VO.2 - Sterfteverschillen Flashcards

1
Q

Welke formulieren moeten ingevuld worden bij natuurlijk overlijden?

A

A-verklaring = verklaring van overlijden: tbv burgerlijk stand van de gemeente van overlijden met de personalia van de overledene
- naam overledenen
- twee belangrijkste mededelingen waardoor de arts overtuigd is dat het oma een natuurlijk overlijden gaat
- dat lichaam geschouwd heeft zelf
Deze ALLEEN bij een natuurlijk overlijden!

B-verklaring = doodsoorzaakverklaring doodsoorzaken statistieken voor CBS (gesloten naar het CBS) –> volgens een beschrijving van ziektes en aandoeningen een doodsoorzaak vaststellen volgens systematiek van WHO en daarvan statistieken maken
Ook geweld, ongeval, misdrijf kunnen een doodsoorzaak zijn, maar dan ingevuld door de gemeentelijk lijkschouwer –> bij niet-natuurlijk overlijden
Deze dus bij zowel een natuurlijk als een niet-natuurlijk overlijden

Moeten door dezelfde arts ingevuld worden –> eerst voordat vanuit de gemeente toestemming tot lijkbezorging kan worden verkregen –> begrafenisondernemer neemt de formulieren mee naar de gemeente (burgerlijke stand)

Schouwing moet zsm worden uitgevoerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat is lijkbezorging?

A

begraven of cremeren

Toestemming door de gemeente van overlijden niet eerder dan 36h na overlijden en uiterlijk op de 6e werkdag na overlijden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wanneer moet een lijkschouw plaatsvinden?

A

binnen 3 uur na overlijden, mag wel alter als in de nacht in een verpleeghuis als de fam geen bezwaar heeft en niet afgelegd of gekoeld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat moet er gebeuren bij een overleden minderjarige?

A

Behandelend arts moet contact opnemen met een gemeentelijk lijkschouwer om evt kindermishandeling uit te sluiten

Bij een onduidelijke doodsoorzaak: NODOK-procedure = nader onderzoek naar doodsoorzaak bij kinderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Op de SEH waar u werkzaam bent als SEH arts wordt een 62 jarige man met een groot acuut myocardinfarct binnengebracht door de ambulance.
Hij heeft een asystolie in de ambulance gekregen en werd onderweg gereanimeerd.
Op SEH neemt u de reanimatie over maar hij overlijdt na een half uur.

Mag u zich beschouwen als behandelend arts?

A

Ja

U mag zich beschouwen als behandelend arts.
U hebt medische handelingen verricht ook al hebben die niet gebaat. Het was anders geweest als de reanimatie al was gestaakt in de ambulance en hij overleden was binnengebracht. In dat geval moet een gemeentelijk lijkschouwer worden ingeschakeld.
Alleen als u overtuigd bent van een natuurlijke doodsoorzaak mag u een overlijdensverklaring afgeven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

U heeft dienst als huisarts op de lokale huisartenpost (HAP).
U wordt zondagochtend geroepen bij een 78 jarige vrouw die door haar echtgenoot dood in bed is aangetroffen.
De vrouw is patiënte bij een van de praktijken die onder de HAP valt, maar u onbekend.

Mag u zich beschouwen als behandelend arts?

A

U mag zich beschouwen als behandelend arts.
U bent op dat moment de waarnemer voor de praktijk waar de vrouw staat ingeschreven.
U hebt toegang tot de medische gegevens van deze vrouw en als u na de schouw overtuigd bent van een natuurlijk overlijden mag u een overlijdensverklaring afgeven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Samen met een groepje vrienden maakt u een fietstocht in een ander deel van het land. Een van de deelnemers is een 67 jarige man waarvan u weet dat hij in het verleden cardiale problemen heeft gehad. Bij het beklimmen van een helling wordt hij onwel. U denkt als arts meteen aan een infarct en de ambulance is snel ter plaatse. Helaas blijkt hij overleden. U kent de man goed en bent op de hoogte van zijn medische voorgeschiedenis maar hij is geen patiënt van u.

Mag u een overlijdensverklaring afgeven?

A

Nee,, u mag geen overlijdensverklaring afgeven.

Hij was geen patiënt van u en u heeft geen medische handelingen verricht.
Omdat er geen behandelend artsen van de man in de buurt zijn, zal de gemeentelijk lijkschouwer van de gemeente van overlijden de schouw moeten doen en als die overtuigd is van een natuurlijke doodsoorzaak een overlijdensverklaring afgeven.

