Verkleinwoorden Flashcards
1
Q
Wanneer schrijf je NKJE OF ETJE
A
bij woorden die eindigen op NG
2
Q
Wat doe je bij woorden die eindigen op een i
A
Daar voeg je een e toe
3
Q
Wat doe je bij woorden die eindigen op Y of U
A
Schrijf je een apostrof
4
Q
Wanneer gebruik je nog meer een apostrof
A
Bij cijfer en letterwoorden