Toxicologie Flashcards

1
Q

Nitreuze gassen

A

NO2 / NO / N2O3 / N2O4
silo’s (silo fillers disease)(industrie, luchtwassers)
zuuranhydrasen, veroorzaken KAUSTISCHE symptomen (etsing luchtwegen)
verbindingen met alkaliën geven nitrieten
hoge conc: VD (shock)
lage conc : methemoglobine
irritatie slijmvliezen (tranen, hoesten)
methemoglobinemie, cyanose, verstikking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Chloor

A
desinfectantia 
chloorgas: industrie
\+water = HCl
-inhalatie: lokaal etsend op mucosa (AH)
-resorptie: THIOLOPRIEVE werking --> inhibitie SH groepen enzymen, afname celmetabolisme
-GI reactie (als gas neerslag op voeder)
FOSFOGEEN: HCl in longen: bronchopneumonie door irritatie
YPERIET=mosterdgas
etsing longen en huid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Koper acuut

A
koperzouten! vnl schaap gevoelig
uit geneesmiddelen 
CuSO4 = fungiside
lokale irritatie GIS: diarree en koliek
PRIKKELING VAGUS (verhoogde motiliteit+bradycardie)
resorptie: VD --> BD daalt --> SHOCK + STERFTE
donkergroene faeces/urine
koperbepaling in faeces
Kaliumferrocyanide
Natriumthiosulfaat
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

fotosensibiliserende planten

A

primair: fluorescerend pigment in huidcapilairen omgezet met UV –> fotodermatitis
secundair: leverbeschadiging geeft iceterus, galpigmenten in huidcapilairen, UV activatie en fotodermatitis (ook fyloerythrine in bloedbaan door galgangobstructie, UV activatie en fotodermatitis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

crucifeae en brassicaceae

A

mostaardglycosiden en enzymes
glucosinolaatwordt enzymatisch omgezet tot R isothiocyanaat: giftig (bv goitrine = 5 VTO
lokaal: GI etsing (koliek, diarree); huid irritatie
resorptie: lever (icterus)
eliminatie: nier (albuminurie en hematurie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Thallium

A

zwaar metaal: mollengift
Tl+ meer giftig dan Tl+++ (in vivo niet actief)
vnl accumulatiegift
lokaal GI irritatie (braken
snellle resorptie: systemische effecten na LATENTIETIJD
1: blok zwavelenzymes: algemene celgift (degeneratie hart, lever, nier)
2: competitie K+ transport, membraan ATPase stimulatie –> accumulatie Tl+ in kalium rijke weefsels = polyneuritisch syndroom: zenuw en psychische stoornis
3: sympaticus stimulatie: tachycardie, BD stijgt, obstipatie en haaruitval
uiteindelijk UITSCHEIDINGSTOXICOSE
vnl varken en khd
acuut : koliek, braken, diarree (bloederig), motorysche paralyse, AH verlamming en dood na max 3 d
subacuut: lagere dosis, milde GI klacht, zenuw en huidaandoeningen
chronisch: na 14 d; geringe continue opname: haaruitval
dithizone/ K+ / berlijns blauw

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

lood

A

bloedgift bij chronische vergiftiging
interferrentie haemsythese door interactie SH bindingen en ceompetitie Cu, Fe
remming delta ALA dehydratase: verhoogde delta ALA
remming coproporfyrinogeen oxidase: remming haem/Hb synthese
remming ferrochelatase: opstapeling ZPP

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Chloraten

A

lokale irritatie GI: koliek + bloederige diarree
snelle resorptie: naar bloedbaan (erythrocyten)
methemoglobine vorming : weefselanoxie
hemolyse: methemoglobinecilinders naar milt en nier
–> anemie en uremie
acute dood
subacute GI klachten, dyspnee en uremie
CHOCOLADEKLEUR BLOED
+zwelling lever en nier
+erosies GI

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

nitriet en nitraat

A

nitriet 10X toxischer dan nitraat
hyperacuut: plotse dood door VMC verlamming (vasodilatatie/ hypotensie)
acuut thv erythrocyt: vomring methemoglobine (weefselanoxie)
subacuut: irritatie GI
CHOCOLADEKLEUR BLOED
methyleenblauw