Behandelend arts:
de arts die de overledene tijdens het leven als laatste op enigerlei wijze onder diens zorg had. Hieronder valt ook de waarnemend/dienstdoende arts als die over voldoende informatie beschikt om in redelijkheid te kunnen oordelen over de aard van het overlijden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wie vult de a en b verklaring in?

A

de behandelend arts

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat moet je doen als behandelend arts als iemand is overleden?

A
  • vaststellen overlijden: auscultatie hart en longen, pupilreflex en vervorming (let op schijndood bij vergiftiging, verdrinking en onderkoeling)
  • verwondingen
  • positie lijkvlekken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wanneer is de wet op lijkbezorging niet geldig?

A

Bij een menselijke vrucht die van een ZS duur van minder dan 24 wk levenloos ter wereld is gekomen Daniel binnen 24h na de geboorte is overleden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat moet een arts doen als hij niet burgerlijk gerechtigd is voor de schouwing?

A

De gemeentelijk lijkschouwer bellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wanneer is het een niet natuurlijke dood? Noem voorbeelden

A

Alle overlijdens waar de schouwende arts aangeeft niet overtuigd te zijn van een natuurlijke oorzaak

Gaat om een overtuiging en dus niet om een zekerheid of aannemelijkheid (als geen duidelijke doodsoorzaak of causaliteitsketen)
Er moet een onderbouwing zijn

Opzet of schuld is niet van belang

Bvb
- ongeval
- verstikking, verstikking
- verdrinking
- geweld, moord, doorslag, mishandeling
- vergiftiging
- overdosis
- suicide
- actieve levensbeindiging zonder verzoek
- ZS afbreking > 24 wk
- overlijden tgv (para)medische fout
- hulp bij zelfdoding
- euthanasie

LET OP: palliatieve sedatie wordt wel gezien als een natuurlijk overlijden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Een 50 jarige bromfietser heeft een aanrijding met een tractor. Hij valt en loopt wat schaafwonden op maar verder niets. Na het geregel met verzekeringspapieren wil hij naar huis. De brommer is zo beschadigd dat hij deze naar huis moet duwen.
Thuis gekomen gaat hij doodmoe van de emotie en inspanning in een stoel zitten. Hij voelt zich misselijk, krijgt een drukkend gevoel op de borst en uitstralende pijn naar de linkerarm. Zijn vrouw heeft snel door dat het niet goed gaat en belt 112. Met de ambulance wordt hij overgebracht naar het ziekenhuis. Tijdens de rit zien de verpleegkundigen op het ECG dat er sprake is van een massaal onderwandinfarct. Ondanks de maximale pogingen krijgen ze geen output meer en ze staken de reanimatie.

Is hier zonder twijfel sprake van een natuurlijke overlijden?

A

Nee,

Uit de casus is op te maken dat de man is overleden ten gevolge van een onderwandinfarct en niet ten gevolgde van letsel opgelopen tijdens de aanrijding. Dat zou pleiten voor een natuurlijke doodsoorzaak.
Het is hierbij echter niet geheel uit te sluiten dat er toch een relatie is met het ongeval. Daarnaast zou je je kunnen afvragen welke rol de aanrijding heeft gespeeld: zou de man ook op dat moment een dergelijk groot infarct hebben gekregen als hij geen aanrijding had gehad?
Tussen de uitersten ‘duidelijk natuurlijk’ en ‘duidelijk niet-natuurlijk’ bevindt zich een grijs gebied waar voor beiden iets te zeggen valt. Dan is het aan de schouwende arts om te bepalen wat het meest aannemelijk lijkt.
In de WLB staat ook dat er spraken moet zijn van een overtuiging, niet van zekerheid. De arts moet uiteraard wel kunnen motiveren waarom hoe hij/zij tot een bepaalde conclusie is gekomen.
In zo’n meerduidig geval is het beter om te overleggen met de gemeentelijk lijkschouwer, óf om te besluiten dat je niet overtuigd bent van een natuurlijk overlijden en dus het invullen van de overlijdensverklaring aan de gemeentelijk lijkschouwer over te laten.
Omdat de behandelend arts reeds bij twijfel aan de aard van overlijden de gemeentelijk lijkschouwer inschakelt, zal deze laatste in een deel van de gevallen na de schouw tot de conclusie komen dat het een natuurlijke doodsoorzaak betreft en dan een verklaring van [natuurlijk] overlijden afgeven.
In gevallen waarbij mensen in de openbare ruimte of zoals dit geval in de ambulance overlijden, is het gebruikelijk dat de gemeentelijk lijkschouwer wordt opgeroepen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Een 81 jarige vitale vrouw struikelt thuis in de badkamer en breekt haar heup. Ze wordt geopereerd en de eerste dagen na operatie gaat het goed.
De vierde dag na operatie krijgt ze koorts. Ze blijkt een pneumonie te hebben ontwikkeld. Ze gaat hard achteruit en overlijdt.

Is hier sprake van een natuurlijk overlijden en mag u een overlijdensverklaring afgeven?

A

Nee,

Hier is sprake van een vitale vrouw die na een val en operatie verslechterd. De pneumonie lijkt te zijn veroorzaakt door de immobiliteit na de operatie. Als ze niet was gevallen en geopereerd, dan had ze nu geen pneumonie ontwikkeld.
U mag geen overlijdensverklaring afgeven.
Zou het antwoord anders zijn geweest als de vrouw langzaam was opgeknapt met antibiotica maar 3 maanden later alsnog was overleden aan door het liggen ontstane decubitus? Wat hier meespeelt is of er in de tussenliggende periode voldoende herstel is opgetreden waardoor de oorzakelijke relatie tussen ongeval en overlijden niet meer aanwezig is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Tijdens de dienst voor de HAP wordt u geroepen bij een 59 jarige vrouw die ’s avonds door haar man dood thuis is aangetroffen.
Medische voorgeschiedenis; 5 jaar geleden gestopt met roken, wat overgewicht, lichte hypertensie, lage rugklachten, en volgens de man moeheid en misselijkheid.
Geen verdachte omstandigheden en u bent zelf overtuigd van een natuurlijk overlijden maar weet niet waaraan.

Mag u een overlijdensverklaring afgeven?

A

Ja,

Als u overtuigd bent van een natuurlijke doodsoorzaak maar niet goed weet wat, mag u een overlijdensverklaring afgeven.
Bij twijfel is het goed om te overleggen met de dienstdoende gemeentelijk lijkschouwer.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Een man van 20 jaar heeft een hoge dwarslaesie en is volledig verlamd nadat hij bij een duik in ondiep water zijn nek had gebroken.
Hij kan niet zelfstandig ademen en ligt daarom aan een beademingsapparaat. Hij communiceert door te knipperen met zijn ogen.
Na een half jaar maakt hij duidelijk zo niet verder te willen leven. De arts gaat in op zijn verzoek en staakt de beademing, waarna de man overlijdt.

Is hier sprake van een natuurlijke overlijden en mag de arts dus een overlijdensverklaring afgeven?

A

Nee,

Hier spelen twee zaken.
Het eerste is het staken van een behandeling, namelijk de beademing. Bij het staken van een behandeling op verzoek van de patiënt of omdat deze medisch volkomen zinloos is, maakt het overlijden op zich niet ‘niet natuurlijk’.
In dit geval lag er een ongeval aan het ziektebeeld ten grondslag waarvan geen of onvoldoende herstel is opgetreden, dus daardoor wordt het ‘niet-natuurlijk’.
Als het onderliggende ziektebeeld een CVA was geweest bijvoorbeeld, zou er sprake zijn geweest van een natuurlijk overlijden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Een 85-jarige patiënt heeft een gemetastaseerd prostaatcarcinoom. Hij ziet af van behandeling. Hij krijgt veel pijnklachten en in overleg met de patiënt wordt gestart met palliatieve sedatie. Na 3 dagen overlijdt hij.

Is hier sprake van een natuurlijke dood en mag de arts een overlijdensverklaring afgeven?

A

ja,

De palliatieve sedatie wordt gegeven om pijn te verlichten en heeft niet als primaire doel de patiënt te laten overlijden. Het is dus anders dan euthanasie en wordt beschouwd als natuurlijk overlijden.

18
Q

Een alcoholist met levercirrose ontwikkelt oesophagusvarices. Hieruit ontstaat een bloeding waaraan hij overlijdt.

Is dit een natuurlijk overlijden en mag de behandelend arts een overlijdensverklaring afgeven?

A

Ja,

Alhoewel de cirrose niet spontaan is ontstaan maar door langdurige invloed van alcohol, wordt dit toch beschouwd als een natuurlijk overlijden. De onderliggende verslaving is een ziekte.
Als de man zou zijn overleden door een acute alcohol intoxicatie is er wel sprake van een niet natuurlijk overlijden.

19
Q

Een meisje van 10 jaar ontwikkelt acute leukemie en de behandeling slaat niet aan. Ze overlijdt in het kinderziekenhuis.
Het is een natuurlijk overlijden want leukemie is een spontaan ontstane ziekte.

Mag de behandelend kinderarts zelfstandig de overlijdensverklaring afgeven?

A

Nee,

De kinderarts moet voordat deze een overlijdensverklaring afgeeft overleggen met de gemeentelijk lijkschouwer omdat het een minderjarige betreft.

20
Q

wat is de systematiek van het invullen van een doodsoorzaak verklaring?

A
  1. Natuurlijk dood?
    Zo niet: gemeentelijk lijkschouwer
  2. Wat is de keten van gebeurtenissen die tot de dood hebben geleid (van de directe doodsoorzaak terug in de tijd van symptomen naar grondlijden)?
  3. Wat is de primaire doodsoorzaak? Grondlijden
  4. Wat zijn de (evt) secundaire doodsoorzaken?
21
Q

Wat komt het meest voor qua overlijden?

A

Natuurlijke dood: door spontane ziektes of ouderdom

22
Q

waarop baseren we de volksgezondheid den sterfte cijfers?

A

Obv de doodverklaringen van artsen via het CBS
Vergelijken in de tijd, groepen, landen, regio’s –> min VWS en gemeentebesturen voor beleid

23
Q

wat is de betrouwbaarheid van de doodsoorzaak statistieken?

A

Zeer hoog voor frequentie hoofdgroepen zoals kanker of MCI

Lgaer voor specifieke subgroepen en chronische ziektes zoals nierfalen of DM

24
Q

wat doen we om populaties met elkaar te kunnen vergelijken?

A

Standaardisatie: ziekte- of sterftecijfers van twee of meer populaties die wat in leeftijdssamenstelling verschillen toch vergelijkbaar maken –> kan ook als verschillen in geslacht, etniciteit, SES, etc

