antidoten

Question 1

koper (acute vergiftiging)

Answer 1

Kaliumferrocyanide
Dinatriumsulfaat
(symptomatisch: emetica, cardiotonica)

Question 2

Thallium

Answer 2

difenylthiocarbazone (niet bij kat)
Kalium parenteraal
Berlijns blauw (belet resorptie)

Question 3

nitraat/nitriet

Answer 3

methyleenblauw

Question 4

koper (chronisch)

Answer 4

ammonium tetrathiomolybdaat
(bij verdachte intoxicatie: ammoniummolybdaat+ glutathioneprecursoren)

Question 5

adelaarsvaren

Answer 5

batylalcohol

Question 6

CO

Answer 6

mengsel O2+CO2 (95/5%)

Question 7

Coumarine

(idem indaandion

Answer 7

Vit K1:
5mg/kg/dag SC acute fase,
2,5 mg/kg/dag over 2 toedieningen onderhoudsfase (2-3w)
GHD: 0,5-1 mg/kg/dag (minder gunstig)

Evt. bloedtransfusie

Question 8

Arseen

Answer 8

BAL (dimercaprol)

acuut: succimer

Question 9

Senecio

Answer 9

methionine

Question 10

Aflatoxines

Answer 10

Vit K1
eiwitrijke voeding
cysteine

Question 11

ethyleenglycol

Answer 11

bicarbonaat en mannitol (osmotische diurese)
Fomepizole (!)
(ethanol)

Question 12

Blauwzuur (cyaanzuur, HCN)

Answer 12

Na- thiosulfaat (evt eerst NaNO2 of methyleenblauw)
4-DMAP (dimethylaminofenol + Na thiosulfaat
hydroxycobolamine

Question 13

Selenium

Answer 13

eiwitrijke voeding

Vit E.

Question 14

ammoniak

Answer 14

azijnzuur: oraal
arginine
tranquilizers

Question 15

Paraquat

Answer 15

Vit C

Question 16

Lood

Answer 16

CaNa2EDTA

Succimer

Question 17

organische fosfaatesters

Answer 17

Atropine:
monogastrica 0,2 mg/kg
1/4 IV + 3/4 IM/SC
3-4 x met 6-8 u interval
herkauwers 0,5 mg/kg

PAM (oximes)
KHD 20 mg/kg 10% opl. ; GHD 20-50 mg/kg 20% opl.
IM/SC 8-12 u interval ged. 36u

Question 18

carbamaatesters

Answer 18

Atropine:
0,2-0,5 mg/kg
1/4 IV + 3/4 IM/SC
3-4 x met 6-8 u interval

Geen oximes

Question 19

amitraz

Answer 19

atipamizole (antisedan)

Question 20

atropine

Answer 20

physostigmine (reversiebele acetylcholine esterase remmer)