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

koper chronisch

A

accumulatie in lever (hepatotoxiciteit, metabole onderdrukking, icterus, gele leveratrofie): release in bloedbaan: hemolyse door methemoglobinevorming (bilirubinemie, icterus, hemoglobine cylinders dus nierblok)
resorptie onder Cu eiwit complex
binding in plasma aan ceruloplasmine: accumulatie lever in Cu S Mo COMPLEX
ACETAAT betere resorptie dan sulfaat en oxide
herkauwer: Cu thiomolybdaat vorming (meer gevoelig)
bij niet herkauwers minderk ans op toxiciteit bij hoog gehalte Zn, Fe en eiwit
ammonium tetrathiomolybdaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

adelaarsvaren

A

bracken disease
Vit B1 def paard, varken (verlamming en spiertremor)
hemorrhagisch syndroom rund, schaap
bloedstolling storing bij rundvee
urineblaasen maag darm tumoren (sesquiterpeenglycosiden = ptaquiloside)
aplastische anemie, hematurie
bloedingen door beschadigd capilairwand
mastceldegranulatie: VD en bloedstolling daalt
enterale type rund
laryngeale type kalf
batylalcohol

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

beuk

A

fagine
hemolyse
paarden
koliek en convulsies

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

eik

A
tanninen
GI irritatie
pyrogallol
hemolyse, nierschade
latentietijd
mundulcers, faryngitis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

nachtschade

A
Atropine
nicotine
solanine: glycoalkadoiden --> solanidine: GI + hemolyse + methemoglobine
remming acetylcholine esterase
excitatie, daarna depressie
cardiovasc: hartstilstand
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

bingelkruid

A
mercurialine (saponine werking)
lokale etsing GI
lyse RBC
CZS depressie
levernecrose / nierdegeneratie
vers gemaaid wel opname, zelden spontaan
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

CO

A

respiratoire alkalose
eliminatie door uitademing
HELROOD BLOED

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

coumarine derivaten

A

coumarine en dicoumarine
witte honingklaver
cummulatie effect
vit K defficientie
leverinsufficientie (bloedstollingsfactoren)
klinische interacties farmaca bv cortico’s
meest gevoelig varken rat hond paard pluimvee minst gevoelig
acuut: capilair beschadiging: VD en bloedingen
cumulatief: capilairwand, bloedstolling gestoord, competitie vit K
latentietijd
vit K1 toedienen: 5 mg/kg/d SC acuut
2,5 mg/kg/d oraal over 2 dosissen 2-3 w
ghd: 0,5 - 1 mg/kg/d SC

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Arseen

A

multipele orgaanfalen
driewaardig meest toxisch
thioloprief: aantasting lipoinezuur + verminderde activiteit oxydatieve enzymes
sec. leververvetting
+ maagdarm mucosa degeneratie
+ SH enzymes daling
uiteindelijk verbloed dier in eigen bloedvatstelsel
hyperacuut: BD, shock, collaps
subacuut: koliek, excitatie, paralyse, bloederige darmen, leververvetting, nefrose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

ionoforen

A

preventief coccidiostaticum (monensin)
paard en konijn
rund: omzetting nitraat naar nitriet bevorderd
pluimvee, varken: interactie tiamuline (CYP450)
algemeen:
interactie ionen, complexvorming, depletie
verstoring intracell evenwicht
hartblok door sarcolemma besch.
catecholamines uitstort, vrije radicaal vorming
lipidenperoxiden vorming (membraanbesch. )
verh Ca influx: mitochondrien besch.
myopathie, spiernecrose
paard: anorexie, koliek, hartstoornissen, paralyse, dood
pluimvee: spieratrofie, hartstoornis, nieratrofie, paralyse en AH depressie
rund: GI stoornis, koliek
varken: anorexie, slappe achterhand, spieratrofie, AH depressie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

taxus

A

taxine
paarden
HARTgeleiding: bradycardie
CZS: ah depressie

21
Q

PCB

A

congeneren, enkel planier = toxisch
geen Cl op 2 en 6
structurele gelijkenis dioxines
meer Cl: meer accumulatie+ positie is belangrijk
koudbloeddieren meer gevoelig
geringe biologische degradatie
HCl vorming bij verbranding
onvolledige verbranding: dioxinevorming
opstapeling vetweefsel
chronische toxiciteit: leveraantasting (vergroting)
later: reproductiestoornis, Hb synthese, vertraagde groei, huidafwijking, immunosuppressie

