VAPH Flashcards

1
Q

zorgbenaderingen personen met een handicap

A

bepalen manieren waarop mensen met een handicap behandeld worden
verschillende perspectieven met verschillende ideeën over oorsprong, lokalisering, controle, ….

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

moreel model

A

oorsprong: breuk
gelokaliseerd in het kwaad
religieuze en magische controle
straf van god
weinig uitspraken over QoL van mensen met handicap
weinig info over hoe handicap aan te pakken, meer over waarom het iemand overkomt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

medisch model

A

oorsprong: foutje natuur
lokalisering in individu
experten hebben controle over behandeling en adviezen
probleem ligt in meetbaar effect: bv IQ onder 70
verminderde QoL
hoe aan te pakken?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

sociaal model

A

oorsprong in sociale en ecologische relaties die we hebben
handicap is wat de omgeving ervan maakt (lokalisering)
controle via steun, draagkracht, omgeving
probleem ligt niet in wat we kunnen meten, maar in feit dat anderen er niet in slagen betekenisvolle interacties te kunnen opbouwen
politieke en ecologische vragen rond aanpak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

cultureel model

A

oorsprong in representaties: breder dan in sociaal model
lokalisering in taal en woorden die men gebruikt om over mensen met handicap te praten
controle via informatie en communicatie
probleem ligt in identiteitsontwikkeling (vooral sociale ideniteit)
niet per se vermindering QoL: potentionaliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

individual pathology

A
  • bio-medical approach (eliminate or cure disability)

- functional approach (ameliorate and provide comfort)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

social pathology

A
  • environmental approach (elimination of systemic barriers)

- rights-outcome approach: provide political and social entitlement

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

bio-medische aanpak

A

handicap heeft oorzaak in mentale of fysieke toestand die voorkomen of verbeterd kan worden door medische, biologische of genetische interventie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

functionele aanpak

A

hoe de functionele beperking kan verbeterd worden en strategieën om mensen te helpen hun potentieel te bereiken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

environmental approach

A

persoonlijke mogelijkheden en beperkingen niet alleen toe te schrijven aan factoren in het individu, maar aan de interactie tussen individu en omgeving
focus op hoe samenlevingen georganiseerd zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

rights-outcome approach

A

handicap benaderd vanuit rechtenperspectief: hoe marginaliseert SL mensen met handicap en welke aanpassingen nodig om op hun noden te antwoorden.
focus: ondersteunen diversiteit en empowerment

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

disability

A

accentverschuiving tov handicap: meer naar het zijn, minder naar de functiebeperking die de handicap inhoud –> maakt deel uit van identiteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

VAPH

A

doelgroep: personen met een handicap
handicap ontstaan voor leeftijd van 65
verblijfsvoorwaarde: in België verblijven sinds 5 jaar (of 10 jaar met onderbreking)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

handicap

A

elk langdurig en belangrijk participatieprobleem van een persoon, te wijten aan het samenspel tussen functiestoornissen van mentale, psychische, lichamelijke of zintuigelijke aard, beperkingen bij het uitvoeren van activiteiten, en externe factoren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

VAPH missie

A

maatschappelijke integratie en participatie aan de SL van personen met handicap bevorderen –> ondersteuning verlenen waardoor optimalisatie autonomie en QoL

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

VAPH uitgangspunten

A
  • zelfbeschikkingsrecht: mensen met handicap hebben inspraak in wat ze willen in leven
  • keuzevrijheid: bv keuzes qua zorg
  • mogelijkheden en ervaringsdeskundigheid
  • zoveel mogelijk empowerment en autonomie
17
Q

kerntaken

A
  1. programmeren op operationeel niveau, vergunnen, erkennen en subsidiëren voorzieningen
  2. organiseren rechtstreeks individugerichte personele/materiële/financiële ondersteuning PMH
  3. bevorderen kwaliteit ondersteuning
  4. stimuleren initiatieven ter bevordering integratie PMH
  5. informeren en sensibiliseren mbt alles wat verband houdt met handicaps en integratie
  6. operationalisering criteria afbakening doelgroep
  7. organisatie/afhandeling aanvragen tot ondersteuning
  8. organisatie zorgregie voor niet-rechtstreekse toegankelijke zorg en ondersteuning meerderjarigen
  9. kennisdeling bevorderen en ondersteunen
  10. toekennen vergunningen aanbieders van zorg en ondersteuning
  11. bij meerderjarigen beslissen of nood zorg en ondersteuning er is
18
Q

