responsum
Antwoorden
12
Q
Colere
A
~o
Colui cultum
Bewerken, bewonen, vereren
13
Q
Vincere
A
~io
Vinxi vinctum
Binden boeien
14
Q
Efficere
A
~io
Effeci effectum
Ervoor zorgen
15
Q
Mori
A
~ior
Mortuus Sum
Sterven
16
Q
Perire
A
~eo
Perii peritum
Omkomen
17
Q
Inter + acc
A
Voorzetsel
Tussen tijdens
18
Q
Adhuc
A
Bijwoord
Tot nu toe, nog altijd
19
Q
Cito
A
Bijwoord
Snel
20
Q
Illic
A
Bijwoord
Daar