Tijd van Pruiken en Revoluties 1700-1800 Flashcards
Wetenschappelijke revolutie, Verlichting, kennis verspreiden, Idealen: vrijheid, gelijkheid, grondrechten, democratie.
Rationeel optimisme en verlicht denken dat werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen.
Oude bestuur = absolute vorsten, verlicht absolutisme
Voortbestaan van het ancien régime met pogingen om het vorstelijk bestuur op eigentijdse verlichte wijze vorm te geven.
Plantagekoloniën, driehoekshandel, abolitionisme
Uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden transatlantische slavenhandel, en de opkomst van het abolitionisme.
Inspraak burgers, grondwet en burgerrechten, wegens verlichting. 3 revoluties: Franse revolutie, Amerikaanse onafhankelijkheid en bataafse Revolutie. Napoleon
De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap.