Torso Deeltoets 1 Flashcards
Os frontale
voorhoofdsbeen - vormt de voorkant v.h. hoofd & deel v.h. schedeldak - hartschelpvormig
tubera frontalia
2 bobbels, paar cm boven de wenkbrauwen
glabella
ruimte boven de neus en tussen de botrichel die links & rechts zit ter hoogte v.d. wenkbrauw
Os temporale
laterale deel v.d. schedel - de slaapbeenderen
processus mastoideus
- tepelvormig uitsteeksel v.h. slaapbeen, achter het oor
- aanhechtingsplaats voor spieren die het hoofd buigen & de kaak openen
arcus zygomaticus
het jukboog, gevormd door proc. zygomaticus v.d. os temporale & de proc. temporalis v.d. os zygomaticum
os zygomaticum
het jukbeen, maakt deel uit v.d. oogkas & de wand v.d. neusholte
os nasale
bovenste deel v.d. neus - te onderscheiden v.h. kraakbeen door het kraakbeen te bewegen
os mandibula
de onderkaak
corpus mandibulae
horizontale deel v.d. mandibula - begint vanaf de angulus mandibulae
ramus mandibulae
verticale v.d. mandibula - loopt v.d. angulus mandibulae tot de caput mandibulae
protuberentia mentalis
de kin - uitsteeksel tussen tuberculi mentale
angulus mandibulae
puntig uitsteeksel dat de hoek vormt tussen de corpus- & ramus mandibulae
processus condylaris mandibulae
bovenste stuk v.d. ramus mandibulae - naast het oor - bovenste punt is de caput mandibulae
caput mandibulae
bovenste deel ramus mandibulae - te palperen door de pink voor de oor te leggen en de persoon de kaak te laten openen/sluiten - articuleert met de os temporale
os occipitale
achterste deel v.d. schedel
protuberantia occipitalis externa
knobbel in het midden v.h. achterhoofd
linea nuchae superior
horizontale gebogen richels aan de weerszijde v.h. protuberantia occipitalis externa
os clavicula
sleutelbeen
extremitas sternalis
mediale uiteinde sleutelbeen - vormt de art. sternoclavicularis
extremitas acromialis
laterale uiteinde sleutelbeen - vormt de art. acromioclavicularis
corpus claviculae
schacht v.d. clavicula
vertebra
rugwervel
processus transversus C1
dwarsuitsteeksels v.d. eerste cervicale wervel
processus spinosus C6
doornuisteeksel - boven de vertibrae prominens
processus spinosus C7; vertebrae prominens
doornuisteeksel - wann. het hoofd gebogen wordt, grootste uitseeksel
os hyoideum
bevindt zich in de mediaanlijn v.d. hals - beweegt bij het slikken - boven de larynx
cartilago thyroidea
schildkraakbeen - onder het os hyoideum - de adamsappel is meest uitstekende deel
cartilago cricoidea
kraakbeenring onder in het strottenhoofd - boven de kraakbeenringen v.d. trachea
trachea
luchtpijp - eerste 3 kraakbeenringen makkelijk te palperen
costae verae
- ribben II t/m VII (“echte ribben”) - rib II is ter hoogte v.d. angulus sterni, rib VII is de grootste rib
- palperen: sterten op rib II, dan naar beneden tellen
costae spurae
- ribben VIII t/m X (“valse ribben”)
- palperen: meer lateraal dan de costae verae
costae fluctuantes
- ribben XI & XII (“zwevende ribben”) - rib XII is soms afwezig
- palperen: dorsolateraal, tegen de punt aan
arcus costalis
de ribbenboog - bestaat uit caudale rand v.d. costae spurae & fluctuantes - overgang tussen de ribben & kraakbeen
spatium intercostale
ruimte tussen de ribben - craniaal > caudaal & ventaal > dorsaal
os sternum
borstbeen, begint ter hoogte v.d. claviculae, loopt tot de bovenste rand v.d. buikspieren
manubrium
proximale uiteinde v.d. sternum
incisura clavicularis
inzinking tussen de extremitas sternalis claviculae & het manubrium
incisura jugularis
inzinking tussen de koppen v.d. m. sternocleidomastoideus - grenst aan SC-gewricht, op manubrium
angulus sterni
hoek tussen het manubrium & de corpus sterni - ter hoogte v. ribkraakbeen II
corpus sterni
2de deel v.h. sternum - heeft 3 dwarse richels ter hoogte v.h. 3de, 4de & 5de ribkraakbeen
processus xiphoideus
distale einde v.h. sternum, klein uitsteeksel dat diep ligt
os scapula
het schouderblad
processus choracoideus
- haakvormig uitsteeksel ventraal op de scapula
- palperen: onder de clavicula bij protractie, draait weg bij abductie
spina scapulae
beweegt bij abductie arm
acromion
kuiltje ontstaa tijdens abductie arm, hierin zit acromion - clavicula ligt inf.
angulus acromialis
ontspannen hand op de rug & spina scapula afgaan
angulus inferior
ontspannen hand op rug
margo medialis
ontspannen hand op rug - zorgt voor retractie scapula
margo lateralis
diep palperen - arm op schouder onderzoeker laten ruste, te palperen vanaf angulus inferior
synchondrosis costosternalis
- gewr. tussen ribben en het sternum
-kleine bewegingsmogelijkheid, zorgt voor stabiliteit
symphysis xiphosternalis
verbindt de corpus sterni & proc. xiphoideus
symphysis manubriosternalis
soort scharniergewricht tussen manubrium & corpus sterni - angulus sterni verandert tijdens ademhaling
processus spinosus (Th1 - Th12)
- dorsale uitsteeksels v.d. thoracale wervels
- palperen: rugzijde bij vooroverbuigen
processus spinosus (L1-L5)
- dorsale uitsteeksels lumbale wervels
- palperen: vooroverbuigen helpt - L2 & L3 zijn het hoogst, L5 is het diepst gelegen
os sacrum
onderkant v.d. wervelkolom - driehoekig
crista sacralis mediana
fusie v.d. eerste 3 sacrale proc. spinosus - uitsteeksel in verlengde van bilspleet
os ilium
het bekken
spina iliaca posterior superior (SIPS)
- grote knobbel aan de achterzijde v.d. crista iliaca - soms als kuiltje te zien
- palperen: flexie & extensie v.h. bekken