25
Welke manieren van standaardiseren zijn er?
1. Direct: geen verschil in leeftijdsopbouw --> hetzelfde als in de referentie populatie LEEFTIJDSPECIFIEKE STERFTE 2. INdirect: geen verschil in leeftijdsspecifieke sterfte binnen een bepaalde onderzoekspopulatie, deze is namelijk ook hetzelfde als in de referentie groep LEEFTIJDSOPBOUW VAN EEN ONDERZOEKSPOPULATIE
26
wat is het doel van directe standaardisatie?
Stel dat je de sterftecijfers van twee landen wilt vergelijken, bijvoorbeeld Nederland en Italië. Het probleem is dat deze landen een verschillende leeftijdsopbouw hebben. Italië heeft bijvoorbeeld een oudere bevolking dan Nederland, en omdat ouderen een hogere kans hebben om te overlijden, zou Italië op het eerste gezicht een hoger sterftecijfer kunnen hebben. Maar betekent dit dat de gezondheidszorg slechter is in Italië? Niet per se! Om een eerlijke vergelijking te maken, moet je corrigeren voor de leeftijdsopbouw. Dit doe je met directe standaardisatie.
27
wat is het CMF?
comparative mortality figure is een maat om de sterfte van een bepaalde populatie te vergelijken met een standaardpopulatie CMF=Direct gestandaardiseerd sterftecijfer van de onderzochte populatie/Direct gestandaardiseerd sterftecijfer van de standaardpopulatie×100 * CMF > 100 → De sterfte in de onderzochte populatie is hoger dan in de standaardpopulatie. * CMF = 100 → De sterfte is gelijk aan de standaardpopulatie. * CMF < 100 → De sterfte in de onderzochte populatie is lager dan in de standaardpopulatie. Bvb CMF = 92% voor NL --> 8% minder sterfte in NL tov de referentie populatie
28
wanneer gebruiken we het CMF wel en niet?
NIET: als sterfte- of incidentie cijfers op kleine aantallen berusten en een grote onzekerheidsmarge hebben WEL: vergelijken van sterftecijfers in meerdere subpopulaties
29
wat is indirecte standaardisatie?
Indirecte standaardisatie wordt vooral gebruikt wanneer je geen leeftijdsspecifieke sterftecijfers hebt van de te onderzoeken populatie (bijvoorbeeld omdat de populatie te klein is of omdat er weinig sterfgevallen zijn). Het doel is om te bepalen of de totale sterfte in een populatie hoger of lager is dan je zou verwachten op basis van een standaardpopulatie. Standardized mortality ratio (SMR): geobserveerde sterfte in de onderzoekspopulatie/ verwachte sterfte in de onderzoekspopulatie
30
Welke methode kan je het beste gebruiken voor vergelijking?
CMF: dezelfde noemers want gebruiken dezelfde referentie populatie SMR: andere noemers dus minder goed te vergelijken --> Als de CMF niet bruikbaar is bijvoorbeeld als te weinig gegevens of kleine aantallen Geven vaak bij benadering dezelfde uitkomst
31
Wat doe je als de CMF en SMR andere uitkomsten geven?
Kijken of de verschillen tussen de sterftecijfers in de index- en referentie populaties allen in dezelfde richting wijzen --> anders andere referentie populatie gebruiken of andere analyse techniek
32
wat is bruto sterftecijfer?
= aantal overledenen in een bepaalde periode per x aantal van de bevolking (X vaak 1, 1000, 100 000)
33
wat is standaardisatie en gestandaardiseerde sterftecijfer?
standaardisatie = corrigeren van gemiddelden of totaalcijfers voor de invloed van verstorende kenmerken gestandaardiseerde sterftecijfer = aangepast bruto-sterftecijfer door correctie voor de invloed van verstorende kenmerken
34
wat is directe en indirecte standaardisatie?
directe standaardisatie: methode waarbij (sterfte)cijfers van een populatie worden toegepast op een standaard bevolking indirecte standaardisatie = methode waarbij geobserveerd (bruto sterfte)cijfer wordt vergeleken met het (sterfte)cijfer dat wordt verkregen door uit gaan van leeftijdsspecifieke sterftecijfers van een externe populatie
35
wat is de PAF?
populatie attributieve fractie: kwantitatieve bijdrage van determinaten aan gezondheidsproblemen Welk deel van de ziekte of sterfte in een populatie is toe te schrijven aan een determinant Bepaald door: - prevalentie van de risicofactor - RR
36
Hoe bereken je het RR?
R1: x personen die roken krijgen ziekte B en y personen die roken krijgen de ziekte niet R1 = x/(x+y) R2: q personen die niet roken krijgen toch ziekte B en ` personen die niet roken krijgen niet de ziekte R2 = q/(q+z) RR = R1/R2
37
hoe bereken je de PAF?
= (prevalentie x (RR-1)) / (prevalentie x (RR-1) + 1) Prevalentie: Proportie van de populatie die blootgesteld is aan de risicofactor (bijv. het percentage rokers in de bevolking) --> bvb 30% rookt dan 0,3 invullen Stel het antwoord is 0,23 --> betekent dat 23% van bvb de hartaanvallen kan worden toegeschreven aan roken --> als niemand zou roken zouden er 23% minder hartaanvallen zijn
38
Wat doe je als er meerdere risicofactoren zijn voor een bepaalde sterfte of ziekte bvb ischemische hartziekte?
Hiervoor oa roken, overgewicht, hypertensie - Roken: hoogste PAF - Hypertensie: hierna hoogste PAF --> Als hoge PAF, kunnen deze in aanmerking komen voor preventie Je kan niet zomaar de berekende PAFs bij elkaar optellen omdat er dan soms een getal van > 100% uitkomst --> doordat individuele gevallen van ziekte kunnen worden veroorzaakt en toegekend aan meerdere risicofactoren tegelijk
39
Wat is de PIF?
Potentiele impactfractie = de proportie van de verwachte incidentie die wordt vermeden wanneer de blootstelling aan een risicofactor afneemt (ipv helemaal weggaat zoals bij de PAF) Is realistischer dan de PAF De PIF helpt om te berekenen: Wat het effect zou zijn van een interventie (bijvoorbeeld als 20% van de rokers stopt met roken). Hoe groot de gezondheidswinst is bij een gedeeltelijke afname van een risicofactor.
40
Hoe bereken je de PIF?
PIF = (proportie die nu rookt - verwachte proportie die nog rookt na interventie) x (RR-1) / (proportie die nu rookt) x (RR-1) + 1) Stel er komt 0,077 uit --> 7,7% minder hartaanvallen als er ipv 30% van de mensen roken nu 20% nog maar roken
41
wat zijn redenen waarom de sterfte aan ischemische hartziektes hoger is in de periferie dan in Rotterdam ivm Nederland?
- hogere incidentie - hogere sterfte - combinatie
42
waar in NL is de sterfte aan ischemische hartziektes het hoogst en het laagst?
Hoogst: Groningen en Limburg Laagst: Utrecht en Hollands midden Bvb slechtere levensstijl, verdeling etniciteit, toegang tot zorg