unité 4 vol Flashcards
verzekeren
assurer
proberen
essayer
rechtvaardig
juste
buitenland
l’etranger
verhinderen
empêcher
weggaan
sortir
lang (als in tijd)
longtemps
hernemen
reprendre
interesse
un intérêt
leiden
mener
behoren/ toebehoren
appartenir
genoeg
assez
elk
chacun
betreffen
concerner
eerst
d’abord
leren
apprendre
ontmoeten
recontrer
werk
oeuvre
bekomen
obtenir
binnengaan
entrer
voorstellen
proposer
meebrengen
apporter
ver
loin
bereiken
atteindre
broberen
tenter
laat
tard
echter
cedepant
onderwerp
sujet
belangrijk zijn
importer
een zoektocht
un recherche
toevoegen
ajouter
ergens anders
ailleurs
echt
vraiment
een twijfel
un doute
begin
début
aanwezigheid
pr’sence
talrijk
nombreux
voorbereiden
preparer
oprichten/ omhoog richten
relever
evenveel/ zolang/ zowel
autant
volgend
prochain
bijzonder/ speciaal
particulier
een plaats
un position
ontwikkeling
développement
een hoofd (van de keuken)
un chef
onder/ tussen/ te midden van
parmi
lid
membre
trekken
tirer
mooi
beaux/ belle
vol
plein
oordelen
juger
vermijden
éviter
een politieke partij
un parti
bewust
consient
leider
chef/ patron
proberen
tenter
bereiken
atteindre
belang
intérêt
vervaardigen
produire
gangbaar
courant
genoeg
assez
twijfels
doutes
hier
ici
avond
soir
stof
poussiere