22
Q

dioxines

A

tricyclische aromatische verbinding
TCDD (2,3,7,8 variant)
TEQ: toxische equivalent
in melk en vlees
ah receptor in cytoplasma: dioxine bindt
binnendringen kern, binding DNA, verstoring transcriptie (aanmaak enzymes
–> vermindering detoxificatie carcinogenen en toxinen, invloed op hormonen, interactie GF
levernecrose, thymusnecrose
chicken oedema disease (hydropericard, hydroperitoneum)
rund: daling melk, anorexie, haarverlies
mens: gewrichts en spierpijn,

23
Q

aromatische koolwaterstoffen

A

petrochemische industrie
PAK: benzopyreen
organische solventen: narcose en dood, accumulatie
koolteer: varkens, anorexie, depressie, spierzwakte, icterus
PAK: carcinogeen, bloedvorming verstoord, cyp 450

24
Q

seneciosis

A

hepatotoxisch: retronecine –>oxygenatie tot pyrol –> alkylerend karakter: hepatotoxisch
veno occlusive disease, portale fibrosering, cirrhose
leverkanker

25
Q

aflatoxine

A

jonge dieren
B1 meest toxisch en carcinogeen
1e fase: bioactivatie: uitputting glutathionmoleculen
eliminatie via nier
remming leverenzymes
alg: leverbeschadiging (centrolobulaire necorse, icterus)
2e fase: remming RNA polymerase (eiwitsynthese, anti mitotisch vnl thv lever)
immunologische depressie
alg: teratogeen, mutageen, carcinogeen
aspergillus flavus: nodulaire hyperplasie, galgangproliferatie, bloedstollingsstoornis
aspergillus clavatus: zenuwstoornissen

26
Q

vomitoxine

A

veld
type A minder voorkomen maar veel toxischer
inhibitie proteinesynthese en vrijstelling pro infl cytokines
werkt in op translatie
DON: braken, abdominal distress syndrom bij varken
T2: immunosuppressie, dermatitis, hemorhagische diathese

27
Q

zearalenone

A

veld
biotransformatie
mycotoxine en metabolieten binden op oestradiolreceptor
hypo oestrogenisme (zearanelone syndroom):
gezwollen vulva, prolaps uterus en rectum, vulvovaginitis, ovaria atrofie
–> reproductiestoornis
varken schaap hond rund

28
Q

fumonisinen

A
veld
B1 meest toxisch en voorkomen
inhibitie sfinganine N acetyltransferase: sfingolipidensynthese
paard: ELEM equine leucoencephalomalacie
vakren: porciene pulmonary oedema
carcinogeen lever
29
Q

ochratoxine

A

type A toxischer
nieraandoening, immunosuppressie, embryotoxiciteit, teratogeen
varken: mycotoxic porcine nephropathy
nier: competitie cAMP: necrose niertubuli, polyurie en proteinurie
lever: degeneratie, celnecrose, uremische coma

30
Q

tremorgene mycotoxines

A

raaigraskramp, staggers: ataxie, hypoactiviteit, spiertremor, krampen

31
Q

ethyleenglycol

A

acidose, alcoholintoxicatie
metabole, CZS stoornissen: overmaat NADH, krebs remming, melkzuurvorming
cardiopulmonaire complicaties: inwerking metabolieten en acidose
renale aantasting

32
Q

zwavelgassen

A

beerputgas, geur rotte eieren (S, H2S)
SO2: smog
GI: H2S vorming of SO2 irritatie
long irritatie (H2S, SO2 vorm H2SO3 of 4)
hydrosulfide radicaal: thioloprief
cytochroomoxydase in mitochondrien remmen (geen O2 meer, onderdrukken CZS)
hyperacuut: dood, AHC verlamming
acuut: spierzwakte, dyspnee, cyanose, krampen, convulsies
chronisch: vermageren, vertraagde reflex, slijmvlies irritatie

33
Q

HCN

A

blauwzuur
beerputgas
snelle resorptie, geen accumulatie, cytochroomoxidase: krebs stil, acidose (melkzuurvorming)
CZS: onderdrukking AHC, snel dood
cyaancyclus: grotere aff metHb dan cytochroomoxidase
limiterende factoren: thiosulfaat en methemoglobine
KERSROOD BLOED
hoge dosis: snel dood
lage dosis: AH stoornis, convulsies

