Verklaringen allochtone jeugdcriminaliteit Flashcards

studeren

1
Q

Achterstandshypothese ( straintheorie - Merton)

A

Het legt de nadruk op de maatschappelijke positie van etnische minderheden en migranten.

Het stelt dat etnische minderheden gemiddeld een slechtere maatschappelijke positie bekleden en dat dit zou verklaren waarom men sneller aangewezen is op criminaliteit als alternatieve route naar succes en welvaart. Men heeft minder kansen/middelen om de doelstellingen te bereiken, waardoor men gaat ‘innoveren’.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
1
Q

Discriminatiehypothese / selectiehyptohese

A

Er is sprake van selectief politieoptreden naar etnische minderheden.

Er is discriminatie aanwezig in de strafrechtsketen.

Er is sprake van een selectieve justitie die stigmatiserend werkt naar etnische minderheden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Sociale bindingsbenadering (Sociale controletheorie - Hirschi)

A

Het legt de nadruk op het maatschappelijk functioneren van etnische minderheden, ofwel hun mate van integratie: banden met ouders, school, werk en samenleving.

Volgens de bindingstheorie van Hirschi reguleren sociale bindingen het gedrag van mensen en is er geen speciale motivatie nodig voor criminaliteit, maar als de sociale bindingen zijn verzwakt/verbroken, kan crimineel gedrag ontstaan. Vanuit deze invalshoek is de oververtegenwoordiging van etnische minderheden in de jeugdcriminaliteit te verklaren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Theorie van de maatschappelijke kwetsbaarheid (Vettenburg & Walgrave)

A

Maatschappij kwetst jongeren op verschillende domeinen.

Jongeren met een etnische afkomst hebben dan nog eens een bijkomend maatschappelijk kwetsend element, wat leidt tot een versneld proces van maatschappelijke kwetsbaarheid.

De sociaal-psychologische effecten van uitsluiting: ‘3A’s’
- Arm/achtergesteld
- Anders: gezinnen met problemen, zelf gedragsproblemen
- allochtoon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Culturele benaderingen

A

Leggen de nadruk op het totaal aan opvattingen en gewoonten die mensen hebben en de betekenissen die zelf toekennen aan criminaliteit en regel overschrijdend gedrag.

Culturele deviantie: er wordt veronderstelt dat er cultuurelementen zijn die specifiek zijn voor een bepaalde bevolkingsgroep en die een bepaalde betrokkenheid bij criminaliteit of de vorm waarin dat gebeurt, begrijpelijker maken. Criminaliteit is cultureel aanvaard.

Culturele dissonantie: de confrontatie tussen 2 culturen met specifieke kenmerken waaruit problemen voortvloeien. Er wordt veronderstelt dat jongeren uit etnische minderheden tussen 2 culturen in leven en daardoor identiteitsproblemen krijgen en minder zelfwaardering ontwikkelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Sociale leerbenadering (differentiële associatietheorie - Sutherland)

A

Legt de nadruk op de criminele omgeving waarin migranten zich kunnen bevinden.

Gedrag in het algemeen, dus ook crimineel gedrag wordt geleerd in omgang met anderen. Verschillende processen kunnen hierbij een rol spelen: overdracht van opvattingen en houdingen die wetsovertredingen bevorderen, imitatie van criminele anderen en groepsprocessen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Gelegenheidsbenadering

A

Legt de nadruk op de specifieke gelegenheden en mogelijkheden die migranten kunnen hebben voor bepaalde vormen van criminaliteit.

Het gaat daarbij niet alleen om de directe gelegenheid die de omgeving biedt, maar vooral ook om mogelijkheden die voortvloeien uit sociale netwerken, met name in georganiseerde misdaad.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Straatcultuurbenadering - Jan Dirk de Jong

A

Legt de nadruk op de eigen ongeschreven regels en codes die migrantenjongeren ontwikkelen wanneer zij veel tijd doorbrengen op straat.

Het is een combinatie van de culturele en sociale-leerprocessen: het gaat om eigen opvattingen en gewoonten die echter niet primair vanuit de cultuur ontstaan, maar door jongeren op straat worden ontwikkeld. Dit doet men vanuit de behoefte aan erkenning, veiligheid en vermaak.

7 straatwaarden:
- schijt hebben
- ballen tonen
- scherp zijn
- chill en fatoe zijn
- draaien met bling-bling en chickies
- loyaal aan de homies en matties
bikkel zijn

Aanpak van overlast en jeugdcriminaliteit is een integrale aanpak:
- Het is geen loutere repressie, verbrokkelde of aanbodgerichte zorg/hulpverlening. Men moet zich meer richten op het daadwerkelijk bieden van perspectief, dat aansluit op de leefwereld en straatcultuur.

  • Het is niet wat werkt?, maar wie werkt?. Men moet meer focussen op de inzet van positieve rolmodellen, ervaringsdeskundigen, sleutelfiguren + meer professionals met formeel gezag vanuit veiligheid en de sociale sector.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly