Vaccins zeug/beer/vlv Flashcards
1
Q
Influenza zeug/beer
A
- dood vaccin
- 2x met 3-4w tss 2ml in quarantaine
- booster halfjaarlijks in groep of 14d voor partus
- immuniteit 7d na basisvaccin voor 6m
2
Q
Influenza vlv
A
- 2x op 10 en 14w
3
Q
Influenza voorbeeld
A
respiporc flu3
4
Q
Vlekziekte zeug/beer
A
- geïnactiveerd, dood
- 2x met 3-4w tss 2ml
- booster halfjaarlijks in groep (samen met PRRS) / telkens in kraamstal (samen met parvo) / einde dracht (samen met parvo)
5
Q
Vlekziekte vlv
A
- 1x vanaf 3m
6
Q
Vlekziekte voorbeelden
A
- ruvax
- porcilis ery
- eryseng
7
Q
PCV2 gelt en zeug
A
- 2x met 3-4w tussen
- 2e enting 2w voor inseminatie (gelt) /werpen (zeug)
- booster elke dracht 2-4w voor werpen
8
Q
PCV2 voorbeeld
A
circovac
9
Q
Parvo voorbeeld
A
- porcilis
- suvaxyn (met ery)
10
Q
Parvo gelt
A
- vanaf 6m
- 2x met 4w tss
- min. 2w voor inseminatie
11
Q
Parvo zeug
A
Halfjaarlijkse herhaling
- in kraamstal (met vlek)
- einde dracht (met vlek en/of prrs)
- groep (met vlek en/of prrs)
12
Q
Coli zeug
A
- 2x 3-6w tss
- 2e enting 2-3w voor werpen
- booster telkens 2-3w voor werpen
13
Q
Coli opfok/quarantaine
A
- basisvaccinatie einde opfok of in quarantaine
14
Q
Coli voorbeelden
A
- porcilis
- neocolipor
- coliclos (met clostridium)
- enterocolix (met clostridium)
- suiseng (met clostridium)
15
Q
Clostridium A en C
A
- 2x 3-6w tss
- 2e vaccin 3w voor werpen
- booster telkens 2-3w voor werpen