34
Q

Esdoorn

A

hypoglycine A: metabolisatie tot MCPA: energiemetabolisme
MADD: multipele acyl Co A dehydrogenase deficientie
atypische myopathie paard
spierzwakte en DONKERE URINE

35
Q

herbiciden

A

diquat < paraquat (longepitheel inwerken)
vrije radicaalvorming
latentietijd, GI, nier en long aangetast
ureum: diuron, inwerken Hill reactie, schildklier functie daalt
triazines: schildklier remming, hormoonstoring
chloorfenoxyherbiciden: hormoon herbicide: groei zo sterk geprikkeld, sterfte jonge groeiende planten
glyfosfaat: eiwitsynthese remmer aromatische aminozuren

36
Q

fluor

A

Ca metabolisme hoog: hogere kans
stof of gas is gevaarlijker
vnl voeder
acuut: vnl urine
chronisch: beenderen en tanden
acuut: GI irritatie, calciprief (bloedstolling, spiertremor), onderdrukken enzymes
chronisch: beenderen, fluorapatiet, algemene intoxicatie door F in bloed (organen), mottling tanden

37
Q

selenium

A
white muscle disease
varken en rund
seleniet ion
sterke interactie GSH (depletie GSH door stimulatie GSH peroxidase)
wegvallen anti oxiderende werking
acuut: AH depressie
sub acuut: blind staggers zenuwstoornis
chronisch: alkali disease: huid en hoefproblemen
38
Q

ammoniak

A

beerputgas
kaustische werking
lage C: lokale irritatie
hoge C: lokaal longoedeem
inhallatie, resorptie –> CZS convulsies en enxcitaties
ammoniumzouten: lokale GI, resorptie zoals ammoniak
ammoniak ik voeding: sojameel (ureum)
paard gevoelig door caecum, herkauwers door pens (urease): carbaminezuur+ NH3 vorming
normaal is er ureumcyclus met ornithine, maar bij overaanbod: alkalose, CZS stoornis( BBB overschrijden)

39
Q

lood

A

loodacetaat
rund meest gevoelig, varken pluimvee minder
rund: subacuut
paard, hond: chronisch
kalf meer dan koe
lever en nier: excretie urine en gal
accumulatie nier cortex
ook in melk en naar CZS (door BBB)
chronisch: naar beenderweefsel, daarna ook naar lever en nier
BBB beschadigd: oedeem
interactie enzymes: ATP, cell respiratie en ox. fosforilatie rem: ENCEPHALOPATHIA SATURNINA
demyelinisatie perifere zenuwen (excitatie, daarna paralyse)
anemie
kalf (acuut), rund (meer subacuut): blindheid
paard (chronisch): cornage, verslikkingspneumonie
hond (chronisch) epileptiforme convulsies

40
Q

alfachloralose

A

rattengift
GABA r binding (stimulerend, daarna deprimerend)
ataxie, convulsies

41
Q

strychnine

A

hond en kat meest gevoelig
snelle resorptie door mucosa (geen accumulatie)
binding GABA en GLY R: wegvallen inhibitie
–> excitaties en convulsies, extensoren gespannen (tetanusbeeld)

42
Q

alcohol

A

methanol: vorming formaldehyde (blindheid), mierenzuur (acidose)
ethanol: excitatie daarna onderdrukking CZS

43
Q

aldehyden

A

lokaal etsend (eiwitdenaturatie)
onverzadigd, gehalogeneerd meest giftig
hypnotisch
GABA onderdrukt: convulsies

44
Q

buxus

A

lokaal GI irritatie

buxine: prikkeling CZS (krampen, depressie, AH paralyse)

45
Q

gouden regen

A
cystine
lokaal etsend
CZS: excitatie, incoordonatie, verlamming, AH depressie
vnl paard
sterk zweten
46
Q

paardenstaart

A

thiaminase zoals bracken disease
paard
vit B1 toedienen

47
Q

acacia

A

robine
GI etsing
zweten
CZS: excitatie, daarna depressie (paralyse)
cardiale effecten: hartinsuff/ tachycardie
paard

48
Q

organische fosfaatesters

A
ACTH remmers
vorming TEPP
atropine behandeling:
1/4 IV, 3/4 SC of IM
0,2 mg/kg(monogastrica) - 0,5 mg/kg (herkauwer)
3-4 keer, 6-8 u tussen