Toets Flashcards

1
Q

Benoem het OSI-Model

A

Application
Presentation
Session
Transport
Netwerk
DataLink
Physical

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Benoem het service model

A

Servers
IT security
End user Services
Cloud en Virtualisation
Application
Networks
Databases

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke Adressen worden gebruik op de Datalink layer?

A

Mac adressen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke protocollen worden gebruikt bij de transport layer?

A

TCP/UDP

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke adressenn worden gebruikt bij de Network layer

A

Ip adressen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is een Serverbased network?

A

In een serverbased network fungeren de servers als een soort centrale hub voor het netwerk. Ze bieden gedeelde opslagruimte voor bestanden, applicaties en andere bronnen die door gebruikers kunnen worden geopend en gebruikt. Ze kunnen ook dienen als een centrale hub voor communicatie, zoals e-mail en instant messaging, en voor andere netwerkfuncties zoals beveiliging, monitoring en beheer.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is een peer to peer network

A

Een peer-to-peer-netwerk is een type netwerk waarbij alle computers of apparaten gelijkwaardig zijn en bestanden en bronnen rechtstreeks met elkaar delen zonder tussenkomst van een centrale server. In een peer-to-peer-netwerk fungeren alle computers als zowel client als server, waardoor ze kunnen communiceren en informatie delen zonder afhankelijk te zijn van een centrale hub.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waar kun je een TCP header aan herkennen?

A

Meer headers en ACK

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Waar kun je een UDP header aan herkennen?

A

Minder headers geen ACK

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe werkt een DNS proces?

A

Een gebruiker voert een domeinnaam in zijn of haar webbrowser in.
De webbrowser stuurt een DNS-verzoek naar een lokale DNS-server (bijvoorbeeld de DNS-server van de internetprovider).
Als de lokale DNS-server de informatie niet heeft opgeslagen in zijn cache, stuurt hij een verzoek naar de root-DNS-servers om te achterhalen welke DNS-servers verantwoordelijk zijn voor de top-level domeinnaam (zoals .com, .org, .net, etc.).
De root-DNS-servers verwijzen de lokale DNS-server door naar de DNS-servers die verantwoordelijk zijn voor het betreffende top-level domein.
De lokale DNS-server stuurt vervolgens een verzoek naar de DNS-servers van het top-level domein om te achterhalen welke DNS-servers verantwoordelijk zijn voor de domeinnaam in kwestie.
De DNS-servers van het domein sturen het IP-adres van de webserver terug naar de lokale DNS-server.
De lokale DNS-server stuurt het IP-adres terug naar de webbrowser van de gebruiker.
De webbrowser gebruikt het IP-adres om een verbinding te maken met de webserver en de website te laden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Noem 2 protocollen die gericht zijn op het ontvangen van een mail.

A

POP 3 & SMPT

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Noem 2 protocollen om een bericht te versleutelen

A

DES, 3DES RSA

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waarmee kun je integriteit met realiseren?

A

Hashing

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Waarmee kun je Confidentiality realiseren?

A

Encryption

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Waarmee kun je integrity realiseren?

A

Redundant

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat kun je achterhalen met een Wireshark sniff

A

Ip adressen
Mac Adressen
Protocollen

17
Q

Leg uit waarom UDP unreliable is?

A

UDP is niet betrouwbaar omdat hij Packets kan verliezen of packets levert out of order. Ook zorgt UDP er niet voor dat de Packets opnieuw verzonden worden.

18
Q

Leg uit waarom TCP reliable is

A

TCP is betrouwbaar omdat het protocol ervoor zorgt dat alle gegevens in zijn geheel worden verzonden en door de ontvanger in de juiste volgorde kunnen worden samengesteld. TCP bereikt deze betrouwbaarheid door een volgnummer toe te wijzen aan elk verzonden octet en positieve bevestiging (ACK) te vereisen van de ontvangende TCP

19
Q

wat is een apipa adres

A

APIPA is een afkorting die staat voor Automatic Private IP Addressing. Met APIPA zullen DHCP-clients op een Microsoft-besturingssysteem zichzelf automatisch configureren met een IP-adres en een subnetmasker als er geen DHCP-server beschikbaar is en geen vast IP-adres is ingesteld

20
Q

Wat is een Broadcast

A

In computernetwerken verwijst broadcasting naar het overbrengen van een datapakket dat (in principe) door elk aangesloten apparaat op het computernetwerk zal worden ontvangen.

21
Q

Wat betekend AAAA

A

IPv6