Theme 4, "Vocabulaire" Flashcards
avoid
vermijden
cargo net
bagagenet
catch up
inhalen
crawl
kruipen
depend on
rekenen op
jiggle
schudden
lurk
op de loer liggen
muddy
modderig
obstacle
hindernis
on your marks
klaar voor de start
play
spelen
practically
bijna
pretend
doen alsof
rope bridge
touwbrug
slippery
glad
sound
geluid
swing
slingeren
trail
pad
warn
waarschuwen
wish
wensen
accomplishment
prestatie
applaud
klappen
cheer on
aanmoedigen
compete
strijden
competitive
competitief, prestatiegericht
congratulate
feliciteren
crowd
menigte
defeat
verslaan
defence
verdediging
opponent
verdediging
referee
scheidsrechter
relay- race
estafette
runner- up
tweede (in een wedstrijd)
stamina
uithoudingsvermogen
tie
gelijk spel; gelijk eindigen
victorious
zegevierend
add
toevoegen
arouse
opwekken
burn
verbranden
confront
confronteren
cremate
cremeren
defeat
nederlaag
dominate
overheersen, de sterkste zijn
enthusiastic
enthousiast
excellent
uitstekend
frightened
bang
joke
grap
location
plaats