VAPH: organisatie aanbod op drie domeinen

A
  1. Subsidiëren diensten en voorzieningen die ondersteuning verlenen aan PMH
  2. tegemoetkoming van hulpmiddelen en aanpassingen: individuele materiële bijstandskorf
  3. toekennen persoonlijk assistentiebudget
19
Q

Diensten Ondersteuningsplan

A

n=5
max 12 maanden (= ong 12 begeleidingen)
doelgroep: personen met vermoeden handicap die nog geen zorg/ondersteuning ontvangen van VAPH voorziening

20
Q

DOP: kerntaak

A

vraagverheldering en opmaak van een ondersteuningsplan

21
Q

DOP: ondersteuningsplan: 3 luiken

A
  • mogelijkheden tot natuurlijk netwerk onderzoeken en eventueel activeren, of sociaal netwerk helpen tot stand te komen
  • restvragen voor ondersteuning zoeken binnen algemene welzijns-en gezondheidsdiensten
  • voor resterende vragen antwoorden zoeken voor handicapspecifieke ondersteuning binnen VAPH
22
Q

Organisatie voor vrijetijdszorg

A

n=20
ontwikkelen, bevorderen, begeleiden vrijetijdsbesteding voor PMH
doelgroep: prioritair PMH die nog thuiswonen

23
Q

Thuisbegeleidingsdiensten

A

n=26
per provincie telkens 1 dienst voor personen met een verstandelijke, motorische handicap, een auditieve handicap of autisme
verlenen bijstand aan gezinnen in de opvoeding van kinderen, jongeren en hun ouders
ten minste 65% thuis of in secundair opvoedingsmileu

24
Q

Semi- internaten

A

n=64
opvang en begeleiding voor kinderen met een handicap (alle doelgroepen) buiten de schooltijden, meeste kinderen gaan naar school
(para)medische, pedagogische en sociale ondersteuning
werking gericht op kind

25
Q

Voorzieningen voor kortverblijf

A

gezinsondersteunende maatregel, voor gezinnen die tijdelijk een moeilijke periode doormaken, voor kinderen en volwassenen van alle doelgroepen
in bestaande voorziening of tehuis voor kortverblijf

26
Q

Internaten

A

n=58
residentiële opvang: combo niet rechtstreeks toegankelijke typemodules rond verblijf en dagopvang (langdurig, lage of hoge frequentie)
aanvullend typemodules rond begeleiding, behandeling, training en weekend- en vakantieopvang van kinderen en jongeren met een handicap

27
Q

Centra voor Observatie, Oriëntering en Medische, Psychologische en Pedagogische behandeling (OBC)

A

n=7
voor kinderen en jongeren met verstandelijke handicap: vnl complexe gedrags-of emotionele stoornissen, nog geen duidelijkheid over aard handicap
multidisciplinaire observatie en diagnostiek tijdens residentiële opname

28
Q

Individuele Materiële Bijstand

A

aanvraag bij minderjarigen: 1ste aanvraag: MDT maakt adviesverslag en stuurt dit naar IST
volgende aanvragen rechtstreeks bij VAPH
Persoonlijke bijstandskorf twee jaar geldig

29
Q

Kennis-en ondersteuningscentrum

A

uitbouw, structurering en verspreiding kennis op domein hulpmiddelen
ondersteunen PMH, MDT’s en andere actoren in zoeken naar meest geschikte hulpmiddel

30
Q

Persoonlijk assistentiebudget

A

som geld vrij te besteden aan persoonlijke assistentie en de organisatie ervan
persoon zelf is budgethouder en werkgever
assistent kan familielid of extern zijn
bijstand zorgconsulent vanuit thuisbegeleidingsdiensten of van budgethoudersverenigingen is mogelijk