unit 3 lesson 3 Flashcards
1
Q
to be impressed by
A
onder de indruk zijn van
2
Q
canvas
A
(schilders)doek
3
Q
to display
A
tonen; laten zien
4
Q
exhibiion
A
tentoonstelling
5
Q
to experience
A
ervaren
6
Q
to have a go at
A
proberen
7
Q
to recomment
A
aanbevelen; aanraden
8
Q
talented
A
getalenteerd
9
Q
variety of
A
verscheidenheid aan; verschillende
10
Q
draad
A
thread
11
Q
ingewikkeld
A
complicated
12
Q
kleuren
A
to colour
13
Q
kraal
A
bead
14
Q
kunstenaar
A
artist
15
Q
laag
A
layer
