toetsweek 3 Flashcards
burgeroorlog
oorlog binnen een staat
dictator
alleenheerser
gouverneur
bestuurder
imperiaslisme
als een staat zijn macht uitbreidt over een groot gebied
keizer
vorst van een groot rijk
overheid
regering, bestuur
republiek
staat zonder vorst
senaat
vergadering met mannen uit aanzienlijke Romeinse families
wereldrijk
groot rijk in meerdere werelddelen
antieke cultuur
Grieks-Romeinse cultuur
elite
kleine groep van aanzienlijke mensen
Grieks-Romeinse cultuur
gemengde cultuur van Grieken en Romeinen in het Romeinse rijk.
klassieke cultuur
gemengde cultuur van Grieken en Romeinen in het Romeinse rijk
muliculturele samenleving
samenleving met meer culturen
romanisering
verspreiding van de Grieks-Romeinse cultuur
staatsgodsdienst
geloof waarvan bestuurders en ambtenaren aanhanger moeten zijn
verdraagzaamheid (tolerantie)
toestaan van andere culturen en meningen
bekeren
iemand een andere godsdiesnt aan laten nemen (zich bekeren:een andere godsdienst aannemen)
bisschop
godsdienstig leider van een kerkprovincie
godsdienstvrijheid
recht om openlijk met een godsdienst bezig te zijn
heilige
persoon die vereerd wordt om zijn goede daden
kerk
- Christelijk gebedshuis 2. organisatie ban christenen
paus
bisschop van Rome en leider van de rooms-katholieke kerk
prediker
persoon die een geloof bekendmaakt