Vaktermen P, Q, R ... Flashcards

1
Q

Panna cotta

A

Italiaans dessert dat letterlijk ‘gekookte room’ betekent. De basisingrediënten zijn room, melk, suiker en gelatine. Wordt meestal opgediend met een rode vruchtencoulis.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Paneren

A

Het voor de bereiding (bakken, frituren of roosteren) omhullen van een voedingsmiddel met paneermeel of broodkruim.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Parfumeren

A

Een geurig toevoegsel gebruiken om de geur en de smaak van een voedingsmiddel of gerecht te verbeteren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Parmentier

A

Bereiding waarin aardappelen verwerkt zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Passeren

A

Door een zeef wrijven of filtreren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Pasteuriseren

A

Het door een kortdurende verhitting tussen 70 en 90 °C ten dele bacterievrij en daardoor langer houdbaar maken van producten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Pectine

A

Natuurlijk geleermiddel, dat bestaat uit koolhydraten en voorkomt in planten, met name in het sap van sommige vruchten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Pekel

A

Oplossing van zout, water en aromatische kruiden. Gebruikt voor het opleggen of marineren van vlees, vis of groente

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Peler à vif

A

Versnijden van citrusvruchten tot op het vruchtvlees.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Persillade

A

Mengsel van fijngehakte peterselie en knoflook, wordt toegevoegd aan bepaalde gerechten van het einde van de gaartijd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Pesto

A

Italiaanse saus, lekker bij pasta of op geroosterd broodje als aperitiefhapje

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Pilav

A

Bereidingswijze van rijst, rijst wordt eerst in olie gebakken dan gaar gekookt in water.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Pita

A

Gerecht uit Midden-Oosten bestaat uit een plat wit en rond broodje dat verwarmd wordt. Het wordt doormidden gesneden en gevuld met een mengsel van kikkererwten en geraspte rauwkost.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Pocheren

A

Laten garen van voedingsmiddelen in water dat net niet kookt (eieren)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Primeur

A

Tuinbouwproduct dat op de markt verschijnt voor het normale verkoopseizoen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Profiterole

A

Klein soesje dat na het bakken gevuld wordt. Gevuld met kaas, banketbakkersroom, slagroom of ijs.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Provençale

A

Bereiding met olijfolie, knoflook, tomaat en verse kruiden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Quenelles

A

Balletjes of worstjes gemaakt van gepureerd vlees, gevogelte of vis. Ingrediënten voor quenelles worden fijngemalen en gebonden met vet en eieren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Ragout

A

Gerecht waarbij je vlees, gevogelte, vis of groenten in gelijke stukken snijdt en in gebonden blanke of bruine saus laat garen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Ravioli

A

Pastakussentje, gevuld met gehakt of groentemengsel en daarna gekookt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Reuzel

A

Uitgesmolten varkensvet. Tamelijk zacht, smeerbaar en wit van kleur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Rilletes

A

Vlees dat meerdere uren gaar gesudderd wordt in eigen vet en sappen. Wordt in de potjes meestal nog bedekt met een laagje zuiver vet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Roerbakken of wokken

A

Het bakken van kleine, gelijkmatige stukjes gesneden voedingsmiddelen die voortduren worden omgeschept in hete olie in een wok. Stukjes worden zo zeer snel gegaard.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Roken

A

Wijze van conserveren of smaak geven bij vlees en vis. Rook geeft een speciale smaak aan het product

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Roux

A

Basismengsel van gelijke delen boter en bloem.

26
Q

Ruban

A

Eieren met suiker opkloppen tot een gladde witte schuimmassa, er wordt een lint (ruban) gevormd tijdens het opheffen van de klopper

27
Q

Sabayon

A

Italiaans dessert gemaakt van wijn, suiker en eidooiers. Gebruikt voor een luchtige mousseline saus op basis van champagne die bij vis of schaaldieren wordt gegeven

28
Q

Saignant

A

Vlees buitenkant bruin gekorst, binnenkant is lichtroze

29
Q

Saint Germain

A

Erwten in bereiding

30
Q

Salamander

A

Grill om gerechten snel te kleuren of te gratineren

31
Q

Sauteren

A

Voedingsmiddelen worden op hoog vuur aangebakken in olie of boter.

32
Q

Schnitzel

A

Platgeslagen lapje mals varkens- of kalfsvlees. En wordt daarna gepaneerd en gebakken.

33
Q

Schrikken

A

Garing stopzetten door voedsel onder koud stromend water te zetten of in een kom met ijswater zetten

34
Q

Smoren

A

Gaar maken in weinig boter of olie op een klein vuur met een deksel op de pan, waardoor het gerecht niet bruin wordt.

35
Q

Sorbet

A

IJs gerecht zonder vet of eidooiers. Basis; vruchtensap en suikersiroop

36
Q

Souffflé

A

Kan hartig of zoet zijn. Hartige soufflés zijn op basis van dikke bechamelsaus met stijfgeklopte eiwitten, zoete soufflés worden gemaakt op basis van melk, suiker en eidooiers

37
Q

Stomen

A

Het garen van vis, vlees of groenten met behulp van opstijgende damp van een kokende vloeistof zonder dat het voedsel in aanraking komt met de vloeistof

38
Q

Stoven

A

Het garen en zachter maken van ingrediënten die door hun samenstelling ongeschikt zijn voor korte bereidingstechnieken. Lange tijd op lage temperatuur gaar wordt gemaakt, pot wordt afgedekt met een deksel.

39
Q

Tabasco

A

Zeer pikante pepersaus

40
Q

Tajine

A

Diepe schotel van geglazuurd aardwerk.

41
Q

Tandoori

A

Indiase bereidingswijze voor kip. Ontvelde stukken kip eerst gemarineerd worden in een mengsel van yoghurt, cayennepeper, kurkuma, koriander, knoflook en paprikapoeder.

42
Q

Tapas

A

Spaanse kleine hapjes, wordt bij aperitief gegeten

43
Q

Tapenade

A

Smeersel gemaakt van gehakte olijven, kappertjes en ansjovis. Het mengsel wordt op smaak gebracht met olijfolie, citroensap en kruiden zoals knoflook en tijm. Gegeten op geroosterd brood, als vullen van hardgekookte eieren

44
Q

Tartaar

A

Gehakte rundbiefstuk. Rauw gegeten. Zelf op smaak brengen met augurk, ui, kappertjes, eidooier, peper, zout en worcestersaus

45
Q

Teppanyaki

A

Japanse keuken; ijzeren plaat die wordt gebruikt om voedsel kort op hoge temperatuur te bakken

46
Q

Toeren

A

Bladerdeeg. Het deeg krijgt verschillende toeren samen geplooid. Zo dat er zeer heel fijne laagjes ontstaan.

47
Q

Tortilla

A

Spaanse omelet met aardappelen of een Mexicaanse zeer platte cirkelvormige pannenkoek van mais- of tarwebloem die gevuld en opgerold wordt

48
Q

Vanille

A

Gedroogde vrucht van de vanille plant. Smaakmiddel bij zoete gerechten. Stokje wordt in 2 gesneden, merg wordt eruit geschraapt en langzaam met vloeistof verhit

49
Q

Velouté

A

Soep die gezeefd en daarna gebonden wordt met een mengsel van eidooier, room en boter

50
Q

Veloutésaus

A

Witte saus op basis van fond en witte roux

51
Q

Vijfkruidenpoeder

A

Specerij uit Chinese keuken. Samenstelling; anijszaad, venkelzaad, kruidnagel, kaneel en peper

52
Q

Vijzel

A

Gemaakt uit hardhout of steen. Ideaal om grof zout, peperkorrels en andere specerijen of kruiden met een stamper fijn te maken

53
Q

Vinaigrette

A

Slasaus op basis van olie en azijn. Door kloppen ontstaat een dik vloeibare saus. Op smaak gebracht met peper, zout en kruiden

54
Q

Waterzooi

A

Vlaams gerecht uit de Noordzee, paling gekookt in bouillon met verschillende soorten groenten en kruiden. Gentse waterzooi wordt met kip bereid.

55
Q

Wentelteefjes

A

Oudbakken sneetjes witbrood door melk, losgeklopt ei en suiker gehaald om daarna in boter te bakken.

56
Q

Wokken of roerbakken

A

Het bakken van in kleine, gelijkmatige stukjes gesneden voedingsmiddelen die voortdurend worden omgeschept in hete olie in een wok. De stukjes zijn zo snel gaar.

57
Q

Worcestersaus of Worcestershiresaus

A

Pittige saus die wordt gebruikt als smaakgever aan verschillende gerechten. Wordt gemaakt van o.a. peper, piment, kruidnagel, azijn, gember, kerrie, paprika, suiker, mosterd, zout en sherry.

58
Q

Zeezout

A

Zout dat uit het zeewater gewonnen wordt.

59
Q

Zelfrijzende bakmeel

A

Mengsel van tarwebloem met 3% bakpoeder. Beslag moet meteen verwerkt worden anders gaat het rijzend effect van het bakpoeder verloren.

60
Q

Zeste

A

Gekleurde deel van de schillen van citrusvruchten

61
Q

Zweten

A

Groenten met een minimum aan vocht, boter of olie gedeeltelijk gaar laten worden.