Toetsvragen Farmacologie Flashcards
Waar staan ADME voor bij farmacokinetiek?
Absorptie,
Distributie,
Metabolisme,
Excretie (Eliminatie = metabolisme en excretie samen)
ADME-processen
opname,
verdeling,
omzetting
uitscheiding.
Proces dat het geneesmiddel ondergaat in het lichaam van de patiënt.
absorptie =
opname van een geneesmiddel
distributie =
verdeling over het organisme
metabolisme =
omzetting naar (on)werkzame stoffen
excretie =
de uitscheiding
famacokinetiek =
Wat doet het lichaam met een geneesmiddel
geeft aan hoe (toedieningsvorm/-wijze), hoe lang en in welke dosering het geneesmiddel moet worden toegediend om de juiste plasmaconcentratie te bereiken en deze te handhaven binnen het gewenste farmacodynamische bereik.
Wat is farmacovigilantie?
Geneesmiddelenbewaking. Het doel is om schadelijke gevolgen van het gebruik van geneesmiddelen te voorkomen.
Patiënt met verhoogde glucosewaarden, overgewicht, roken, ongezond dieet, TIA in VG en hyperglykemisch klachten: starten met Metformine of Dapa?
Dapa stap 1 in NHG hoog risico, daarna stap 2 metformine.
Wanneer gelijk starten met insuline?
Hoge waarden bij diagnose (glucosewaarde > 20 mmol/l) met klachten van hyperglykemie
Welke begrippen horen bij intentionele therapie ontrouw?
- Medicijnen/hulpmiddelen te duur
- Klachten zijn verdwenen
- Teveel bijwerkingen
Welke begrippen horen bij niet-intentionele therapie ontrouw?
- Vergeten (ouderen)
- Informatie verkeerd onthouden
- Aard van de informatie
Welke begrippen passen bij farmacokinetische interacties?
- Plasmaspiegel
- Klaring
Welke begrippen passen bij farmacodynamische interacties?
- antagonist
- allergie
- tolerantie
GLP-1stimuleert/remt insulineproductie en stimuleert/remt glucagon afgifte
stimuleert
remt
Wat is biologische beschikbaarheid?
hoeveelheid van een geneesmiddel dat in de circulatie terecht komt.
Wat doen CYP-enzymen?
leverenzymen die geneesmiddel afbreken.
Wanneer kan je halfwaarde tijd berekenen (in welke fases van ADME).
elaminatiefase (excretie)
Verminderde nierfunctie is wel/geen contra-indicatie voor SGLT-2
GEEN contra-indicatie WEL een waarschuwing
SGLT2 kan wel/niet als dubbel therapie naast Metformine aan patiënt met DM2 worden voorgeschreven.
wel
Waar staan volgende afkortingen voor:
UR
UAD
UD
AV
UR: uitsluitend recept
UAD: uitsluitend apotheek en drogist
UD: uitsluitend drogist
AV: algemeen verkrijgbaar
Bijwerkingen worden gemeld bij (Lareb) o.b.v. deze informatie kan (CBG) vergunningen aanpassen/intrekken.
intrekken.
Lareb analyseert en rapporteert gegevens
CBG neemt maatregelen (intrekken)
Wat betekent additie?
Twee geneesmiddelen die onderling uitwisselbaar zijn voor hetzelfde effect (1+1=2)
Wat is “off-label voorschrijven”?
Buiten geregistreerde indicatie
- Alleen als in standaard of protocol beschreven, anders in overleg met apotheker.
- Voorlichting aan patiënt (door arts en apotheker) van groot belang voor verantwoord en veilig gebruik.
Wat is CFH:
commissie famaceutische hulp
tekst is rood in het famatherapeutisch kompas, dit betekent:
negatief advies
tekst is zwart + rood in het famatherapeutisch kompas, dit betekent:
dan negatief advies voor enkele indicaties
wat is het therapeutisch raam?
bovengrens: zo min mogelijk bijwerkingen
ondergrens: het effect
Vraag over wat te doen bij nachtelijke hypo’s (beleid)
- SU verlagen, stoppen (bv Glilazide)
- Insuline dosis verlagen (NPH)
- Switchen naar glargine 100U/ml (0,5 – 1,3 minder nachtelijke hypo’s per jaar)
- of detemir (2 minder milde nachtelijke hypo’s per jaar)
Vraag over werking glucagon
– Stimulatie secretie insuline en somatostatine
- Glucose afgifte lever:
– Remming glycogeensynthese
– Stimulatie leverglycogenolyse
– Stimulatie gluconeogenese
– Remming motiliteit maagdarmkanaal
– Remming secretie verteringssappen
– Stimulatie hart
Contra-indicatie glucagon
overgevoeligheid
Werking van metformine
- Gluconeogenese in de lever daalt
- Insulinegevoeligheid perifere weefsels verhogen, perifere glucoseopname en verbranding verhogen
- Glucoseopname door darm verlaagd
- Totaal cholesterol, LDL en triclyceriden
- Geen insulinesecretie verhoging
- HbA1c verlaging 11mmol/mol is de standaard
welke contra-indicaties hebben degludec en glargine
hypo’s
hoeveel HbA1c daling hebben de volgende middelen:
Metformine:
Sulfonylureumderivaten:
Repaglinide:
Arcabose:
Metformine: 11mmol/mol
SU-derivaten: 11mmol/mol
Repglinide: 11mmol/mol
Arcabose: 8-9 mmol/mol
Hoe werkt detemir (levemir)?
plakt vast aan albumine
bijwerkingen SGLT-2:
- Genitale infecties, urineweginfecties
- Polyurie, pollakisurie, volumedepletie
- Volumedepletie, duizeligheid, hypotensie, uitdroging
- Keto-acidose OOK bij type 2
- Fournier-gangrene
- Canagliflozine: voetamputaties